Ondanks dat de koersen van staatsobligaties uit opkomende markten al flink zijn opgelopen blijft de spread aantrekkelijk. ‘Brexit’ geeft veel beleggers het laatste zetje om in deze beleggingscategorie te stappen.
Dat zegt fondsbeheerder Marco Ruijer van het NN Emerging Markets Debt Hard Currency fonds in een gesprek met Fondsnieuws.
Sinds enkele weken ziet de beleggingscategorie een versnelling van de instroom. ‘Hadden sommige beleggers voor het EU-referendum in het Verenigd Koninkrijk nog hun twijfels, de stem voor een Brexit heeft ze over de streep getrokken.’
Ook het EMD hard currency fonds, het vlaggenschipfonds binnen de EMD-boutique krijgt ‘haar deel mee’ van de instroom. Het fonds heeft ruim 3 miljard dollar onder beheer.
Het gaat daarbij niet alleen om ‘hot money’, geld van beleggers die snel een mooi rendement willen maken. ‘Onze institutionele cliënten zien de goede rendementen van deze beleggingscategorie en zijn nu vanuit hun strategische allocatie EMD aan het herontdekken.’
Als gevolg van de Brexit zal het monetaire beleid wereldwijd eerder ruimer dan krapper worden. Zo lijkt een renteverhoging in de VS weer voor langere tijd uit beeld, waardoor beleggers in hun zoektocht naar rendement weer meer risico’s durven te nemen.
Groeimomentum in EM keert terug
Maar er is nog een belangrijke fundamentele reden om in EMD te stappen, namelijk dat het groeimomentum in deze landen eindelijk weer aantrekt. Ruijer: ‘De afgelopen jaren werden gekenmerkt door neerwaartse bijstellingen van de groei. Dat is nu voorbij. Ik verwacht dat het groeiverschil tussen ontwikkelde en opkomende landen in positieve zin zal oplopen.’
De spread, ofwel de risico-opslag ten opzichte van Amerikaanse staatsleningen, blijft ‘aantrekkelijk’. ‘Op EMD in harde valuta bedraagt de spread momenteel zo’n 350 basispunten. Sinds de financiële crisis heeft deze overwegend tussen de 250 en 350 basispunten geschommeld. We zitten dus aan de bovenkant van die bandbreedte.’
Een daling van de spread naar 300 basispunten zal echter van een aantal zaken afhangen: geen verdere verslechtering van de wereldwijde groeiverwachtingen en een nieuwe start van de grondstoffencyclus. Ruijer is wat dat betreft positief gestemd. Zo verwacht hij dat het dieptepunt van de grondstoffencyclus achter de rug is en dat onder meer Rusland en Brazilië volgend jaar uit hun recessie zullen komen.
De reden dat het fonds zich beperkt tot obligaties uitgegeven in harde valuta, is omdat het de meest volwassen subcategorie binnen opkomende marktobligaties is. ‘Het belegbare universum is vele malen groter dan bij EMD local currency.’
Ruijer beheert zijn portefeuille naar eigen zeggen op een onconventionele manier, door een onderverdeling te maken tussen low, middle en high beta landen (en bedrijven). Roemenië is een voorbeeld van een low beta land, fowel een minder risicovol land, waarin het overwogen is. Bij landen met een gemiddelde beta worden onder meer Colombia en de Dominicaanse Republiek overwogen.
Overweging naar Venuzuela
In het emmertje met high beta landen, dat als geheel wordt overwogen vanwege het hervonden groeimomentum, worden momenteel onder meer Argentinië, Oekraïne, Kameroen en Angola overwogen. ‘Ook in Venezuela zijn we overwogen, al verslechtert de situatie daar en heeft het land dringend hogere olieprijzen nodig’, weet Ruijer.
‘Maar we kopen die obligaties telkens tegen heel lage prijzen, dicht bij de recovery rate die je zou krijgen als het land failliet gaat. Het land is er vanwege haar olie-exporten echter veel aan gelegen om niet Argentinië achterna te gaan en vrijwel volledig te defaulten.’
De positie in Venezuela, of welk ander land dan ook, betreffen overigens relatieve posities ten opzichte van de benchmark, en zijn dus nooit zo groot dat ze het jaar kunnen maken of kraken, aldus Ruijer.
Year to date staat het NN EMD Hard Currency fonds meer dan 12 procent in de plus.