Bestuurders van pensioenfondsen zijn misschien wel actiever dan ooit, als het gaat om hun betrokkenheid bij de inrichting van de beleggingsportefeuilles. Zorgt dit in de huidige marktdynamiek dan ook sneller voor onrust en paniek? ‘Nee, maar er is wel extra behoefte aan duiding en analyse’.
Dit zegt Hilko de Brouwer (foto) in een gesprek met Fondsnieuws. Als hoofd accountmanagement bij Blue Sky Group Vermogensbeheer is hij verantwoordelijk voor het contact met klanten over hun beleggingsportefeuilles.
De huidige marktdynamiek bevestigt volgens hem de noodzaak van intensief contact tussen pensioenfondsbestuurders en de fiduciair manager. Met dalende rente en dalende dekkingsgraden moeten bestuurders aan hun deelnemers kunnen uitleggen wat er gebeurt. Het is de taak van een fiduciair manager om de effecten daarvan op de portefeuille inzichtelijk te maken.
Onder invloed van wetgeving, maar ook vanuit een eigen wens is de grondhouding van pensioenfondsbestuurders volgens De Brouwer echt veranderd in de laatste tien jaar: ‘Dit is veranderd van “ik besteed iets uit en ga ervan uit dat het goedkomt” naar een sterkere behoefte om zelf in de lead te zijn. Er wordt nu veel minder gedelegeerd en dat maakt ook onze dienstverlening anders.’
De Brouwer, die eerder werkte bij ABN Amro, Kempen en Robeco, maakte in oktober 2018 de overstap naar de vermogensbeheertak van Blue Sky Group, een onafhankelijke pensioenuitvoerder voortgekomen uit de pensioenfondsen van KLM. Deze uitvoerder, opgericht in 1999 en inmiddels uitgegroeid tot circa 160 werknemers, beheert ongeveer 22 miljard euro.
Meer grip op beleggingsportefeuille
Sinds zijn aanstelling heeft De Brouwer beleggingstechnisch geen rustige inwerkperiode gehad. Hij zet zich aan de ambitie om beleggingsportefeuilles te vereenvoudigen om pensioenfondsbestuurders meer grip en overzicht te geven.
In een tijd waarin de “search for yield” de pensioenfondsen niet altijd bij de meest eenvoudige beleggingsoplossingen brengt en waarin het doelrendement minder vanzelfsprekend lijkt, is het voor pensioenbeleggers niet altijd makkelijk om beleid te maken. De Brouwer beaamt dat de renteontwikkeling hem en zijn collegae sterk bezighoudt.
Toch waarschuwt hij ervoor dat marktbewegingen niet te sterk worden geïnterpreteerd en als ‘structureel’ wordt bestempeld. ‘Het klopt dat de rente laag is, dat is al een tijd zo en het blijft ook nog wel even zo. Maar dat is meer een systeemvraag, daar moeten we in een breder verband met de sector naar kijken. Met onze klanten moeten we vooral bedenken hoe we er in praktische zin mee omgaan’, zegt De Brouwer.
Marktdynamiek vertalen naar portefeuille
Dit betekent kritisch kijken naar de huidige portefeuille. Bijvoorbeeld hoe je omgaat met de gevolgen van de rentedaling. Het gaat erom dat we besturen en beleggingscommissies meenemen in de dynamiek van de markt, dat wil zeggen in de mogelijkheden en onmogelijkheden die deze markt biedt’, zegt De Brouwer.
‘Versimpeling is niet het doel, maar het is wel belangrijk dat besturen meer grip krijgen en houden op portefeuilles die transparant en uitlegbaar zijn. Zonder dat dit overigens ten koste gaat van de risico/rendement karakteristieken. En daar zit momenteel wel een extra uitdaging in.’
Het resulteert er volgens hem in dat pensioenfondsbesturen steeds meer in hun beleidscycli verankeren en dat afwegingen expliciet moeten worden beschreven en gedocumenteerd. ’Als een bestuur bijvoorbeeld tot de conclusie komt dat een bepaalde assetcategorie niet bij hen past, dan is het zaak om dat vast te leggen en ook vooral waarom niet. Dan kun je ook in de toekomst terughalen waarom je dit hebt besloten.’
Past het huidige beleid nog?
Zeker in tijden van stress of onzekerheid is dit volgens De Brouwer belangrijk, want dan kunnen fondsen teruggrijpen op hun eigen besluitvormingsproces. Overigens is hij van mening dat er momenteel geen sprake is van blinde paniek voor wat betreft de beleggingen. ‘Nee, dat is niet aan de orde, maar er is wel behoefte aan een goede analyse. Dit betekent veel feitenonderzoek en kijken of datgene wat er gebeurt ook past in onze verwachtingen. Kunnen we ons ingezette beleid nog steeds uitleggen en onderbouwen?’
Een voorbeeld hiervan is de afdekking van het renterisico: ‘Je ziet dat het grootste deel van de daling van dekkingsgraden wordt veroorzaakt door renterisico en de impact hiervan op de verplichtingen. Dit betekent dat je nog beter rekenschap moet geven wat die rentedaling betekent voor rentehedging en voor de positionering van een portefeuille. Wat je wil voorkomen is dat je nu ineens stappen gaat ondernemen op zo ongeveer het slechtste punt van de markt en dat je jezelf daarmee uitsluit van het potentieel als de markt draait.’
De vraag hoe marktontwikkelingen het huidige beleid beïnvloeden verschilt sterk per pensioenfonds, zegt De Brouwer. ‘Ieder strategisch beleid is gebaseerd op specifieke kaders van hele diverse klanten. Wij hebben bijvoorbeeld klanten met een reële verplichtingenstructuur, maar ook klanten die nominaal denken. We hebben collectieve en individuele regelingen, klassieke vermogenscategorieën, maar ook passieve en illiquide beleggingen. Het is zaak om de analyse en het advies hier gedetailleerd op af te stemmen.’