Toen woensdag tijdens een persconferentie van de Europese Commissie in Brussel eindelijk een einde kwam aan het lange wachten op de strategie voor retailbeleggingen, gaf commissaris Mairead McGuinness de financiële sector drie jaar de tijd om haar doelstellingen op het gebied van transparantie, kosten en participatie van kleine beleggers te halen.
McGuinness reageerde op de beweringen van de sector dat de Commissie het effect van provisies had overdreven. ‘Ik denk dat het heel duidelijk is dat de status quo niet aanvaardbaar is’, verklaarde ze. ‘Ik denk dat het feit dat kleine beleggers 40 procent meer betalen dan andere institutionele beleggers erop wijst dat er volgens mij een kans is om die kloof te verkleinen.’
‘De sector, zoals ik onlangs publiekelijk heb gezegd, … krijgt hier geen “get out of jail card” ondanks hun protesten rond inducements’, zei McGuinness. ‘We zullen zeer actief zijn in dit dossier, zelfs tijdens het proces.’
De strategie van de Commissie zou de kostenstructuur van ongeveer 30.000 Ucits-beleggingsfondsen in Europa kunnen beïnvloeden. Luxemburg is de wettelijke thuisbasis van ongeveer een derde daarvan.
McGuinnes zei dat haar kantoor bijeenkomsten zal organiseren met ‘belanghebbenden uit de sector, consumenten’ om deze boodschap kracht bij te zetten. ‘We geven onszelf een tijdlijn om vooruitgang en verandering te zien. En dat is drie jaar na goedkeuring.’ Ze omschreef het tijdschema als “strak” en zei: ‘De industrie moet nu aan de slag.’
Controversiële kwestie
Europees commissaris Valdis Dombrovskis, die ook verantwoordelijk is voor handel, noemde inducements ‘een controversiële kwestie’. Hij vervolgde: ‘We hebben veel feedback gekregen van de industrie, maar ook van consumentengroeperingen en ngo’s’, zei hij. ‘We moesten dus zorgvuldig zoeken naar het juiste evenwicht.’ Hij zei dat dit ‘vooral ging tussen de beschikbaarheid van advies en de garantie dat het advies niet wordt beïnvloed door de inducements’.
McGuinness legde uit dat het volledige verbod van tafel ging omdat ‘we zeer zorgvuldig hebben geoordeeld dat een verbod van de ene op de andere dag te verstorend zou zijn’.
Gevraagd om te specificeren wat voor soort verstoring, omschreef Dombrovskis het als ‘een vraag over de beschikbaarheid van advies, vooral als we het hebben over kleine beleggers, die niet enorm veel geld investeren, op vergoedingen gebaseerd advies kan gewoon te duur zijn om dit advies te verstrekken’.
Potentiële win-win
McGuinness wees op een mogelijke win-winsituatie. ‘De sector deelt mijn doelstelling, namelijk meer mensen laten beleggen omdat dat ook de sector helpt.’
‘Wat heel duidelijk is, is dat we allemaal weten dat met beter geïnformeerde burgers die hebben gespaard en niet veel rendement op hun spaargeld krijgen, het voor hen een kans is om meer voor hun zuurverdiende geld te krijgen door te beleggen met het juiste advies.’
McGuinness benadrukte het belang van deze strategie voor de toekomst van de Europese economie en legde een rechtstreeks verband met het project Capital Markets Union van de Commissie. ‘We zullen geen CMU hebben als we geen sterke retailbeleggers in het systeem hebben.’
Verandering in de financiële sector
McGuiness deed een rechtstreeks beroep op de financiële sector door te zeggen dat deze ‘de taal en het engagement moet gaan gebruiken waarmee zij de samenleving erbij betrekt’.
In al haar opmerkingen wees McGuiness op het belang van financiële kennis en beschreef zij dit als een kernprobleem voor de samenleving. ‘Degenen die vandaag de dag kwetsbaar zijn, met de kosten van levensonderhoud, hebben steun nodig bij het beheren van hun financiën’, zei ze, en ze voegde eraan toe dat ‘degenen die toegang tot financiering nodig hebben, die vaak niet krijgen of meer moeten betalen. Op kleine manieren kunnen we daarbij helpen door het financiële bewustzijn in de hele Europese Unie te vergroten.’
Gevraagd naar commentaar op het recente voorstel van de Europese Autoriteit voor effecten en markten voor wetgeving op EU-niveau om ervoor te zorgen dat beleggers geen kosten dragen die als buitensporig, onnodig of onredelijk worden beschouwd wanneer zij hun geld in beleggingsfondsen steken, zei McGuinness: ‘De bepalingen over ongepaste kosten zijn momenteel opgenomen in niveau 2 van Ucits en Aifmd.’
Regels voor onverschuldigde kosten
Ze merkte op dat Esma ‘heeft gewezen op het gebrek aan convergentie op het gebied van onverschuldigde kosten omdat er een gebrek is aan een duidelijke definitie en een duidelijke bevoegdheid op niveau 1 voor dit niveau 2 werk’. Om dit te verhelpen, zei ze dat ‘de Ucits-richtlijn en de AIFMD de voorwaarden zullen definiëren om aan te nemen dat kosten verschuldigd zijn en regels zullen geven in het prijsstellingsproces om ervoor te zorgen dat aan deze voorwaarden wordt voldaan’.
Fondsbranchegroep ICI Global zei woensdag dat het de EU-strategie voor retailbeleggingen als een belangrijk initiatief ziet en als ‘een kans voor krachtige hervormingen’. De groep, die beleggingsfondsen in de VS, Europa en Azië vertegenwoordigt, drong aan op een voorzichtige aanpak bij de beoordeling van het “value for money”-concept dat de Europese Commissie voor ogen heeft en uitte haar bezorgdheid over kostenbenchmarks voor zo’n 30.000 Ucits-fondsen die de financiële toezichthouders van de EU op verzoek van de Commissie zullen ontwikkelen.
‘Wij steunen het moderniseren van de informatieverschaffing door middel van digitalisering, het verbeteren van de onboarding en geschiktheidsbeoordelingen van beleggers en het bieden van een transparante presentatie van de kosten’, aldus Michael Pedroni, ICI chief global affairs officer. ‘“Waar voor je geld” is ook een belangrijk aspect van de strategie voor retailbeleggingen, maar de EU moet een holistische benadering hanteren bij het beoordelen van waar voor je geld. Aspecten van value for money omvatten prestaties, diversificatie, behoeften en voorkeuren van beleggers en kosten.’
ICI zei dat haar onderzoek heeft aangetoond dat de gemiddelde lopende kosten voor aandelen en vastrentende Ucits sinds 2013 aanzienlijk zijn gedaald. ‘ICI Global is bezorgd over het voorstel van de Commissie om de Europese toezichthouders te verplichten granulaire kostenbenchmarks te construeren waaraan alle 30.000 Ucits zouden worden getoetst’, aldus Pedroni. ‘Het lijkt onwaarschijnlijk dat dit op een eerlijke manier kan gebeuren voor een breed scala aan activaklassen en tijdshorizonten. Prijsbenchmarks zullen de diversiteit, innovatie en keuze van aangeboden fondsen verminderen, en dit zou leiden tot slechtere resultaten voor Europese beleggers.’