CFA Society Netherlands past de bandbreedtes aan van standaarddeviaties voor drie beleggingscategorieen. Het gaat om staatsleningen euro AAA-AA, staatsleningen EMU en investment grade euro bedrijfsobligaties.
Het maximum in de bandbreedte voor de drie categorieën is verhoogd van 5 procent naar 6 procent, zo blijkt uit het rapport “Risicostandaarden Beleggingen 2023” van de werkgroep Risicostandaarden van CFA Society Netherlands.
De effecten van een extra jaar op deze parameters zijn meestal vrij beperkt, maar een “regime-shift” - oftewel het veranderde regime voor obligaties en rentes - heeft ‘iets grotere gevolgen’, schrijft de werkgroep. Een dergelijke verandering speelde in het afgelopen jaar.
Hogere rente
De volatiliteit over een periode van 24 jaar valt weliswaar nog binnen de oude bandbreedte, maar gegeven de hogere rente en de hoge volatiliteit op de obligatiemarkten is een ruimere bandbreedte gewenst, aldus het rapport.
De rente-afhankelijke volatiliteit is vaak hoger naarmate het renteniveau hoger is. Bovendien is de duration van de obligatie-indices de laatste jaren gestegen, doordat bedrijven en overheden door de lagere rentestanden leningen uitgaven met een langere looptijd. ‘Deze langere duratie leidt tot extra renterisico’, stellen de onderzoekers.
Risico, waarvan de standaarddeviatie een vereenvoudigde maatstaf is, laat zich volgens CFA Society Netherlands echter niet eenvoudig vatten in een enkelvoudig getal. ‘Zo zijn er risico’s die zich niet makkelijk laten kwantificeren, zoals het liquiditeitsrisico. Daarnaast zal de standaarddeviatie veelal een onderschatting geven van het feitelijke risico ten tijde van stress in de financiële markten’, aldus de werkgroep
Correlaties
De sterk positieve correlatie tussen aandelen en obligatie maakte van risicomijdende beleggingen na een veertig jaar durende bullmarkt ‘opeens’ risicovolle beleggingen. De werkgroep Risicostandaarden boog zich daarom opnieuw over de correlatiestandaarden.
‘Over het geheel genomen’, schrijven de onderzoekers, ‘vallen de correlaties in 2022 hoger uit, maar de correlaties van obligaties uit de eurozone en die van wereldwijde gehedgde staatsobligaties met hoogrenderende obligaties is na afronding niet meer negatief’.
Voor wereldwijde staatsleningen (eurohedged) nam de correlatie met small caps uit de ontwikkelde markten en de correlatie met vastgoed toe. De correlaties tussen staatsleningen euro AAA/AA en wereldwijde staatsleningen (eurohedged) en die tussen aandelen ontwikkelde markten en small caps wereldwijd liggen net boven de 0,9, aldus het rapport.
De correlatiestandaarden houden volgens het rapport geen risico met “regime-shifts”. ‘Een belegger mag daardoor bijvoorbeeld niet meer zomaar uitgaan van een negatieve correlatie tussen aandelen en obligaties, waar de afgelopen 24 jaar grotendeels sprake van was.’
Gerelateerde artikelen op Investment Officer:
- 2022 laat gapend gat achter in defensieve profielen
- AFM herkent aanbod-stop van “bepaalde risicoprofielen”
- Beleggers breken zich het hoofd over vervloekte 60/40-portefeuille
- Obligaties: zorgen om liquiditeit maar weer vrolijk overwerken