‘Vooral in de consumentengoederen- en de industriesector zien wij veel bedrijven die op de beurs goedkoper zijn dan ze intrinsiek waard zijn. In die sectoren zijn wij in vergelijking met de MSCI World Index overwogen.’
Dat zegt Jens Moestrup Rasmussen, hoofd van het waardenaandelenteam van Sparinvest en fondsmanager van het Sparinvest SICAV Global Value fonds, in gesprek met Fondsnieuws.
Het fonds koopt aandelen alleen als ze minimaal veertig procent goedkoper zijn dan ze intrinsiek waard zijn. Aandelen worden weer verkocht als hun beurskoers de berekende intrinsieke waarde bereiken. Gemiddeld houdt het fonds een aandeel vier jaar aan.
Het fonds behaalde in 2010 een rendement van 26,36, bijna 7 procentpunt beter dan de MSCI World. In 2008 en 2009 deed het fonds het echter slechter dan de MSCI World.
In 2008 behaalde het fonds een negatief rendement van 42,54 procent (MSCI World: -37,64). In 2009 was het resultaat 23,11 procent, maar boekte de MSCI World een winst van 25,94.
Ook in 2008 en 2009 was het fonds overwogen in consumentengoederen en industrie. ‘Wij kopen wat ondergewaardeerd is, ongeacht de sector’, zegt Rasmussen.
‘Consumentengoederen en de industrie zijn echter sectoren die gevoelig zijn voor economische veranderingen. De koersen gingen dus omlaag en daarmee het rendement van het fonds. ‘Wij richten ons echter op de langere termijn en bleven zitten.’
Slechter tijdens recessies
Dat waardenaandelen het in tijden van recessies over het algemeen iets slechter doen, is volgens Sparinvest ook al uit onderzoek gebleken. ‘Gaat het weer goed met de economie dan gaat het ook weer beter met het fonds.’
‘De opgaande lijn, werd in 2010 weer gevonden’, zegt Rasmussen. De fundamentals zijn weer goed en bovendien verwacht hij komend jaar te kunnen profiteren van de aantrekkende overnamemarkt. ‘Omdat wij bedrijven in portefeuille hebben die relatief goedkoop zijn, zijn zij ook aantrekkelijk voor eventuele industriele kopers.’
Uitzonderlijke situatie
Dat het in de crisis minder ging, wil volgens Rasmussen echter niet zeggen dat waardebeleggen alleen iets is voor goede tijden.
‘Dit was een heel uitzonderlijke situatie’, zegt hij. ‘Tijdens de dotcom-crisis deed ons fonds het gewoon goed’. Waardenbeleggen verloor volgens Sparinvest maar in drie van de afgelopen 17 jaar. Bovendien biedt een crisis kansen aandelen goedkoop te kopen.
‘De Deense equivalent van het internationaal verkrijgbare Global Value fonds heeft een historie sinds 1997 en heeft sindsdien een gemiddeld resultaat van bijna 10 procent, tegen nog geen drie procent van de MSCI World.’
Dat het fonds zijn resultaten afzet tegen de MSCI World en niet tegen een value-benchmark of de MSCI World All Countries, is volgens Rasmussen een kwestie van gewoonte. ‘Dit is historisch zo gegroeid als een algemeen bekend referentiepunt.’
Onderwogen in financials
Tijdens de crisis zat het fonds neutraal in financials. Inmiddels is de positie onderwogen omdat banken te maken hebben met ‘veel onzekerheid’. ‘Er komt veel nieuwe regelgeving aan. Hier komt bij dat wij het liefst investeren in bedrijven met weinig schuld.’
Het fonds is ook onderwogen in de Verenigde Staten. Toch is het fonds zijn posities in de VS eigenlijk al weer aan het uitbreiden. ‘Voor 2008 hadden we moeite om in de Verenigde Staten goedkope aandelen te vinden en zaten we maar voor 3 procent in de VS. Inmiddels vinden we veel waarde in de VS en zitten we alweer op 14 procent.’
Omdat veel consumentengoederenbedrijven en industrie in Europa en Japan zitten, is het fonds daar overwogen. ‘Maar in feite zijn dit wereldwijde bedrijven’, aldus Rasmussen. ‘Wij beleggen niet in landen, maar in ondergewaardeerde bedrijven met een sterk verdienmodel.’
Niet in emerging markets
Het fonds heeft zichzelf wel de beperking opgelegd niet in emerging markets te beleggen, maar enkel in ontwikkelde landen. Niet omdat er in opkomende landen geen waardenaandelen te vinden zijn, maar oorspronkelijk vanwege het politieke risico dat daar beleggen met zich meebrengt, legt Rasmussen uit.
‘Goed er is wat voor te zeggen dat het politieke risico in de eurozone momenteel hoger is dan in sommige opkomende landen. Maar feit blijft dat rechtmatig eigendom daar soms toch lastiger te beschermen is.’
Rasmussen voegt hier wel meteen aan toe dat de bedrijven waar hij wel in belegt desondanks wel van de groei in de opkomende landen profiteren. ‘Japanse bedrijven halen zo’n 40 procent van hun omzet uit China, voor Amerikaanse bedrijven is dit 28 procent, voor Europese 18.’
Cash
Het fonds heeft momenteel iets meer cash in portefeuille dan normaal, zo’n 6 procent. Rasmussen verklaart dit door erop te wijzen dat er iets meer instroom is geweest en bepaalde posities verkocht zijn, het is geen tactisch besluit.
Het fonds houdt normaal gesproken zo’n 5 procent cash aan om stukken te kunnen kopen, zonder iets te hoeven verkopen.
Meer achtergronden op Fondsnieuws:
Sparinvest gaat alliantie aan met Brandes
Recessie biedt value-belegger kansen