Converteerbare obligaties zijn door de recente koersstijgingen niet meer goedkoop, maar ze zijn nog altijd goedkoper dan bedrijfsobligaties.
Dat stelt Maxime Perrin, productspecialist convertibles van Lombard Odier die ondermeer het Lombard Convertible Bond Fund voert, in een gesprek met Fondsnieuws.
Maar volgens Perrin moet naar veel meer factoren worden gekeken om te bepalen of een convertible aantrekkelijk is dan alleen de koers. Zo is het belangrijk of de economie in een inflatie- of een deflatiescenario zit.
Volgens Perrin is dat laatste het geval. Werkgelegenheid staat onder druk, grondstoffenprijzen zijn relatief laag en centrale banken hebben gezegd voor een langere tijd aan de lage rentetarieven vast te houden.
Hybride belegging
De converteerbare obligatie is een hybride belegging die bij emissie als een obligatie op de koers van 100 naar de markt komt en na de looptijd de inleg weer voor het volle bedrag uitkeert. Daarentegen is de coupon lager dan een normale obligatie; over een looptijd van vijf jaar soms wel tien procent.
Maar, zegt Perrin, daarentegen heb je het opwaartse potentieel van het onderliggende aandeel, zodat je het beste van beide werelden hebt. Het is wat hij noemt ‘downside protection’ en ‘upside participation’.
At the money
Convertibles worden doorgaans uitgegeven in de periode dat de conversiekoers 20 tot 50 procent boven de actuele koers van het aandeel is. Dat betekent dat deze converteerbare obligaties ‘at the money’ zijn.
Als het aandeel sterk stijgt, dan is het interessant voor de belegger om de convertible te converteren naar de onderliggende aandeel. Dit noemt men ‘in the money’.
Hele cyclus
Perrin zegt dat veel beleggers convertibles tactisch inzetten, bij voorbeeld voor een periode van zes maanden. ‘Maar wij zijn van mening dat converteerbare obligaties juist het meest efficiënt zijn over de hele cyclus van 3 tot 5 jaar heen.’
‘In dat geval heb je de kans op een stijgende obligatiekoers en verlaag je het risico van een dalende aandelenkoers. Hoe langer je de convertible aanhoudt, hoe groter het effect daarvan.’
Lombard Odier wijst erop dat met name de sharpe ratio zorgt voor een superieure risico aangepast rendement. Als voorbeeld wordt de performance en de volatiliteit van convertibles en aandelen op drie- en vijfjaarsbasis tegen elkaar afgezet.
Voor aandelen is dat over drie jaar respectievelijk 28,5 en 20,7 procent en voor converteerbare obligaties is dat 46,9 en 10,4 procent.
Op vijfjaarsbasis is voor aandelen -20,3 en 22,6 procent en voor convertibles is dat 11,6 en 11,2 procent.
Asset allocatie
De Zwitserse asset manager wijst er ook op wat er gebeurt als in een asset allocatie converteerbare obligaties niet of wel zijn opgenomen.
Bij een portefeuille van 50 procent aandelen en 50 procent obligaties is de performance over tien jaar 18 procent en de volatiliteit 12,2 procent. Als de verdeling 45-45 is en er tien procent converteerbare obligaties wordt toegevoegd, dan is dat respectievelijk 24 en 11,9 procent.
Bij een toevoeging in de portefeuille van 30 procent aan converteerbare obligaties en 35 procent aandelen en obligaties, dan is 36,1 en 11,2 procent.
In het Lombard Convertible Bond Fund is dit jaar een YtD geboekt van bijna 8 procent. De turnover is 60 procent, de looptijd is doorgaans 4 jaar en de stukken worden veelal 1 tot 2 jaar aangehouden.
Het Lombard Convertibles Bond Fund is opgenomen in de fondsendatabase van Fondsnieuws. Deze database bevat de beleggingsfondsen die het meest bemiddeld worden in Nederland.
Meer achtergronden op Fondsnieuws: