Marc VdG_aangepast.JPG

Het is hoog tijd dat de lawine aan nieuwe regelgeving tot stilstand wordt gebracht. Dat is de boodschap van Marc Van de Gucht (foto), directeur-generaal van Beama, de belangenvereniging van vermogensbeheerders. 

Aan het begin van de zomer nam Marc Van de Gucht de fakkel over van Josette Leenders als directeur-generaal van Beama, de Belgische vereniging van asset managers. Hij maakte de overstap van Compagnie de Banque Privée Quilvest, een private bank met hoofdzetel in Luxemburg en twee vestigingen in België.

Daarvoor was Van de Gucht bijna 25 jaar actief bij de Commissie voor Bank- , Financie- en Assurantiewezen, de financiële toezichthouder die later werd omgevormd tot FSMA. In een exclusief interview met Investment Officer laat hij zijn licht schijnen over de fondsensector.

Heeft de sector de implementatie van de SFDR-regels verteerd?

‘De SFDR is in maart van dit jaar in voege getreden. Dit houdt in dat beheerders informatie over duurzaamheid dienen te vermelden in onder meer de prospectussen en op hun website.  De implementatie van deze informatieverplichting heeft weinig tot geen deining veroorzaakt in de sector. Evenwel is nog niet voor alle vereisten precies bekend hoe die moeten worden ingevuld aangezien een aantal technische standaarden pas op een later moment bekend worden gemaakt en in werking treden. Duurzaamheid is een thema waarop de beheerders al inspeelden nog voor het invoegetreden van de nieuwe Europese regels. Nu moeten ze zich wel te schikken naar de bestaande en de toekomstige regels.

Dat wordt nog een serieuze uitdaging, zeker voor de kleinere of nichebeheerders die misschien nog niet volledig met deze nieuwe regels vertrouwd zijn. België heeft wel een voortrekkersrol inzake duurzame & maatschappelijk verantwoorde financiële producten vervuld. Zo werd reeds begin 2019 een Belgische kwaliteitsnorm ontwikkeld, met name het Towards Sustainability Label. Dit label is, zoals elk duurzaamheidslabel, noodzakelijk een evolutief label. De criteria worden regelmatig herzien en verstrengt om aansluiting te behouden met evoluerende maatschappelijke noden, verwachtingen van beleggers, wetenschappelijke inzichten, beschikbare gegevens en reglementair kader.’

Actieve fondsbeheerders aanzien met lede ogen de massale instromen in goedkope trackers. Welk antwoord heeft de sector daarop?

‘Op Belgisch niveau zou ik dat fenomeen niet willen overschatten. Zo zijn slechts 1 procent van de aan het publiek in België gecommercialiseerde fondsen ETF’s. Wereldwijd en zeker in de Verenigde Staten kennen ETF’s een opmars. In België zijn over het algemeen de fondsbeheerders ervan overtuigd dat ze met actief beheer en goed risicobeheer de meeste meerwaarde kunnen bieden aan hun cliënten en op langere termijn ook het rendement van de benchmark kunnen overtreffen. In België is het aandeel van actief beheer dus nog zeer groot en ik zie dat niet meteen veranderen.’ 

En hoe sterk moeten actieve beheerders de concurrentie vrezen van robo-adviseurs?

‘Ook vanuit die hoek is er wel een beetje concurrentie, maar dat is voorlopig nog zeer marginaal. Technologisch zijn dergelijke oplossingen misschien wel vooruitstrevend, maar voor dergelijke spelers blijft het toch ontzettend moeilijk om zich te confirmeren aan de wetgeving. Voorlopig zie ik dat niet snel veranderen. Het is een ding om met enkele techneuten een fantastisch product uit te werken, maar het is nog iets helemaal anders om dat in te passen in de sterk gereguleerde financiële sector. Wat ik wel zie gebeuren is dat dergelijke technologische firma’s worden overgenomen door bestaande financiële instellingen die dit vervolgens in hun dienstenaanbod kunnen opnemen.’

U vreest weinig concurrentie. Maar staat de rendabiliteit van de sector toch niet onder druk? 

‘De versnelde digitalisering en de regelgeving zorgen er onvermijdelijk voor dat de kosten stijgen. Op IT-, compliance- en risicomanagement afdelingen zijn er steeds meer personeelsleden nodig om alles in goede banen te leiden. Langs die kant valt er bovendien nog geen stabilisatie te verwachten. Er komt alleen maar meer regelgeving af op de sector en de bijhorende kosten zullen verder stijgen. Tegelijkertijd vraagt de eindklant ook meer digitale tools, wat ook kosten met zich meebrengt. Langs de andere kant staan ook de opbrengsten onder druk, want door de concurrentie in de sector en de kostentransparantie die aan de cliënten moet worden verstrekt is er weinig marge om de beheersvergoeding op te trekken. Elke vermogensbeheerder wordt gedwongen om goed in de gaten te houden welke meerwaarde hij kan bieden.’

Is een verdere consolidatie van de sector noodzakelijk om de rendabel te blijven?

‘De tendens naar schaalvergroting is ingezet. Je kan discussiëren over de minimale globale activa onder beheer die nodig zijn om rendabel te blijven, maar het is wel duidelijk dat schaalvergroting nodig is om leefbaar te blijven. Die concentratiebeweging is volop aan de gang. Denken we maar aan Mercier Vanderlinden die werd overgenomen door Van Lanschot of mijn vorige werkgever, CBP Quilvest, die zopas werd overgenomen door Intesa Sao Paolo. We mogen ook niet vergeten dat de sector in België in aantal niet zo groot is. Er zijn slechts een 50-tal private banken, vermogensbeheerders of fondsbeheerders die in België gevestigd zijn. Dat is geen hele ruime vijver natuurlijk.’

Is de sector stilaan overgereguleerd?

‘De financiële sector is reeds sterk gereguleerd en de laatste jaren werd de sector nog eens overstelpt met nieuwe wetgeving. Idealiter wordt de pauze-knop van nieuwe regelgeving ingedrukt. Dat is natuurlijk een utopie. We zijn niet tegen regelgeving, zeker niet als die dient ter bescherming van de eindklant. In het verleden was daaraan misschien een gebrek, of eerder een gebrek aan strikte naleving van deze regels door een zeer klein aantal spelers, maar intussen is dat ruimschoots gecompenseerd. En intussen komen er alleen maar meer nieuwe regels op de sector af.

Veel instanties zijn elk vanuit hun eigen perspectief bezig met de regulering van de financiële sector, ook en vooral vanuit Europa. Dat gebeurt allemaal met de beste bedoelingen, maar intussen hebben we het punt van overshooting bereikt. Wij zijn er natuurlijk als sectorfederatie om in overleg te gaan met alle stakeholders, bij te sturen waar mogelijk en onze leden te helpen.’

Wat ziet u voor uzelf als de belangrijkste prioriteiten voor het komende jaar, als directeur-generaal van Beama?

‘We hebben als vereniging tot doel om de asset management activiteiten in België te ontwikkelen en het imago van de leden te bevorderen. De raad van bestuur heeft een aantal prioriteiten naar voor geschoven waarnaar de komende drie jaar de aandacht van onze beroepsvereniging zal gaan. Het betreft hier onder meer toegang tot de kapitaalmarkt, transparantie, duurzaamheid, financiële educatie en aandacht voor alternatieve en minder liquide activa. Samen met mijn team engageer ik mij om deze punten te helpen verwezenlijken.’ 
 

Author(s)
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No