De stagflatierisico’s zijn nog versterkt door de hogere grondstoffenprijzen in het kader van de geopolitieke crisis en het onevenwicht tussen vraag en aanbod. De centrale banken maken zich ernstig zorgen en de groei verschuift nu even naar de achtergrond. De risicopremie op aandelen is afgenomen.
Dat maakt alles veel moeilijker voor asset allocators, zeker nu de risicopremie op aandelen minder aantrekkelijk is.
Dat zegt Steven Steyaert (foto), die deel uitmaakt van het multi-asset beheerteam van NN Investment Partners. Aan het begin van het jaar stond het team positief tegenover aandelen, maar begin februari sloten we deze positie. ‘Dat deden we om twee redenen. Ten eerste de hardere toon van de centrale banken, en ten tweede zagen we dat de Russen iets in hun schild voerden. Dat was toen een duidelijke reden voor ons om voorzichtiger te worden. Daarom zijn we neutraal geworden voor aandelen, en dat zijn we tot op vandaag.’
De herstelbeweging die zich sindsdien heeft ingezet, is voor Steyaert echter geen reden om de posities verder op te bouwen. ‘We zien toch een aantal headwinds voor aandelen die ons bezorgd en voorzichtig houden, vooral de bedrijfswinsten, die zullen lijden onder stijgende input- en loonkosten. We staan voor een periode van neerwaartse winstherzieningen, wat je nog niet ziet in de consensusverwachtingen.
Vooral in Europa verwachten we dat, want wij zijn kwetsbaarder voor de situatie dan de VS. Een verwachte winstgroei van 4 procent in Europa is nog te hooggespannen.’ Ook de waarderingen baren Steyaert zorgen, in combinatie met de fors gestegen langetermijnrente in de VS en Europa. Dat zorgt ervoor dat de risicopremie voor aandelen is afgenomen.
Steyaert vermeldt ook de inflatoire druk, die weegt op het consumentenvertrouwen en het ondernemersvertrouwen. ‘Hoe zullen de centrale banken hierop reageren? Powell gaf na de meetings ook aan dat het niet uitgesloten is dat de rentevoeten sterker verhoogd zullen worden dan de mediaanverwachtingen. Kortom: we blijven voorzichtig en neutraal voor aandelen, en zijn eerder geneigd om risico’s af te bouwen.’
60/40 portefeuille
Door de positieve correlatie tussen aandelen en obligaties is het beheer van multi-asset portefeuilles geen sinecure. Steyaert erkent dat gemengde portefeuilles het de afgelopen weken niet onder de markt hebben gehad. Beide activaklassen stonden onder druk. Dat is volgens hem typisch wat er gebeurt in tijden van stagflatievrees. Stijgende rentevoeten en een groeivertraging zijn geen cadeau voor beleggers, en zeker niet voor gemengde fondsen, die deels aan diversificatiekracht inboeten.
‘Toch denk ik niet dat zoiets op lange termijn structureel aanhoudt. Beleggers maken zich doorgaans wat te veel zorgen hierover, want stagflatieperiodes duren doorgaans niet zo lang. Het is een periode om eerder te gaan inzetten op reële activa. Aandelensectoren die kunnen profiteren van hogere grondstofprijzen,maar ook bv. vastgoed en infrastructuur.’
Steyaert hoort vaak dat defensieve cliënten hun risicoprofiel willen opschalen. ‘Je mag dit zeker niet forceren, en je moet ervoor zorgen dat er voldoende bandbreedte is om tactisch te laten aansluiten bij het risicoprofiel van de cliënt. Daarom zitten we vandaag korter op duration. Linkers zijn te duur volgens ons, en daarom zetten we meer in op reële activa zoals grondstoffen, banken en financiële waarden.’
Duurzaamheid
NN IP zet volgens Steyaert sterk in op duurzaamheid, maar wordt geconfronteerd met de uitdaging dat niet-duurzame sectoren zoals olie & gas, steenkool en dergelijke outperformen de voorbije periode. Steyaert nuanceert: ‘Op lange termijn is de trend richting schone energie, deugdelijk bestuur en sociaal welzijn onmiskenbaar. We leggen daarom in onze gemengde Patrimonial-fondsen nog steeds de klemtoon op verantwoord beleggen en duurzaamheid.. We hebben weliswaar enkele accenten verlegd, maar gaan binnen de duurzame Patrimonial-variant niet beleggen in bedrijven of activiteiten die niet verenigbaar zijn met ons duurzaam-beleid’.
De actief beheerde duurzame aandelenstrategieën van NNIP zijn van nature meer gericht op groeiaandelen. Die groei-tilt werd wat afgebouwd door winstnemingen op groeibedrijven, en door meer te diversifiëren. Er werd wat meer belegd in valuebedrijven met sterke duurzaamheidskenmerken, zoals traditionele banken die best-in-class zijn. Ten tweede werd er in de Patrimonials, die funds of funds zijn, ook verschoven naar duurzame aandelenfondsen met een semi-passieve strategie. ‘Dat noemen we ‘enhanced index sustainable’.
We gaan enerzijds de bedrijven met mooie duurzaamheidskenmerken bevoordelen en anderzijds de minder goede leerlingen uitsluiten of onderwegen. Zo kunnen ze de index met een lage tracking error volgen, maar vermijden ze grote stijl- of sectorklemtonen. Daarnaast werken we binnen de traditionele gemengde fondsen met future overlays om de groeitilt te verlagen en leggen we meer nadruk op financiële waarden.
Helemaal wegwerken van de groeitilt die voorkomt uit de duurzame aanpak en -thema’s kan je niet, maar het helpt wel om de extremen weg te werken,’ besluit Steyaert.