Tweewekelijks laat Investment Officer aan een vooraanstaand professional uit de financiële sector enkele persoonlijke vragen los. Ive Mertens, CEO van Leo Stevens Private Banking, kijkt deze keer in De Spiegel.
In 2010 vervoegde Ive Mertens (foto) het team van de Antwerpse vermogensbeheerder Leo Stevens Private Banking. Sinds 2019 is hij niet alleen verantwoordelijk voor het vermogensbeheer en de beleggingsstrategie, maar is hij ook CEO. Hij begon zijn carrière bij ING (toen Bank Brussel Lambert) en werd er al snel gevraagd om de private-banking activiteiten in Vlaams-Brabant uit te bouwen. Tegelijkertijd werkte hij toen als fundamenteel analist bij beleggingsblad ‘De Belegger’. In 2001 maakte hij de overstap naar Puilaetco Private Bankers, waar hij uiteindelijk manager private banking werd.
Wat hebt u geleerd uit uw eerste job in de financiële wereld?
‘Meteen nadat ik was afgestudeerd, ging ik al heel bewust op zoek naar een job als private banker. Zo belandde ik bij het talentprogramma van het toenmalige Bank Brussel Lambert, waar ik al na zes maanden werd uitgehaald en veel sneller dan voorzien werd toegewezen aan een private banking-kantoor dat werd geherstructureerd. Ik nam de job over van een private banker die bijna zestig jaar was en zij werd mijn commercieel assistente. Als 23-jarige had ik snel door dat ik mijn ego moest laten varen, hoewel je op die leeftijd denkt dat de hele wereld aan je voeten ligt. Door die houding hebben we toch heel goed kunnen samenwerken en hebben we samen nog heel veel kunnen verwezenlijken. Die focus op respect, collegialiteit en samenwerking loopt als een rode draad doorheen mijn carrière.’
Wat is uw grootste teleurstelling?
‘Het kortetermijndenken dat zo alomtegenwoordig is in de financiële sector en dat ik alleen maar zie verergeren. Veel te vaak zijn directies van financiële instellingen vooral gefocust op alles wat vooral veel winst opbrengt voor de aandeelhouders. Maar dat is nu net wat private banking niet mag zijn. Als er iets persoonlijk en onderscheidend moet zijn, dan is het wel private banking. Steeds meer nichespelers kopiëren de gestandaardiseerde en productmatige aanpak van de grootbanken. Daardoor is private banking voor het overgrote deel van de markt verschraald tot een product in plaats van een dienstverlening op maat. Ik ben blij en fier dat wij bij Leo Stevens Private Banking onze eigen koers blijven varen en nog steeds focussen op die dienstverlening op maat. Dat hier een grote vraag en nood aan is, bewijst onze sterke groei van de voorbije jaren.’
Naast CEO bent u ook CIO van Leo Stevens Private Banking. Welk type belegger bent u zelf?
‘Een deel van mijn vermogen zit in individuele kwaliteitsaandelen, waaronder holdings à la Ackermans & van Haaren. Dergelijke aandelen kan ik aan de kant leggen om binnen tien of twintig jaar te zien hoe ze geëvolueerd zijn. Daarnaast focus ik me ook op een aantal thema’s waarvan we weten dat die het komende decennium nog aan belang zullen winnen, zoals clean tech en digitalisering. En daarnaast ben ik een vrij actieve vastgoedinvesteerder. Niet omdat ik denk dat vastgoed een hoger rendement biedt, maar wel omdat het hele andere kenmerken heeft dan aandelen en dus een goede diversificatie is. En ik houd gewoonweg van renovatieprojecten. Als private banker kom je dagelijks in contact met familiale ondernemers die een familiefortuin hebben vergaard. Het is verleidelijk om te denken dat dat de enige echte wereld is. Maar dat is natuurlijk niet zo, of toch maar voor een deeltje. En dat besef je maar al te goed als je geregeld met bouwvakkers spreekt. Dat zijn twee verschillende werelden die elk op hun eigen manier heel boeiend zijn.’
Wat is uw beste professionele leidraad?
‘Om altijd mijn intuïtie te volgen en nooit iets tegen mijn zin te doen. Ik heb me altijd voorgenomen om meteen te stoppen met wat ik doe van zodra het niet meer in lijn ligt met wie ik ben en het niet meer goed voelt. Dat is ook de reden waarom ik het zo belangrijk vind dat al onze medewerkers zich goed in hun vel voelen, want je kan heel veel bereiken door negatieve energie te elimineren.’
Wat is het meest bepalende moment uit uw carrière?
‘Tijdens de crisis in 2001 werkte ik voor Puilaetco. In de nasleep van de crisis werd het kantoor gesloten waarvan ik de leiding had. Het ganse team dat ik had aangenomen, werd ontslagen. Ik vond dat ik ook ontslagen moest worden en liet dat ook weten aan de directie. Zij weigerden me te ontslaan. Ik moest zelf maar mijn ontslag nemen, wat ik weigerde. Zo belandde ik in het kantoor van Antwerpen, waar de intussen veel te vroeg overleden Erik Peeters kantoordirecteur was. Tussen ons was er meteen een klik. We zaten op dezelfde golflengte, dachten steeds hetzelfde en konden zo ontzettend goed samenwerken. Uiteindelijk hebben we ook samen de overstap gemaakt van Puilaetco naar Leo Stevens. Hadden we mekaar nooit ontmoet, dan was dat waarschijnlijk niet gebeurd.’
Ligt u soms wakker van de beursactualiteit?
‘Nooit. Beleggingen zouden niemand uit zijn slaap mogen houden. Je moet niet wakker liggen als je in kwaliteit belegt en je de geïnvesteerde middelen tijdens de volgende economische cyclus niet nodig hebt. Wie toch wakker ligt, heeft doorgaans te veel in aandelen belegt of heeft zich laten meeslepen door de zoveelste hype.’
Bent u tevreden over de balans werk-privé?
‘Gezien ik mijn job zo graag doe, is werken voor mij niet echt een opoffering. Ik zit al meer dan 20 jaar in private banking, waardoor persoonlijke relaties met vermogende families een onderdeel zijn geworden van mijn leven. Dat maakt dat privé en werk dikwijls in elkaar overlopen. Maar dat is oké. Ik haal even veel energie uit mijn werk als uit mijn privéleven, waardoor ik geen noodzaak voel om een balans na te streven tussen beide. Dat is meer voor mensen die hun werk minder graag doen en die hun energie vooral halen uit de zaken die ze privé doen.’
Hoe ontspant u?
‘Elke drie maand heb ik nood aan een break, om zowel fysiek als mentaal even afstand te nemen van de dingen waarmee ik bezig ben. Ik trek dan het liefst naar de natuur, waar ik ook probeer op het ritme van de natuur te leven. De volgende break zal me waarschijnlijk naar Tanzania leiden.’