De Vries Investment Services gaat sinds eind december officieel verder als EBI Capital Partners. Oprichter Jan de Vries heeft Lodewijk Lamaison van den Berg en Niek Padt aangetrokken, in een antwoord op het grotere eisenpakket en om de groeiende hoeveelheid klanten continuïteit te bieden.
Dat zegt Jan de Vries in gesprek met Investment Officer. Daarnaast helpt het de firma aan verdere groei. ‘Met alle toenemende kosten en regelgeving, zul je wel moeten groeien om je eigen kosten in bedwang te houden.’
De Vries begon zijn onderneming in 2005 als ‘misschien wel een van de eerste betaalde indexbeleggers’. Aanvankelijk als eenpitter, later - toen de hoeveelheid klanten flink groeide - met adviseurs aan zijn zijde.
‘Twee, drie jaar geleden merkten we vervolgens dat de toezichthouder steeds meer eisen begon te stellen aan beleggingsondernemingen’, vertelt De Vries. ‘Daarom, en vanwege de groei van het beheerd vermogen, besloot ik dat mijn onderneming er één moest worden met meerdere eigenaren, om klanten meer continuïteit te bieden.’
Evidence Based beleggen
Lodewijk Lamaison van den Berg en Niek Padt, oude bekenden van De Vries, sloten zich in 2020 en 2021 aan bij de vermogensbeheerder met inmiddels zo’n 200 miljoen euro onder beheer. Net als De Vries zijn ze aanhangers van evidence based indexbeleggen, waarbij ‘kleine nadelen’ van traditioneel indexbeleggen worden vermeden door volledig op basis van de wetenschap te beleggen. Aandelen met heel hoge waarderingen worden bijvoorbeeld omzeild en stijldrift wordt voorkomen. Ook het verplicht handelen dat bij traditioneel indexbeleggen tot onzichtbare kosten leidt, wordt ontweken.
Lamaison van den Berg had een kantoor met een vergelijkbare methodiek in het buitenland, Padt een soortgelijke onderneming onder een nationaal regimevergunning. Logisch was dan ook de statutaire naamswijziging in december naar EBI Capital Partners, verwijzend naar het door hen gevolgde Evidence Based Investing.
‘Wij hebben geen eigen mening over onze beleggingsfilosofie’, vat De Vries de strategie die EBI sinds 2012 volgt samen. ‘Wij kijken wat er in de wetenschap gebeurt. Waar je bij de huisarts verwacht dat iedere huisarts zich baseert op dezelfde uitgangspunten, maakt het in de financiële wereld wel degelijk uit bij wie je naar binnenstapt. De één heeft een heel andere filosofie dan de andere.’
Concurrentie
Behalve de naam op de gevel, verandert er overigens weinig bij de firma uit Alphen aan den Rijn, buiten misschien het feit dat deze sinds enkele jaren een beheervergunning heeft naast de bestaande adviesvergunning. Nieuwe klanten komen sowieso in beheer, adviesklanten worden stapsgewijs naar beheer begeleid. ‘Aan advies werden steeds meer eisen gesteld’, zegt De Vries daarover. ‘Wil je het efficiënt en effectief in de lucht houden, moet je voor beheer gaan.’
Waar De Vries in 2005 nog een van de weinig aanbieders in indexbeleggen was, is dat nu wel anders. Hoe zit het met de concurrentie? De Vries antwoordt ‘inmiddels een aardig klantenbestand te hebben en gestaag door te groeien via mond tot mond reclame’. ‘We zetten alles op alles om onze interne kosten zo laag mogelijk te houden, waardoor we de vergoeding die we vragen aan klanten ook laag kunnen houden, 0,6 procent voor klanten met een belegd vermogen tot een miljoen en nog lagere kosten voor bedragen daarboven. Sommige robo advisors en online platforms zijn duurder.’
Daarnaast, zegt De Vries, ‘zijn er heel veel definities van indexbeleggen’. ‘Kijk maar eens hoe portefeuilles ingericht zijn. Sommigen zijn heel actief met de inrichting via passieve instrumenten. Je kunt erover twisten of dat echt indexbeleggen is. Daarnaast laten veel beleggingsondernemingen zich verleiden tot tóch een eigen filosofie. Ze maken de actieve keuze in Europa te beleggen of in de IT-sector. Wij laten ons al zeventien jaar volledig leiden door de wetenschap, onze portefeuilles veranderen zelden - buiten herbalanceringen.’
Bloedbad
In 2022 kwam betaalde de tilt naar waarde zich daarbij eindelijk uit, waarover de wetenschap zegt dat je door de tijd heen meer rendement mag verwachten van waarde-aandelen dan van groei-aandelen. Uiteindelijk keren de markten terug naar normale karakteristieken, zo luidt de theorie.
De Vries: ‘Ik ken redelijk wat ondernemingen die, toen waarde achterbleef, naar groei zijn geschoven. Dan heb je de hele rebound gemist. Wij hebben dat geduld wél gehad. Terwijl 2022 voor velen een bloedbad was, viel dat bij ons reuze mee. Maar natuurlijk, onze resultaten fluctueren ook. Soms hebben we een positief resultaat, soms negatief. En dat is precíes, zoals de wetenschap het voorspelt.’