Delta Lloyd heeft Van Lanschot weer in de schijnwerpers gezet. Naast een claimemissie kondigde de verzekeraar maandag aan dat het 30,5 procent-belang in de private bank wordt heroverwogen. Oftewel: Delta Lloyd wil de positie in Van Lanschot afbouwen. De vraag is of het realistisch is om een dergelijke verkoop op korte termijn voor elkaar te krijgen.
Delta Lloyd zal zelf op zoek moeten gaan naar kopers, omdat de omzetten op de beurs minimaal zijn. Gemiddeld gaan er de laatste tijd zo’n 13.000 stuks per dag om. Dat komt omdat er naast Delta Lloyd nog een aantal partijen groot in Van Lanschot zit.
Rabobank heeft zo’n 12 procent van de stukken in handen, pensioenfonds ABP ook, vermogensbeheerder Wellington heeft net iets minder dan 10 procent, net als de familie Van Lanschot via hun LDDM Holding.
Delta Lloyd resten vier opties. De eerste mogelijkheid is de positie in één keer over te doen aan een koper. Dat zal niet eenvoudig gaan, ook omdat de overnemende partij dan verplicht kan worden om een bod te doen op de overige uitstaande certificaten van Van Lanschot. De grens daarvoor ligt op 30 procent.
Delta Lloyd zou er ook voor kunnen kiezen net onder de grens van 30 procent te gaan zitten. Maar hoe moeilijk het is om zo’n positie te slijten, blijkt wel uit de ervaringen van FB Oranjewoud.
Dat deed er drie jaar over om een belang van 23 procent — een erfenis uit de tijd dat Friesland Bank grootaandeelhouder was in Van Lanschot — af te bouwen naar bijna niets. Geleidelijke afbouw ligt dus meer voor de hand. Een paar maanden geleden wist SNS Reaal op deze manier een belang van 5 procent in Van Lanschot te plaatsen bij de grote Amerikaanse vermogensbeheerder Invesco.
Mini-beursgang
Behalve een gedeeltelijke onderhandse verkoop aan een geïnteresseerde partij kan Delta Lloyd ook overwegen het belang op een andere manier naar de markt te brengen, oppert analist Albert Ploegh, die Van Lanschot volgt voor ING. Dat zou dan een soort ‘mini-beursgang’ zijn, waarbij geïnteresseerde institutionele beleggers bij een begeleidende zakenbank kunnen aangeven hoeveel aandelen tegen welke prijs ze willen hebben.
En dan is er nog een ander — wat vergezocht — scenario waar zakenbankiers van zullen smullen. Er zijn namelijk drie Nederlandse banken die te klein zijn voor het tafellaken, maar te groot voor het servet. Zou het niet mooi zijn om SNS Bank, Van Lanschot en NIBC Bank tot één geheel te smeden?
Daar zal wel nog wat masseerwerk aan te pas moeten komen, aangezien SNS Bank nu nog in de handen van de Staat is, en bovendien de droom koestert een nutsbank te worden. Ook zullen de huidige aandeelhouders van NIBC Bank, onder leiding van private-equitybedrijf J.C. Flowers & Co, moeten accepteren dat hun aandelen nu minder zullen opbrengen dan ze er vóór de kredietcrisis voor hebben betaald.
Focus
Van Lanschot presenteerde eind augustus iets beter dan verwachte halfjaarcijfers. Onder topman Carl Guha focust de bank zich op drie activiteiten. Onder het label Van Lanschot worden aan rijke particuliere klanten private banking-diensten geleverd. Daarnaast is er dochter Kempen & Co, dat zich presenteert als puur lokale zakenbank en vermogensbeheerder.
En dan is er nog de laagdrempelige onlinedochter Evi van Lanschot. Daar kunnen particulieren al vanaf 10.000 euro beleggingsadvies krijgen of hun vermogen laten beheren. Van de vier analisten die de bank intensief volgen, geven er drie een koopadvies. Alleen Cor Kluis, analist bij mede-grootaandeelhouder Rabobank, is terughoudender en geeft het advies het aandeel te houden.
Beleggers waren nauwelijks onder de indruk van de voorgenomen verkoop. Op een iets lagere beurs, bij lage volumes, sloot het aandeel 0,3 procent hoger op 21,75 euro.
Copyright: Het Financieele Dagblad, 30 november 2015.