Er zijn nog steeds beleggers die het valutarisico op een aandelenportefeuille afdekken. Dat is onverstandig, het zorgt juist in crisistijden voor grotere negatieve uitslagen. De belangrijkste munt in een wereldwijde aandelenportefeuille is immers de Amerikaanse dollar, die populair is in tijden van crisis.
Aan de status van reservemunt zitten voor de Amerikanen voordelen. De VS kan zijn schulden financieren in de eigen munt, evenals de handel met het buitenland. Tot ver over de eigen landsgrenzen worden dollars geaccepteerd voor investeringen en beleggingen. Door die populariteit van de dollar is de vraag naar dollars groot. Dat zorgt er voor dat de munt structureel is overgewaardeerd, met als resultaat een structureel handelstekort. Even leek het er op dat de combinatie van twee forse renteverlagingen door de Fed en het oplopende begrotingstekort de dollar zou verzwakken, maar de munt is de afgelopen drie jaar niet zo sterk geweest.
Gevangene van de dollar
Het is geen positief signaal dat de dollar aan kracht wint. De dollar is de ultieme veilige haven voor veel beleggers. De Fed heeft geprobeerd met het versoepelen van de swaplijnen naar andere centrale banken om de stijgende dollar af te remmen, maar dat lijkt nog niet te lukken. Wereldwijd staat er 12.000 miljard dollar – 60 procent van het Amerikaanse bbp – uit aan dollarschulden bij landen, banken en bedrijven. Veel van deze debiteuren sluiten tijdelijk de deuren. Gevolg is dat er geen geld meer binnenkomt, maar de dollarschulden blijven. Dat doet extra pijn nu de dollar sterker wordt.
De kracht van de dollar is ook te danken aan de zwakte van de euro. Versus de Chinese renminbi en de Japanse yen valt het nog wel mee met de kracht van de dollar. De eurozone is helaas het epicentrum geworden van de Coronacrisis. Inmiddels zijn er in Italië al meer doden gevallen dan in heel China en het einde lijkt nog lang niet in zicht. Zo lang de onrust over de Coronacrisis blijft, zal de dollar sterk blijven.
Dollar knijpt liquiditeit af
Het risico van een sterke dollar is dat een bedrijf of een land dat zich gefinancierd heeft in Amerikaanse dollar niet meer aan zijn verplichtingen kan voldoen. Waar een zwakke dollar zorgt voor meer liquiditeit, knijpt een sterke dollar de liquiditeit af. Zelfs voor relatief sterke debiteuren is het duurder geworden om zich te financieren in dollar.
Pas als de crisis is gepiekt, kan de dollar opnieuw verzwakken. De Fed gaat voorlopig de rente niet verhogen, er is sprake van een wapenstilstand in de handelsoorlog, de Amerikaanse presidentsverkiezingen staan op de agenda en vergeleken met de Canadese dollar, de Japanse yen en de Zweedse kroon is de Amerikaanse dollar erg duur.
Chinese uitdager
De renminbi probeert de rol van reservemunt over te nemen. Dat is niet eenvoudig. Het is net als met het besturingssysteem van Microsoft. Het is wellicht niet het beste besturingssysteem, maar omdat iedereen het gebruikt is er feitelijk geen alternatief. Wel gaat al 20 procent van de handel in oliefutures tegenwoordig in renminbi. De Chinese centrale bank heeft ook swaplijnen naar veel Aziatische landen. Die landen hebben bovendien grote valutareserves.
Veel crises verergeren door een sterke dollar, bijvoorbeeld in Latijns-Amerika in de zomer van 1982 en de Aziëcrisis van 1997. Nu maar hopen dat de Europese banken geen dollars short zitten. Uit de koersontwikkeling blijkt eerder het tegendeel.
Han Dieperink is zelfstandig belegger en consultant. Hij was eerder in zijn loopbaan chief investment officer van Rabobank en Schretlen & Co. Hij geeft de komende tijd dagelijks op Fondsnieuws en Investment Officer zijn analyse en commentaar op de corona-crisis.