In dollar-gedenomineerd investment grade schuldpapier levert vandaag de dag aanzienlijk meer op dan in euro uitgegeven bedrijfsobligaties. Het verschil is sinds vijftien jaar niet meer zo groot geweest, zegt creditbelegger Paul Smets van CapitalAtWork.
De beheerder van het succesvolle bedrijfsobligatiefonds Corporate Bonds At Work wijst op gegevens van JPMorgan. Daaruit blijkt dat het lopende rendement op de brede markt van euro investment grade obligaties op dit moment 1 procent is, terwijl investment grade papier - gedenomineerd in dollars - goed is voor een yield van 4,3 procent.
‘Wij zijn twee jaar geleden bij onze asset allocatie naar de dollar bewogen. Nu is 60 procent van de onderliggende bruto exposure in dollar gedenomineerd papier, waar de Amerikaanse munt ten opzichte van de euro in belangrijke mate is afgedekt.’
Het is volgens Smets een belangrijke verklaring waarom het fonds de afgelopen periode zo goed heeft gepresteerd, zoals ook blijkt uit gegevens van Morningstar.
Sterke weging naar credits
Het fonds boekte in 2015 een rendement van 3,63 procent en hield de concurrentie stevig op achterstand. Op vijfjaarsbasis is een geannualiseerd rendement geboekt van 6,39 procent.
Het fonds van de Luxemburgse vermogensbeheerder CapitalAtWork is de belangrijkste component en maakt één derde uit van haar tactical asset allocation in het obligatiegedeelte van de portefeuille. In deze TAA FI is daarnaast plaats voor 30 procent staatsobligaties, waarvan op haar beurt één derde geïnvesteerd is in met name Amerikaanse Treasuries.
Smets zegt dat de goede resultaten van het dollar-papier rusten op twee componenten: aan de ene kant is de yield op Amerikaanse US Treasuries, de risicovrije component, interessant en de credit spread van in dollars uitgegeven papier is altijd bijna het dubbele van in euro gedenomineerd papier.
Bij dit laatste speelt volgens hem mee dat bedrijfsfinanciering in Europa vooral (nog) via banken verloopt en in de VS rechtstreeks. ‘Een andere factor is dat de VS inmiddels zijn gestopt met kwantitatieve verruiming en er sprake is van opwaartse rentedruk, terwijl in Europa de kraan van monetaire verruiming nog vol open staat en het kort(er) lopend papier al in enkele landen een negatieve rente kent.
Effect negatieve rente
‘Voorlopig zal dat niet veranderen. De inflatieverwachting voor de komende tien jaar is 0,8 procent in Europa, tegen 1,40 procent in de VS. ‘Het zal heel moeilijk zijn om inflatie in het systeem te krijgen,’ waarschuwt Smets.
Hij houdt - bij ongewijzigd beleid - rekening met lage en zelfs negatieve rentes, wat voor CapitalAtWork reden is om in het door Smets geleide brede tactische asset allocatie obligaties tweederde te alloceren naar credits. Dat levert volgens zijn berekeningen in de komende periode ongeveer 2,90 procent rendement op, terwijl het risicovrije gedeelte in obligaties (een derde van de portefeuille) daarnaast goed is voor 1 procent.
In het najaar was er zorg over de liquiditeit in de creditmarkt. Maar volgens Smets is die onrust aan het afnemen en neemt het vertrouwen in het economisch herstel toe - ondanks de volatiliteit op de wereldwijde markten. Zo zijn er in de afgelopen dagen emissies van schuldpapier geweest door bierconcern Ambev en hebben Apple, Comcast en Amgen schuldpapier geplaatst.
Investment grade
De spread op staatsobligaties, in al deze gevallen van 130 tot 140 basispunten, vindt Smets aantrekkelijk, mede omdat bedrijven met een investment grade-status doorgaans goed gefinancierd zijn.
‘Ondanks onze voorkeur voor Amerikaanse bedrijfsobligaties, hebben wij geen categorische voorkeur voor deze regio. Wij zijn heel selectief in de keuze van de emittent. We zoeken de risico’s niet op. Dat geldt bij voorbeeld voor de Amerikaanse energiesector, waar je met de lage olieprijs mag verwachten dat veel bedrijven in het schaliegas en -olie kunnen omvallen.’
‘Bij onze selectie kijken we vooral naar duurzame vrije cash flow. Dat is volgens ons een goede parameter om de gezondheid van het bedrijf te bepalen, en de risico’s te kunnen inschatten.’
CapitalAtWork is actief in de drie Benelux-landen. Het hoofdkantoor staat in Luxemburg.
Meer achtergronden op Fondsnieuws: