De dollar zal op langere termijn deprecieren ten gevolge van de structurele problemen in de Amerikaanse economie. Maar deze trend wordt bij vlagen doorbroken door herstel van de dollar ten opzichte van andere valuta.
Dat wordt dan veroorzaakt doordat het sentiment onder beleggers verslechtert en gekozen wordt voor de dollar als veilige haven.
‘Die megatrend gaat volgens het principe twee stappen vooruit en één achteruit’, zegt Werner Eppacher in een gesprek met Fondsnieuws.
Hij beheert het DWS Invest Forex Strategy en het DWS Best Global FX Selection Plus Fund. Met beide fondsen wordt getracht valutarisico’s te managen. De fondsen staan respectievelijk op een Year-to-Date van 1,9 procent en ongeveer 0 procent.
Dollarcrisis
Eppacher denkt dat er momenteel vier relevante thema’s zijn voor de valutamarkten: de ontwikkeling van de wereldeconomie, de toenemende bereidheid onder beleggers tot het nemen van risico’s als zich een nieuwe rally zou aandienen, de inflatiedreiging en de mogelijkheid van een dollarcrisis.
Die laatste twee thema’s betreffen de lange termijn. Eppacher ziet het belang van deze ontwikkelingen als een “market force”. Op dit moment lijkt de dollar enigszins te herstellen, maar dat zegt volgens hem vooral iets over de relatieve zwakte van de euro.
Politiek gedreven
‘Op de langere termijn is een depreciatie van de dollar onvermijdelijk, maar voor het moment is er niemand die belang heeft bij een zwakke Amerikaanse munt’, stelt Eppacher.
Dat blijkt volgens hem ook uit de mededeling van de Russische minister van Financiën dat hij op dit moment geen alternatief ziet voor de dollar. Maandag zorgde die uitlating voor een krachtig herstel van de Amerikaanse munt, maar dat zegt volgens Eppacher niets over de onderliggende trend.
Dinsdag verloor de dollar al weer terrein, nadat de russische president Medvedev verklaarde dat er een wereldwijde reservevaluta moet komen.
‘De dollar is zeer sterk politiek gedreven. Iedereen, ook de BRIC-landen, hebben er belang bij dat er geen extreme koersbewegingen in de munt plaatsvinden. Dat wil niet zeggen dat de toekomst van de dollar voor deze landen niet hoog op de agenda staat.’
Een bewijs daarvoor ziet Eppacher in het feit dat China in Afrika en andere landen van de wereld vormen van samenwerking zoekt, zoals bouw van infrastuctuur en telecomnetwerken in ruil voor grondstoffen.
Diversificatie nagestreefd
‘Dat is een vorm van diversificatie. Maar hoe ze denken over het valutabeleid is lastig te interpreteren. Bij Chinezen moet je ervan bewust zijn dat er een groot verschil is tussen wat ze zeggen en wat ze doen.’
Volgens Eppacher is er op termijn slechts een munt, de euro, die de dollar als wereldvaluta zou kunnen vervangen. ‘Alleen in de dollar-euro relatie is van voldoende liquiditeit sprake. Maar op dit moment staat de euro er relatief slecht voor, omdat de eurozone het langzaamst herstelt.’
Valuta die het volgens hem nu en vooral op de langere termijn goed zullen doen, zijn de Braziliaanse Reaal, de Zuidafrikaanse Rand, de Australische dollar, de Noorse Kroon en de Poolse Zloty. Vier van de vijf munten zijn van landen met omvangrijke grondstoffenreservoirs.
Inflatiedreiging
Dat is niet zonder reden, denkt Eppacher, ‘het zijn landen waarvan op de valutamarkten het beeld bestaat dat het geld er niet verkwist wordt. Vooral landen die de crisis hebben proberen te bestrijden met “quantitave easing”, kunnen met hogere inflatie worden geconfronteerd.’
Ook speelt mee dat grondstoffen op de markten worden gezien als een hedge tegen inflatie, hoewel dat risico volgens Eppacher pas over anderhalf jaar acuut zou kunnen worden.