De onverwacht forse verliezen die Shell over het afgelopen kwartaal heeft geboekt is een nieuwe aanjager in het toch al zeer slechte sentiment van beleggers tegenover de energiesector.
Energieaandelen zijn nu op zijn minst even impopulair als bankaandelen in 2008. Volgens het data- en onderzoeksbureau Bespoke Investment Group is het percentage ‘floating’ aandelen nu 11,6 procent, hetgeen fors hoger is dan de 6,38 procent voor de S&P 1500-aandelen gemiddeld.
Het is 80 procent meer dan de bredere markt, wat volgens Bespoke ongeëvenaard is. Maar te vergelijken met 2008, toen de ‘floating’ van bankaandelen 11,7 procent bedroeg. In 2008 was de verklaring voor de hoge beschikbaarheid van bankaandelen het feit dat de toezichthouders short selling van bankaandelen hadden verboden.
Volgens Société Générale wordt de historisch zeer hoge floating van energieaandelen veroorzaakt door het feit dat de markt verwacht dat de olieprijs nog een langere periode op een laag niveau zal blijven voordat herstel in zet.
Shell maakte vanmorgen zijn derde kwartaalcijfers bekend. Het is een nettoverlies van meer dan 7,4 miljard dollar als gevolg van ruim 8,3 miljard aan afschrijvingen op proefboringen in Alaska, een teerzandproject in Canada en schaliegasactiviteiten in de VS.
Het resultaat voor eenmalige posten daalde met 70 procent naar 1,8 miljard dollar vergeleken met dezelfde periode een jaar eerder. Het bedrijf handhaaft het dividend op 0,47 dollar per aandeel.
Het resultaat voor eenmalige posten is lager dan door Bloomberg geraadpleegde analisten hadden verwacht. Die gingen gemiddeld uit van een winst van 2,92 miljard dollar. Net als andere grote olie- en gasconcerns heeft Shell veel last van de sterk gedaalde olieprijs. Die is het afgelopen jaar gehalveerd.
Daardoor verdient het bedrijf minder met het oppompen en verkopen van olie en stelt Shell investeringen in een aantal projecten uit, omdat ze bij de huidige olieprijs niet rendabel zijn.
‘Hoewel onze kasstroom en onze operationele prestaties in het afgelopen kwartaal sterk waren, zitten er in de cijfers die we vandaag rapporteren grote eenmalige posten. Deze lasten weerspiegelen zowel de lagere olie- en gasprijsvooruitzichten als ook de krachtige stappen die we nemen om de langere termijn optie-set van Shell opnieuw te beoordelen en te reduceren’, aldus Shell-bestuursvoorzitter Ben van Beurden in een persverklaring. Ook het Britse BP en het Franse Total boekten forse kwartaalverliezen.
De MSCI Energy Index (in dollars) boekte in 2014 een negatief rendement van -11,02 procent, tegen 5,50 procent voor de MSCI World Index. Per 30 september is het rendement year to date -21,77 procent geweest, tegen -5,63 procent voor de MSCI World Index.
Op twaalfmaandsbasis heeft de energiesector bijna 33 procent van zijn beurswaarde ingeleverd.
Bekijk de resultaten van de MSCI Energy Index (factsheet pdf)