Beleggingsondernemingen moeten de impact van hun beleggingsbeslissingen op duurzaamheid publiceren op hun website. Daarbij gaat het ondermeer om de invloed daarvan op ESG-doelen. Voor deze zogenoemde “principal adverse impact reporting” eis wordt het beginsel van proportionaliteit gesteld; voor bedrijven met minder dan 500 medewerkers geldt het beginsel “comply or explain”.
Dat blijkt uit het finale rapport dat vandaag door de drie Europese toezichthouders op de markt - EBA, Eiopa en Esma (samenwerkend in ESAs) - is gepresenteerd. Dit rapport bevat ook een ontwerp met de technische standaarden die onderdeel moeten uitmaken van de Europese verordening “Sustainability-related disclosures in the financial services sector” (SFDR).
Deze SFDR-verordening wordt per 10 maart van kracht, maar daarbij is onderscheid gemaakt tussen Level 1 en Level 2. Het ontwerp van Level 2 wordt in beginsel pas per 2022 van kracht en is op verzoek van de markt uitgesteld, omdat de technische standaarden nog niet helder waren.
Sector keek er reikhalzend naar uit
Naar het nu uitgebrachte rapport is door vermogensbeheerders, banken, asset managers, belangenverenigingen en advocatenkantoren reikhalzend uitgekeken: de SFDR-verordening heeft namelijk een ongekende impact op zowel het beleggings- als het organisatorisch beleid van marktpartijen.
Steven Maijoor (foto), de voorzitter van de ESAs, zegt in een schriftelijke reactie bij het rapport dat de opgestelde regels bedoeld zijn om de rapportage over ESG-factoren te verbeteren en om greenwashing tegen te gaan. Volgens hem gaat het erom dat er een balans moet worden gevonden tussen openbaarmaking en transparantie in het kader van SFDR en de erkenning dat deze informatie deel zal uitmaken van documenten die zeer divers in lengte en complexiteit zijn.
Golf van wet- en regelgeving
De karakteristieken en doelstellingen van de gebruikte financiële producten moeten in een annex op de website van de aanbieders worden getoond, aldus ESAs in hun gezamenlijke verklaring.
Daarbij gaat het om pre-contractuele informatie, die details geven over het product en de karakteristieken en doelstellingen ervan en welke methodologie is gebruikt. Verder moet informatie worden opgenomen in welke mate de producten voldoen aan duurzame beleggingsdoelstellingen en hoe het product bijdraagt aan het doel om de CO2-uitstoot in de Europese Unie te verlagen. Tot slot, moet regulier informatie worden gegeven die voldoet aan het zogenoemde beginsel van “do not significantly harm”.
Deze zeer belangrijke aanvulling ten aanzien van de verduidelijking van het zogenoemde Level-2 regime is ingegeven door onzekerheid in de markt over de technische uitwerking van het duurzame beleid dat door de Europese Commissie is ingezet, de zogenoemde “Green Deal”. De vandaag gepubliceerde bepalingen rond de technische standaarden (RTS) worden van kracht per 1 januari 2022, zo stellen de Europese toezichthouders in hun persbericht. Level 1 van de SFDR-verordening wordt van kracht per 10 maart 2021.
De sector stelt bij monde van belangenvereniging Dufas, dat er dit jaar een golf van Europese wet- en regelgeving op haar tegemoet komt en dat de kosten van deze nieuwe regels een fors effect hebben op haar verdiencapaciteit.