ForsVC investeert in Belgische gamestudios: 'hitgedreven sector'

Het Belgische onderwijs produceert sterk videogame talent, maar de Belgische game-industrie loopt achter. Dat gat wil ForsVC dichten. Ze zijn een durfkapitaalfonds dat focust op de Belgische game-industrie. Het doel is om bestaande game-studio’s te versterken, en binnen enkele jaren hit game’s op de markt te krijgen.

Arne Ottoy, managing director van ForsVC, legt uit hoe ze hun 18 miljoen euro willen besteden.

Waarom richten jullie dit fonds op?

Ottoy: ‘ForsVC kwam er omdat we vaststelden dat België veel gaming-talent bezat, maar weinig bedrijven. Howest won de voorbije vijf jaar drie keer de prijs van beste gaming-opleiding ter wereld. Er studeert erg veel talent af in die sector, maar zij vertrekken heel vaak naar het buitenland. Dat komt omdat er te weinig geïnvesteerd wordt in de Belgische gaming-industrie, zeker wanneer je het vergelijkt met bepaalde van onze buurlanden. Dat gaf ons de incentive. Dit is een ontluikende industrie, maar gaming heeft zoals elke andere sector centen nodig. Dat onevenwicht willen we aanpakken.’

Naar wat voor soort investeringen en bedrijven kijken jullie?

Ottoy: ‘We investeren tussen de 150.000 en 2,5 miljoen euro, alhoewel we iets hoger kunnen gaan. We kijken in principe niet naar prille start-ups. Enkele studenten met een goed idee laten we over aan de incubatoren. Vanaf het moment dat ze voorbij die incubatiefase raken zijn we geïnteresseerd. Maar we kijken evengoed naar de grotere jongens.

Onze eerste investering was bijvoorbeeld Cyborn, een Antwerpse studio die al een 25-tal mensen tewerk stelt. We kiezen daarnaast bewust voor co-investeren, wat ons toelaat om in opvolgrondes mee te groeien met het bedrijf. Onze ticket range is relatief breed, maar dat is een bewuste keuze.

De markt in België is al niet groot, het zou dus raar zijn om ons te beperken tot een specifieke bedrijfsgrootte, want dan zouden we snel rond zijn in het Belgische gaming-landschap. We investeren trouwens op twee manieren. We kunnen een minderheidsparticipatie nemen, en dan nemen we ook een zitje in de raad van bestuur. We begeleiden hen dan op dat niveau. Maar we kunnen studio’s ook projectfinanciering geven. Dat kennen de Belgische studio’s goed, want ze doen het ook al met uitgevers. Je geeft dus een lening, en in ruil daarvoor krijg je een percentage van de omzet die de game haalt.’

Jullie willen impact realiseren, maar hoe hopen jullie ook returns vast te krijgen?

Ottoy: ‘De gaming-industrie creëert in essentie software, en het heeft ook vergelijkbare economische kenmerken. Of je product nu één keer verkocht wordt, of een miljoen keer, de kostprijs blijft hetzelfde. Het potentieel rendement volgt dus een hockeystick curve. Tegelijk is dit een hit-driven sector, wat risico’s inhoudt. Onze investeerders begrijpen dat ook. Niettemin zijn we niet bang van die risico’s. We stappen er natuurlijk niet blind in. We hebben een team van experten aan boord. Als fonds kunnen we het risico ook spreiden.’

Hoe is jullie aanpak toegespitst op de gaming-industrie?

Ottoy: ‘Vorige investeerders bekeken Belgische game-studio’s vooral als B2B bedrijven. Belgische game-studio’s doen inderdaad veel B2B, maar vooral om geld te verdienen zodat ze de game van hun dromen kunnen maken, die zich meestal richt op de consumentenmarkt. Maar die realiteit zorgt er ook voor dat ze hun focus soms verliezen. Als ze een groot project binnenhalen dan ligt hun game een paar maanden stil. Dat is niet goed voor de flow, en als je te lang aan een game werkt dan kan je moment passeren.

Met ForsVC willen we hen die focus teruggeven. Als ze B2B willen doen, dan is dat ok, het geeft nu eenmaal een gezonde financieringsmix. Maar ze moeten altijd kunnen doorwerken aan hun game. Daarbovenop willen studio’s niet zomaar van iedereen geld aannemen. Zij verwachten dat er knowhow over gaming bij de investeerders bestaat. Dat wij dat hebben wordt fel gewaardeerd.’

Het doel is dus om een Belgische hit game te krijgen in de komende jaren?

Ottoy: ‘We zijn een relatief klein fonds. Dus we kunnen het ons niet permitteren om geld rond te strooien. Maar uiteraard investeren we in bedrijven waarvan we denken dat ze een hit zullen hebben, en zullen groeien in waarde. Andere van onze investeringen zullen het dan weer minder goed doen, maar de hits compenseren dat.’

Welke uitdagingen komen jullie nog tegen?

Ottoy: ‘De studio’s zijn vaak nog zoekende. We moeten het eerst eens worden over de strategie en richting die ze uitgaan. Het houdt geen steek dat we investeren in een studio die enkel B2B wil doen, als wij het omgekeerde willen. We moeten op dezelfde lijn zitten. Dat is de uitdaging. We moeten op het juiste moment in de juiste studio’s stappen.’

Hoe ziet de toekomst eruit?

Ottoy: ‘We hebben nog een jaar om bijkomende fondsen op te halen, alhoewel we het zeer waarschijnlijk hierbij zullen laten. De volgende stap bestaat eruit om een goed portfolio uit te bouwen. We moeten op stap gaan, met studio’s praten en investeren. Hopelijk hebben we dan binnen een enkele jaren een paar mooie studio’s die het Belgische talent in België kunnen houden, en die zelfbedruipend zijn en mooie winst maken.

We hebben er zin in, je voelt dat het een beloftevolle industrie is. Het is erg leuk om met die mensen en teams aan de slag te kunnen. Ze zijn erg dankbaar dat er eindelijk een fonds voor hen bestaat. Zelfs in Nederland zijn ze jaloers dat wij zo’n fonds hebben met de focus op gaming.’

Gerelateerde artikelen op Investment Officer:

• 15 jaar geleden sprak niemand over private equity in België
• Top tier access lanceert nieuw private equity fonds in België