Centrale bankiers gaan hun monetaire beleid beter op elkaar afstemmen. Dat is de belangrijkste conclusie van de G20-top die dit weekend in Sjanghai plaatsvond.
Een scherper dan verwachte depreciatie van de Chinese renminbi afgelopen zomer, en de greep van meerdere centrale banken naar negatieve rentes deden financiële markten sidderen. Een valutaoorlog leek in de maak.
De aanwezige ministers van financiën, en centraal bankiers susten de zorgen over een valutaoorlog zaterdag door te benadrukken dat wisselkoersbeleid niet zal worden ingezet om groei binnen de eigen landsgrenzen aan te jagen.
‘We zullen ons verre van zaken houden als protectionisme en competitieve devaluaties’, aldus de Chinese minister van financiën Lou Jiwei, die nuttig gebruik maakte van zijn rol als G20-voorzitter om het blazoen van China weer wat op te poetsen. ‘De recente marktvolatiliteit heeft laten zien dat we elkaar beter moeten informeren over monetair beleid.’
Daarbij moeten de landen elkaar voorlopig vooral op hun blauwe ogen geloven: een protocol dat aangeeft in welke gevallen centrale banken moeten worden geïnformeerd, zal er voorlopig niet komen.
Volgens minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem — aanwezig bij de G20 vanwege het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie — is dat ook niet nodig. ‘Het belangrijkste is dat er geen verrassingen meer zijn. Als een monetaire beslissing zou kunnen leiden tot een devaluatie van de munt, is er nu in elk geval de toezegging dat centrale banken elkaar tijdig waarschuwen.’
Nadrukkelijk wijst de G20 nog op het feit dat markten in de afgelopen jaren te veel op centrale banken zijn gaan leunen. ‘Monetair beleid zal economische activiteit blijven ondersteunen, maar monetair beleid alleen is onvoldoende om tot een gebalanceerde groei te komen’, zo schreven de financiële leiders. De G20 doet daarom ook een beroep op regeringen om ruimte vrij te maken op de begroting voor groei, banen en herstel van vertrouwen.
‘Structurele hervormingen zijn daar een essentieel onderdeel van. Ik ben blij dat dat de G20 dat erkent’, zei Christine Lagarde, topvrouw van het Internationaal Monetair Fonds in een persconferentie.
‘De mate waarin structurele hervormingen moeten worden doorgevoerd varieert van land tot land’, voegde voorzitter Lou daaraan toe, waarmee hij onbedoeld de grootste zwakheid in het verder tamelijk wollige akkoord blootlegde. ‘Met stimulerend beleid kunnen we de verstoringen die structurele hervormingen op korte termijn tot gevolg hebben, zoveel mogelijk beperken.’
Copyright: Het Financieele Dagblad, 29 februari 2016.