Het wereldwijde vermogen steeg vorig jaar met 7,4 procent naar een recordhoogte van 418.300 miljard dollar. Tegelijkertijd nam het aantal miljonairs sinds de pandemie wereldwijd met 5,2 miljoen toe. Dat was ook het geval voor Nederland. Keerzijde hiervan is dat de welvaartsongelijkheid, ondanks de coronacrisis en lockdowns, ook sterk is toegenomen.
Dat blijkt uit het jongste Global Wealth Report van Credit Suisse. ‘Een volwassene heeft nu meer dan een miljoen dollar nodig om tot de rijkste 1 procent ter wereld te behoren’, aldus de opstellers van het rapport
Eind maart 2020 zagen de S&P500, de FTSE100 en de DAX correcties van meer dan 30 procent. In juni bleken de markten alweer bijna volledig hersteld, dankzij het kwantitatieve beleid van centrale banken. Door de ongekende economische comeback in de tweede helft van vorig jaar noteerde de wereldeconomie een groei van maar liefst 28.000 miljard, een slordige 7,4 procent.
‘Het wereldwijde aantal miljonairs groeide met 5,2 miljoen tot ruwweg 56,1 miljoen. Als gevolg hiervan heeft een volwassene nu meer dan 1 miljoen dollar nodig om tot de wereldwijde top 1 procent te behoren. De groep van Ultra High Net Worth Individuals (UHNWI) telt sinds vorig jaar 24 procent meer participanten, het hoogste stijgingspercentage sinds 2003.’
Zwitserland spant opnieuw de kroon met een bevolking die voor 15 procent uit miljonairs bestaat. Ook Nederland doet het met 7,7 procent niet ‘slecht’. In 2000 mocht nog maar 2,1 procent van de Nederlanders zich miljonair noemen, volgens Credit Suisse.
Groeiende welvaartsongelijkheid
Het rapport stelt dat het ongekend snelle herstel, en de daarop volgende groei voornamelijk te danken zijn aan adequaat monetair beleid. Echter, de gevolgen van de Covid-19-pandemie hebben geleid tot een wijdverbreide toename van de ongelijkheid in rijkdom in 2020. Niet iedereen profiteert mee.
De impact op de werkgelegenheid en inkomens heeft de minst vermogenden het hardst geraakt. Zij zijn sneller genoodzaakt om hun spaargeld aan te spreken of hogere schulden aan te gaan.
De hoogste vermogensgroepen hebben relatief weinig last van een daling van het algemene niveau van economische activiteit en, belangrijker nog, zij hebben kunnen profiteren van de impact van de lagere rente op de aandelen- en huizenprijzen, aldus het rapport.
Credit Suisse schat ‘dat de onderste 50 procent van de volwassenen in de wereldwijde welvaartsverdeling samen goed waren voor minder dan 1 procent van het totale wereldwijde vermogen aan het einde van 2020. Daarentegen bezit het rijkste deciel (top 10 procent van de volwassenen) 82 procent van het mondiale vermogen en alleen al het hoogste percentiel bezit bijna de helft (45 procent) van alle bezittingen van huishoudens.’
Jongeren en laagopgeleiden
Ook stelt het rapport dat jongeren gemiddeld meer hebben ingeleverd dan andere subgroepen. In de VS steeg de werkloosheid met gemiddeld 13 procent terwijl, de werkloosheid voor de groep tot 35 jaar steeg daarentegen met 17,1 procent.
Tevens werden lager opgeleiden harder geraakt. De werkloosheid onder ongediplomeerde arbeidskrachten steeg met 17,1 procent terwijl het percentage universitair geschoolden zonder werk met 5,6 procent toenam.
Bijzonder is wel dat landen die het hardst getroffen zijn voor de pandemie, afgemeten aan het verlies in BBP (bruto binnenlands product), disproportioneel goed hebben gepresteerd in de tweede helft van vorig jaar, aldus het rapport. Ondanks dat Belgie, Canada, Singapore en het Verenigd Koningkrijk in de hoek zaten waar de hardste klappen vielen (gemiddelde krimp van de economie met 7,1 procent), boekten zij tgelijkertijd een gemiddelde welvaartsgroei van 7,7 procent.