De Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs verwacht dat de valuta in opkomende landen in Azië nog verder in waarde zullen dalen.
De koersdoelen voor de Maleisische ringgit, de Thaise baht en de Indonesische rupia zijn neerwaarts bijgesteld.
De valuta in opkomend Azië hebben flink terrein moeten prijsgeven als gevolg van de onzekerheid rond de aanstaande afbouw van het monetaire verruiming in de Verenigde Staten.
Indonesische rupia
De rupia zal de grootste klappen krijgen door de kapitaalvlucht die nu plaatsvindt van Oost naar West, verwacht Goldman Sachs. Ten opzichte van de dollar zal de Indonesische munt de komende twaalf maanden verzwakken tot 11.800, waar het eerder nog een koersdoel van 10.500 hanteerde.
Dit impliceert een daling van 9 procent ten opzichte van de huidige koers van 10.830, het laagste niveau in ruim vier jaar. Year to date heeft de rupia al 12 procent ingeleverd ten opzichte van de greenback.
Inflatie
De zorgen over de rupia houden vooral verband met de ontwikkeling van de inflatie, die in juli opliep tot 8,61 procent, het hoogste niveau in vierenhalf jaar.
In reactie op de oplopende inflatie verhoogde de Indonesische centrale bank dit jaar al de rente met 75 basispunten tot 6,5 procent. Het was daarmee de eerste centrale bank in de regio die sinds juni 2011 de rentevoet verhoogde.
De monetaire verkrapping lijkt echter weinig effect te hebben op de waardedaling van de rupia. Goldman verwacht een volgende renteverhoging in september, maar betwijfeld of dat genoeg zal zijn.
Verkiezingstijd
‘Een grotere renteverhoging zou meer helpen om de valuta te stabiliseren, maar we denken dat beleidsmakers beperkt blijven in hun mogelijkheden omdat ze de groei niet te veel willen afremmen, vooral nu er verkiezingstijd aan komt’, aldus de bank.
De parlementsverkiezingen in Indonesië zijn volgend jaar april, de presidentsverkiezingen volgen in juni.
Meer achtergrond op Fondsnieuws:
Grote rotatie - Vooral van Oost naar West