Kwantitatieve verruiming loopt tegen zijn limieten aan en ECB-bestuurders vragen zich terecht af wat de alternatieven zijn. Strategen van Goldman Sachs wijzen op ‘forward guidance’ om de kredietgroei te stimuleren.
In een discussion paper beschouwen de hoofdstrategen Francesco Garzarelli en Charlie Himmelberg van Goldman Sachs Global Markets Research de opties die centrale bankiers hebben.
Prijsstelling veranderen
Beleggers kijken met toenemende zorg naar opkoopprogramma’s, zoals dat van de ECB. Garzarelli stelt ze gerust, de obligaties zullen niet opraken. In plaats daarvan houden partijen hun obligaties liever zo lang mogelijk vast, omdat dit tot nu toe een winnende strategie is gebleken.
Dit is onderdeel van het beleid om de prijsstelling op de markt een kant op te bewegen. ‘Dat is de naam van het spel’, vat Himmelberg samen. ‘Op zich niks om je zorgen om te maken.’
Garzarelli ziet in Europa nog steeds positieve effecten van het beleid. ‘De ECB obligatie-aankopen hebben de rentelast voor met schulden beladen eurolanden verlicht en ze in staat gesteld zich langer te financieren, waarmee ruimte is gecreëerd voor meer overheidsuitgaven - hopelijk aan productieve projecten.’
Stimuleren kredietgroei
Himmelberg ziet echter ook schaduwzijden. Door de lange rentes te drukken, wordt het minder aantrekkelijk om kort te lenen om lang uit te lenen. Daarmee holt de kwantitatieve verruiming de winstgevendheid van kredietschepping in het financiële systeem uit.
Hij ziet daarom meer in ‘forward guidance’ met betrekking tot de korte rente. Als de centrale bank zich verplicht de korte tarieven voor een lange tijd laag te houden, maakt dat verstrekkers van krediet zekerder en stimuleert ze de kredietgroei.