Year to date presteren niet-duurzame sectoren zoals olie & gas, steenkool, bewapening en dergelijke beter dan duurzame sectoren. Voor BNP Paribas Fortis is dat echter geen argument om het geweer van schouder te veranderen. Maar let wel: rendement komt op de eerste plaats.
Dat zegt Guy Janssens (foto), die bij BNP Paribas Fortis de duurzaamheidsstrategie leidt. De grootste bank van België werkt samen met een honderdtal asset managers wereldwijd in het kader van open architectuur om duurzame fondsen en mandaten uit te werken.
‘Een duurzaam verhaal werkt alleen maar als het rendement op de afspraak is ten opzichte van de markt. In onze duurzame mandaten willen we op de eerste plaats marktconform rendement halen. We doen dat echter wel op een duurzame manier. Het is niet omgekeerd: rendement komt eerst, en dan komt duurzaamheid. Dat verschilt met de aanpak van andere banken,’ steekt Janssens van wal.
Invulling
De bank kijkt op de eerste plaats naar de invulling van de portefeuille en beperkingen van de cliënt. Hiervoor werken ze samen met honderd asset managers, en ’we vragen om in elke activaklasse duurzame en voor risico gecorrigeerde rendabele oplossingen voor te stellen. 70 tot 80 procent van onze beleggingen moet tegen 2025 duurzaam zijn.’
Janssens benadrukt dat de bank zeker niet tijdelijk gaat inzetten op niet-duurzame sectoren om rendement in te halen, maar eerder gaat kijken naar duurzame sectoren die wel bij de filosofie passen, hoewel cliënten die sectoren wel kunnen kopen.
‘Olie en gas is sterk toegenomen door de geopolitieke crisis, maar de capex van duurzame energie is fors toegenomen. Daarom nemen we ook posities in alternatieve energie in, die een boost zal krijgen van de Green Deal’. Daarnaast trekt Janssens de posities ook op in sectoren als duurzame financials, smart materials en veiligheid, zowel online als offline. ‘Ook een sector als gezondheid & welzijn is een domein dat steeds maatschappelijk relevanter wordt. En vergeet ook de metaverse niet,’ benadrukt Janssens.
Towards Sustainability
Een aantal weken geleden had Investment Officer een interview met Tom Van Den Berghe, die het Towards Sustainability label vormgeeft. Daaruit bleek dat bepaalde asset managers afhaken omwille van administratieve redenen, bijvoorbeeld omdat producten niet meer verdeeld worden of omdat ze niet langer als duurzaam in de markt worden gezet. Aan de andere kant zijn er ook inhoudelijke redenen.
Vooral de strenge criteria voor investeringen in overheidspapier is voor sommige producten een probleem. Daardoor vallen een groot aantal groeilanden uit de boot, omdat ze niet beantwoorden aan hun minimumcriteria rond corruptie en democratie. Dat kan een probleem zijn voor zowel producten die gericht zijn op emerging markets als op de typische globale obligatiefondsen.
Janssens benadrukt dat het Towards Sustainability label steeds meer naam krijgt in Europa en zelfs daarbuiten.‘ Het is volgens hem momenteel het meest complete label. ‘Het is ook volledig in lijn met ons CSR-beleid. Het label staat ook beleggingen toe in oliebedrijven die in een transitiefase zitten richting schone energie. Qua overheidsobligaties staat het label ook beleggingen toe in landen die in hun regio de beste van de klas zijn. We gaan minder en minder Artikel 6 SFDR fondsen aanbieden, en ons steeds meer richten op Artikel 8 en 9.’
Daarom speelt België volgens hem een voortrekkersrol op het vlak van duurzaamheidslabel, vooral rond engagement en transparantie op alle vlakken en ook aansluit bij de Europese regelgeving, met name de Taxonomie en de SFDR-verordening. Het aanbod is met 640 gelabelde fondsen ruimschoots voldoende volgens Janssens.
‘De trend is duidelijk ingezet richting duurzaamheid overal heel Europa. Dat voelen wij als Europese bank heel goed. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat die trend gebroken is door een evolutie op één kwartaal’, besluit Janssens.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer
Towards Sustainability label: sommige beheerders haken af
- 40 miljard euro in duurzame beleggingen (volgens Towards Sustainability label)
- Meer dan 600.000 cliënten met minstens 1 SRI-product
- 103 fondsen met Towards Sustainability Label