In deze tijden waarin beleggers weer om zich heen kijken naar alternatieve beleggingen, kunnen hedgefondsen zich in groeiende belangstelling verheugen. Een voorbeeld daarvan is de Nederlandse hedgefondsmanager Mint Tower.
‘We begonnen met ongeveer 10 miljoen euro, met name eigen geld en van “friends and family” ’, vertelt medeoprichter Ramon Heusen (foto) terugkijkend. Het Mint Tower Arbitrage Fund trapte eind 2010 af en heeft nu een vermogen onder beheer van circa 160 miljoen euro.
Het multi-strategy hedgefonds staat per eind februari op een geaccumuleerd rendement van pakweg 47 procent en heeft in elk van de tussenliggende jaren een positief rendement behaald. In 2015 was het nettorendement 9,7 procent.
‘Doorgroeien naar een half miljard euro is voor ons geen probleem’, zegt Heusen (foto) op het kantoor van Mint Tower, dat sinds begin 2015 boven in het gebouw van de Amsterdamse effectenbeurs is gevestigd.
Doorbraak
Hij geeft toe dat de eerste jaren moeilijk waren. Zonder een trackrecord van minimaal drie jaar is de interesse onder beleggers gering, wat de spreekwoordelijke kip-ei-discussie illustreert waar beginnende managers bij het werven van geld mee te maken hebben. De echte doorbraak kwam dan ook in 2014 met de beslissing van vermogensbeheerder Optimix om in te stappen. Dit heeft de grafiek voor het beheerde vermogen op een lineair pad omhoog gezet.
Met het huidige fondsvermogen is de rek er volgens Heusen nog lang niet uit. ‘Door zowel rendement als nieuwe instroom, groeien we gestaag door. Met de huidige groei verwachten we eind dit jaar 250 miljoen euro onder beheer te hebben.’ Hij wijst erop dat het fonds sinds november vorig jaar een AIFMD-vergunning van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft voor het aanbieden van alternatieve beleggingen aan particulieren.
Een deel van deze klanten weet Mint Tower rechtstreeks te vinden. Daarnaast komt veel geld binnen via onafhankelijke vermogensbeheerders en family offices. Interesse is er ook uit landen als Zwitserland, Duitsland en de Verenigde Staten. Zelfs institutionele beleggers tonen sinds vorig jaar interesse. ‘Al zijn we voor de hele grote pensioenfondsen eigenlijk nog iets te klein’, stelt de fondsmanager.
Team verdubbeld
De strategie, die het midden houdt tussen convertible arbitrage en volatility arbitrage, zit volgens Heusen nog lang niet aan haar capaciteit. ‘Niet liquiditeit, maar mensen zijn de beperkende factor.’ Het team is in een jaar meer
dan verdubbeld. ‘We hebben nu dertien mensen, een jaar terug waren het er nog zes.’ Mint Tower heeft de ambitie het personeelsbestand mee te laten groeien met het fondsvermogen.
Heusen en twee van zijn drie medepartners zijn afkomstig van ABN Amro, waar ze al sinds 2004 voor rekening van de bank gezamenlijk vergelijkbare strategieën runden. De vierde partner heeft ook gewerkt bij ABN Amro en kwam over na een tijdje bij het Londense Oasis Capital.
Zoals ‘arbitrage’ in de naam zegt, is het fonds er vooral op gericht om gebruik te maken van ‘niet goed’ geprijsde titels. Het heeft een ‘absolute return’-doelstelling, wat betekent dat een positief rendement ongeacht de richting van de markt wordt nagestreefd.
Optiebeurs
Heusen, zelf jaren handelaar op de optiebeurs, legt uit hoe de arbitrage in converteerbare obligaties werkt. Mint Tower kan een convertible kopen die ‘deep in-the-money’ is, dus vrijwel een-op-een beweegt met het onderliggende aandeel. De calloptie in zo’n converteerbare obligatie wordt vaak ondergewaardeerd.
Als de obligatie bijvoorbeeld converteerbaar is in tweehonderd aandelen, verkoopt Mint Tower ditzelfde aantal aandelen. Het aandelenrisico is daarmee gereduceerd tot nul. De resulterende posities zijn feitelijk een goedkoop verkregen calloptie.
Er kunnen nu verschillende dingen gebeuren. Heusen noemt als voorbeeld Sandisk, dat met een grote winstwaarschuwing kwam. Mint Tower verdiende op de verkochte aandelen, die in waarde daalden. Ondertussen bleef de koers van de convertible goed liggen, omdat de waarde van de call opliep met de volatiliteit.
Een ander voorbeeld is de overname van Alcatel door Nokia vorig jaar. In het prospectus was beschreven dat bij een ‘change of control’ de obligatiehouder meer aandelen dan normaal zou krijgen. ‘De niet-gehedgede aandelen komen dan tot leven. Dit zijn de extra kansen als je goed je huiswerk doet’, lacht Heusen.
In the money
De manager verklaart het feit dat de markt deze kansen laat liggen door het mandaat van grote beleggers. De optie op aandelen geeft ze uitzicht op extra rendement, maar als deze te ver in-the-money is, moet de obligatie als een aandeel worden gewogen. Een pensioenfonds dat niet te veel aandelenrisico mag lopen, moet dan winst nemen en verkopen.
Mint Tower houdt ondertussen goede voeling met de markt. Als market maker handelt het actief in optieseries op tientallen Nederlandse en Duitse aandelen. De handelaren verdienen aan de bied-laat spread en hebben daarnaast de opdracht zich voordelig in een long volatility-positie te manoeuvreren. Als de beweeglijkheid van de onderliggende markt dan toeneemt, is dat extra winst voor het fonds.
In december nam de volatiliteit juist af en boekte Mint Tower op maandbasis een klein verlies. Heusen: ‘Dit bood echter kansen op allerlei fronten, wat de winst in januari en februari weer verklaart.’
Dit artikel is gepubliceerd in het Fondsnieuws-magazine ‘Monetaire hocus pocus uitgewerkt’ van 20 april.