DSI heeft een flinke reorganisatie achter de rug, waarbij diverse activiteiten werden afgestoten. Is de stichting 25 jaar na oprichting nog relevant?
Tijdens de reorganisatie in 2022 heeft DSI de screening-tak weggesneden, Tuchtrecht Banken ontvlochten en het personeelsbestand kromp tot twaalf man. De stichting moest weer terug naar de kern van haar bestaan: het bevorderen van vakbekwaamheid en integriteit in de beleggingsindustrie.
‘We zijn een tijd lang de focus uit het oog verloren’, stelt directeur Floris Mreijen in gesprek met Investment Officer. ‘De uitvoering van Tuchtrecht Banken en de screeningsdiensten bleken een te groot deel van onze tijd in te nemen.’
DSI werd jarenlang meer gezien als een verlengstuk van de toezichthouder en als een autoritaire partij die vertelde hoe het moest, dan als onderdeel van de financiële sector. ‘Daar moest verandering in komen’, aldus Mreijen. Door middel van onder meer een klankbordgroep en klanttevredenheidsonderzoeken hoopt DSI weer in kaart te brengen wat de behoefte van de sector is. Hier ziet de topman een rol weggelegd voor DSI als aanjager van discussies over integriteitskwesties.
‘Normen en waarden blijven veranderen en daarmee ook de gesprekken over integriteit. Door onder meer de opkomst van AI worden discussies over het ethische deel van de techniek steeds belangrijker. Wij willen die gesprekken blijven aanwakkeren.’
Certificering minder vrijblijvend in Nederland
Mreijen verwacht dat het aantonen van vakbekwaamheid en integriteit in de nabije toekomst nog zwaarder gaat wegen. In grote delen van Europa is het beleid hieromtrent nu nog ‘losjes’.
‘In veel Europese landen bepalen financiële instellingen zelf op welke wijze ze vorm geven aan vakbekwaamheid en integriteit, bijvoorbeeld met interne opleidingen. In Nederland heeft de sector zelf gekozen voor een minder vrijblijvende aanpak’, legt de topman van DSI uit. ‘Een professional die gecertificeerd wordt bij DSI moet een integriteitsmodule volgen en committeert zich aan de DSI-gedragscode, naast een Permanent Vakbekwaam-programma (permanente educatie). Als het fout gaat, dan is er tuchtrecht. In Nederland wordt dit alles een stuk zwaarder aangezet, waardoor integriteitsproblemen zich hopelijk minder vaak voordoen.’
Mreijen verwacht, dat de teugels in de rest van Europa strakker worden aangetrokken. ‘Er wordt al gesproken over een diplomaplicht in plaats van het vormvrij aantonen van vakbekwaamheid. De eisen gaan strenger worden. Met een DSI-certificering zitten partijen goed.’
DSI accrediteert opleiders en certificeert professionals, die vervolgens in een openbaar register komen te staan. Financiële professionals die in het register staan worden automatisch door toezichthouder AFM als vakbekwaam beschouwd.
In de loop van 2024 komt DSI ook met een nieuw register waarin specialisten in witwassen en kyc worden opgenomen. ‘Een belangrijke mijlpaal omdat deze specialisten inmiddels een groeiende groep professionals zijn die geregeld in aanmerking kunnen komen met integriteitsdilemma’s’, aldus Mreijen.
DSI heeft ook het kostenmodel voor deelnemers aangepast. Voorheen betaalde een deelnemende vermogensbeheerder of bank een jaarlijks bedrag op basis van het aantal gecertificeerden én een eenmalig bedrag per nieuwe certificering op wijziging. Inmiddels kijkt DSI naar het gemiddeld aantal certificeringen per partij in de afgelopen drie jaar. Voor dit jaar betekent dit dat een deelnemer gemiddeld 330 euro per certificering betaalt. ‘Er zat voorheen een vreemde staffel in, waardoor er voor partijen soms reden was om niet te veel professionals te certificeren. De kosten zijn nu eenvoudiger verdeeld over het geheel.’
Zonder DSI
Een vermogensbeheerder of private bank heeft DSI niet per se nodig om professionals te certificeren. Het is ook mogelijk om een zelf gekozen pad te bewandelen. Mreijen: ‘Het is aan de instelling om te bepalen op welke wijze zij aantoonbaar maakt of een professional vakbekwaam is. Het is dan aan de AFM om te bepalen of dit voldoende is. Sommige partijen hebben eigen opleidingsprogramma’s of houden zelf bij welke personeelsleden de juiste opleidingen hebben gevolgd. Daar komt wel veel administratie bij kijken die DSI juist uit handen kan nemen.’
Hybride vormen ziet Mreijen ook voorbijkomen. Zo zijn er instellingen die de ‘zwaardere’ professionals laten certificeren bij DSI, terwijl ze de ‘lichtere functies’ zelf certificeren. ‘Vooral specialisten die beleggers informeren worden soms zelf binnen het bedrijf geregistreerd. Het verschilt per instelling hoe hiermee wordt omgegaan.’
Momenteel zijn er meer dan driehonderd financiële instellingen aangesloten bij DSI. Dit aantal is door de jaren heen vrijwel stabiel gebleven. ‘Enerzijds ontnemen we partijen administratief werk en anderzijds weet je dat het bij ons goed geregeld is.’
Reacties van de sector
Vermogensbeheerder Auréus ziet de toegevoegde waarde van aangesloten zijn bij DSI. ‘Integriteit staat bij ons hoog in het vaandel’, stelt CEO Jeroen van Lom desgevraagd tegenover Investment Officer. ‘DSI bewaakt die in onze bedrijfstak, dus voor ons is het een logische partij om bij aangesloten te zijn.’
Van Lom: ‘In de wereld waarin we leven is integriteit een groot goed en het is belangrijk om dit uit te stralen naar de klant. Daarom is het voor ons belangrijk dat we zijn ingeschreven in het register van DSI en dat werknemers ook ingeschreven blijven. Als een werknemer uit het register valt en er niet meer in komt omdat hij iets heeft gedaan wat niet binnen onze ethiek past, dan willen we die niet meer in dienst hebben.’
Volgens Van Lom heeft DSI in al die jaren niet aan relevantie ingeboet. ‘We zien geen aanleiding om onze samenwerking met DSI te herzien.’
Ook vermogensbeheerder Valuedge vereist van werknemers dat zij een DSI-certificering hebben. ‘Het is geen keurmerk, maar je draagt wel uit dat je kwaliteit en integriteit hoog in het vaandel hebt staan’, aldus cio en partner Renco van Schie. ‘Bijna iedereen in de financiële sector doet mee en dat onderstreept de kracht van de stichting. Als grote banken zouden afhaken, dan heb je al direct minder draagvlak. Een DSI-registratie is belangrijk voor het vertrouwen in de sector en is daarmee dus relevant.’ Van Schie noemde het bovendien ‘niet lastig’ om aangesloten te zijn, terwijl ook de kosten niet erg hoog zijn.
Antaurus, beheerder van een eigen hedgefonds met een omvang van circa 380 miljoen euro, is niet bij DSI aangesloten. Oprichters Etienne Platte en Arjan Sweere waren wel ooit lid toen zij in loondienst van banken waren. ‘Toen we voor onszelf begonnen in 2006, heb ik gebeld met DSI om het nut van een registratie te bespreken’, vertelt Platte aan Investment Officer. ‘We konden toen elke euro gebruiken. DSI zei toen zelf dat een registratie voor ons niet veel zou uitmaken.’
Platte erkent dat hij te weinig van DSI afweet, maar ziet desondanks weinig reden om weer contact met de stichting te zoeken. ‘We houden ons aan de MiFID-richtlijn en staan al onder toezicht bij de AFM, terwijl dat voor een hedgefonds geen vereiste is. We worden al flink getoetst en we worden door de toezichthouder geschikt bevonden.’
De Amsterdamse vermogensbeheerder is in gesprek met een grote Europese bank voor de opname van het Antaurus Europe Fund in een fund of fund van de betreffende bank. ‘Daarmee moeten we al door een hele ballotage heen en moet je voldoen aan de hoogste eisen. Toch zijn we er doorheen gekomen. Daar zijn we momenteel wat meer mee bezig dan met DSI.’