Streef bij beleggen naar een zo laag mogelijke CO2-voetafdruk, een boodschap die steeds vaker weerklinkt in marktcommentaren van Rabobank. Maar hoe doet de bank dat? En verschilt dat van bijvoorbeeld ING?
De tijd dringt. Wetenschappers gaven onlangs een laatste waarschuwing om in actie te komen tegen de verdere opwarming van de aarde. Die mag geen 2°, maar maximaal 1,5° Celsius opwarmen, anders dreigen grote delen van de planeet onleefbaar te worden.
Rabobank noemde in een recente publicatie extreem weer als gevolg van klimaatverandering zelfs het grootste risico voor beleggers. ‘Stormen, overstromingen, hittegolven, droogtes en de stijgende zeespiegel zullen geopolitieke risico’s uitvergroten. Meer dan 40 procent van de wereldbevolking woont in kuststeden die direct geconfronteerd worden met die stijgende zeespiegel. Als we door blijven gaan op deze weg, is de financiële impact groter dan die van de Grote Financiële Crisis.’
Om dit te rampscenario af te wenden moet de uitstoot van broeikasgassen harder worden teruggedrongen dan in het akkoord van Parijs is afgesproken. Dit heeft verstrekkende gevolgen voor CO2-intensieve bedrijven. Beleggers moeten daarom nu alvast de ‘carbon footprint’ van hun portefeuille verlagen, stelt Rabobank. Maar wat verstaat de bank daar precies onder?
In elk geval niet het geheel uitsluiten van de meest vervuilende sectoren, zoals energie en basismetalen. ING denkt daar hetzelfde over. Op die manier de CO2-voetafdruk van de portefeuille verlagen is in hun ogen te gemakkelijk. Je geeft er het signaal mee af dat de nu nog zwaar vervuilende bedrijven geen onderdeel kunnen zijn van de oplossing.
Wat beide banken wel doen is onder meer fondshuizen onderwerpen aan een uitgebreide vragenlijst waaruit duidelijk moet worden hoe ze onder meer de risico’s van klimaatverandering proberen te mitigeren.
Doorleefd in het hele aanbod
‘Al voor het klimaatakkoord in 2015 zijn we daarmee begonnen’, zegt Gert van de Paal, duurzaamheidsspecialist bij Rabobank. ‘We wijzen ze thans onder meer op duurzame ontwikkelingsdoelen als klimaatactie en betaalbare en duurzame energie van de Verenigde Naties. Wat ons betreft moet het thema klimaatverandering doorleefd zijn in de hele product-range van een fondshuis en niet in een aantal losse producten. Daar zit de impact. Die insteek kiezen we ook voor onze mainstream portefeuilles.’
Een zo laag mogelijke CO2-voetafdruk hoeft niet het doel te zijn, wel dat de manager ‘stuurt’ op het onderwerp en zich als actieve aandeelhouder richt op de in dit kader relevante sectoren. Actiam bijvoorbeeld, dat sterk is vertegenwoordigd in de gewone beleggingsportefeuilles van Rabobank, steunde dit jaar de resolutie die aandeelhouders van Shell opriep om de leiding te nemen in de energietransitie. Zo ziet Van de Paal het graag.
‘Is een fonds in onze ogen niet duurzaam genoeg voor onze duurzame portefeuilles, dan gaan we daar met de fondsmanager over in gesprek’, zegt Peter Tros, analist duurzaam beleggen bij ING. Dit kan gaan om een positie in een bepaald bedrijf, wat ‘regelmatig’ voorkomt.
Het kan ook het algehele fondsbeleid zijn dat niet aan de duurzaamheidscriteria van de bank voldoet. Tros noemt het Pimco Socially Responsible EM Bond-fonds als een voorbeeld waarmee om die reden gesprekken zijn gevoerd. ‘In tegenstelling tot aandelenfondsen is het lastig om van high yield en emerging market debt-fondsen een duurzame variant te vinden. Het Pimco-fonds heeft in reactie op ons commentaar zijn fondsbeleid aangescherpt.’
In de duurzame portefeuilles van ING en Rabobank moeten ook bedrijven te vinden zijn die oplossingen bieden voor belangrijke duurzame ontwikkelingen. Van de Paal: ‘Het Smart Materials Fund van RobecoSAM hebben we om die reden in ons assortiment. Dat belegt onder meer in bedrijven die lichtere materialen ontwikkelen voor auto’s en vliegtuigen, en is om die reden ook een ‘‘climate play’’.’
Voor alle portefeuilles die worden ingevuld met individuele titels is een gescreende assortimentslijst samengesteld. De door Rabobank geselecteerde, op ESG-beoordeelde bedrijven zijn gemiddeld genomen 56 procent procent minder CO2-intensief dan de wereldwijde benchmark, zo bleek twee jaar geleden al toen de ‘aandelenvijver’ van de bank werd doorgelicht op dit punt.
Uitsluiten soms te simpel
‘Bedrijven die goed scoren op duurzaamheid binnen hun sector zijn vaak ook minder CO2-intensief.’ Maar Van de Paal haast zich hier aan toe te voegen dat het percentage ‘slechts’ een indicator is, en bijvoorbeeld niets zegt over de eventuele fossiele brandstofreserves van een bedrijf of de ontwikkeling die een bedrijf doormaakt.
Tros sluit zich daarbij aan. ‘De CO2-voetafdruk is een belangrijk onderwerp, en tevens actueel vanwege het IPCC-rapport van de Verenigde Naties. Maar de informatie over de voetafdruk is nog incompleet en één aandeel kan al een grote invloed hebben op de CO2-voetafdruk van de gehele portefeuille.’
Zo zijn drie (Waste Management, FedEx en BASF) van de 39 bedrijven in de duurzame portefeuille met individuele aandelen verantwoordelijk voor de helft van de voetafdruk.
Tros: ‘Je kunt de voetafdruk van je portefeuille bijna halveren door de sector nutsbedrijven uit te sluiten. Maar dat is ons te simpel. Wij kijken bij de selectie van aandelen vooral naar de bereidheid van een bedrijf om iets aan klimaatverandering te doen. En sommige bedrijven met een grote voetafdruk kunnen prima duurzame producten of diensten aanbieden.’
In het geval van afvalverwerker en recycler Waste Management is dat het verlagen van de uitstoot, onder meer door vuilniswagens te laten rijden op gas in plaats van diesel. Wat betreft het Duitse energiebedrijf ENBW dat in de fondsenportefeuille zit, is dat het fors opschalen van de productie uit hernieuwbare energie.
Desondanks heeft ING de ambitie om de CO2-voetafdruk van zijn duurzame portefeuilles onder die van de benchmark te houden, de MSCI World. Eind vorig jaar voldeden de portefeuilles daar ruimschoots aan. ‘Deze doelstellingen zullen we in de toekomst verder aanscherpen.’
Voor de gewone beleggingsportefeuilles van ING geldt die ambitie nog niet, maar dat zal naar verwachting niet lang meer duren. ‘Met de gewone portefeuilles schuiven we steeds verder op richting het verantwoorde beleggingsspectrum. Voor deze portefeuilles geldt evengoed dat als de carbon bubble barst je ervoor moet zorgen dat je exposure beperkt is.’
Van de Paal van Rabobank voegt daaraan toe: ‘Het grootste gevaar is om klimaatverandering in het duurzame hoekje te duwen. Of je er nu in gelooft of niet, het gaat alle beleggers raken.’