Colruyt-telg Piet Colruyt (foto) is er rotsvast van overtuigd dat impactinvesteren de komende jaren een hoge vlucht zal nemen.
Op deze Belgian Impact Day (30 november) wordt ook een nieuw kenniscentrum rond impact financiering boven de doopvont gehouden: Impact Finance Belgium (IF Belgium).
Twee van de oprichters zijn Steven Serneels, de voormalige topman van de Europese organisatie rond filantropie en impact investing EVPA, en Piet Colruyt, een telg uit de gelijknamige warenhuisfamilie. De ambitie is niet min: ‘Tegen 2030 moet impact investing een marktaandeel halen van 10 procent. Het zal geen nichemarkt blijven’, zegt Piet Colruyt. Impactinvesteerders koppelen aan het financiële rendement van hun investering ook een maatschappelijk rendement, bijvoorbeeld door bij te dragen aan maatschappelijke uitdagingen zoals de strijd tegen armoede of de klimaatopwarming.
Is impact investing al goed ingeburgerd in ons land?
‘We hebben net een studie gedaan om dat in kaart te brengen. Naar schatting zit tussen 6 en 16 miljard euro in impactinvesteringen in België. Dat is 1 à 2,5 procent van het totale beheerde vermogen. Maar wat daarbij opvalt, is dat impactinvesteren vooral een zaak is van family offices en vermogende individuen. Traditionele banken of de institutionele spelers zoals pensioenfondsen en verzekeraars doen dat nog veel te weinig. Daar zit nog een enorm groeipotentieel.’
Zijn institutionele investeerders wel geïnteresseerd in impact investing?
‘Banken, verzekeraars, pensioenfondsen en vermogensbeheerders zitten allemaal op een enorme berg geld. Van hen hoor ik continu dat er genoeg geld is, maar dat ze niet genoeg projecten vinden om te financieren. Tegelijkertijd lopen er veel sociale ondernemers rond met fantastische ideeën, maar die geen financiering vinden. Er zit dus nog een enorme mismatch tussen impactondernemingen en de financiële wereld.’
Hoe kan die mismatch worden aangepakt?
‘Dat willen we met IF Belgium uitzoeken. Maar we kunnen zeker inspiratie opdoen in de ons omringende landen. Zo bestaat er in Frankrijk een regeling waarbij werknemers kunnen kiezen voor een 90-10-pensioenspaarplan, waarbij 10 procent van het kapitaal automatisch naar impactinvesteringen vloeit. Dat heeft een enorme boost geven aan de markt voor impact investing.’
Institutionele partijen laten zich doorgaans vooral leiden door cijfers. Is impact voor hen een concept dat voldoende meetbaar is?
‘Impact is perfect meetbaar, dat is het probleem niet. Er is wel een gebrek aan standaardisatie, waardoor het niet evident is om projecten en ondernemingen met elkaar te vergelijken. Het is nog altijd veel makkelijker om enkel de rendementen van een investering naast mekaar te leggen. Maar honderd jaar geleden was dat ook geen sinecure, wat heeft geleid tot de standaardisatie van het boekhoudkundig systeem. Daarmee kunnen we op financieel vlak ondernemingen perfect vergelijken. Hetzelfde is nu aan het gebeuren voor impact, waar Europa ook heel duidelijk een voortrekkersrol speelt.’
Ziet u ook een rol weggelegd voor de retailmarkt?
‘Impact investing moet worden gedemocratiseerd. Nu zijn impactinvesteringen enkel toegankelijk voor mensen met een groot vermogen, wat dan vaak ook nog een hele geconcentreerde investering is. Door dat in een retailproduct te gieten wordt impactinvesteren niet alleen veel democratischer, maar kunnen de investeringen meteen ook veel breder worden gespreid. Dan ontstaan er hele mooie opportuniteiten, zowel voor de maatschappij als voor de belegger. Sociale huisvesting is daarvan een mooi voorbeeld. Er staan in België nog 300.000 families op de wachtlijst voor een sociale woning, terwijl een investering in sociale woningen een initieel rendement kan beiden van ongeveer 3 procent. Ik ben er zeker van dat een groep van beleggers daarin zeker is geïnteresseerd.’