Een aantal Amerikaanse pensioenfondsen heeft ING en negen andere grote financiële instellingen aangeklaagd voor het feit dat zij jarenlang de handel in Mexicaans schuldpapier zou hebben gemanipuleerd.
De tien banken hadden tussen 2006 en 2017 het alleenrecht om in Mexicaanse staatsobligaties te beleggen. Maar twee jaar geleden stelde de toezichthouder in Mexico vast dat de betrokken partijen onderling prijsafspraken zouden hebben gemaakt.
Voor een grote groep Amerikaanse pensioenfondsen is dat nu aanleiding om een massaclaim in te dienen tegen ING en de negen andere partijen, zo meldt NRC Handelsblad op basis van het jaarverslag van ING.
De pensioenfondsen houden in hun class action de tien partijen voor dat zij samenwerkten om de obligaties tegen lage prijzen te kunnen opkopen. Daarna verkochten ze de producten voor hogere prijzen door aan de pensioenfondsen. Het is niet bekend om wat voor bedragen het ging, noch wat het financieel risico is dat ING nu loopt.
Deze affaire doet sterk denken aan de schandalen die eerder speelden rond Libor en Euribor, de twee rentetarieven op basis waarvan de prijzen van talrijke financiële producten werden vastgesteld. Hierbij waren Deutsche Bank, Barclays en Rabo ondermeer betrokken.
Naast ING behoren tot de negen andere financiële instellingen ondermeer Deutsche Bank, Credit Suisse en de Spaanse banken BBVA en Santander.
ING werd recent - als vele andere Europese banken - door een collectief van onderzoeksjournalisten in vebinding gebracht met het witwassen van zwart geld uit Rusland, dat via de Russische en Litouwse banken Troika Bank en Ukio Bankas zou hebben gelopen.
Afgelopen zomer trof de Nederlandse grootbank in een andere zaak een schikking met de Nederlandse Staat van 775 miljoen euro. Ook daarbij was de beschuldiging witwasschandalen. Deze affaires hebben tot fors koersverlies van het ING-aandeel geleid.