Team Helder Equity: v.l.n.r. Migchel Dirksen, Désirée van Boxtel, Jorik van den Bos
Team Helder Equity: v.l.n.r. Migchel Dirksen, Désirée van Boxtel, Jorik van den Bos

Twee jaar na zijn afscheid van de beleggingsindustrie is Jorik van den Bos terug. Hij heeft samen met twee collega’s een evergreen fund of fund in private equity opgericht, onder een AIFMD light vergunning.

Zelf noemt hij het Helder private equity fonds een ‘indexfonds in private equity’, maar hij is de eerste om toe te geven dat het dat niet écht is. Ook al zijn er wel een paar indexen voor private equity in de VS, er is niet zoiets als “de MSCI World” voor private markten.

Jorik van den Bos beheerde vanaf 1995 het eerste (& enige) AEX-indexfonds, op basis van de EOE-index van Tjerk Westerterp. Het zou mooi zijn als hij uiteindelijk ook het eerste PE-indexfonds kan opzetten. Maar dat is toekomstmuziek. ‘Misschien duurt het nog wel tien jaar. Het grote verschil tussen aandelen en private equity is natuurlijk de beperkte liquiditeit van private equity. Toch denk ik zeker dat beleggen in private equity transparanter kan en in de buurt kan komen van indexbeleggen.’

‘Beleggersbloed kruipt waar het heen moet gaan’

Anders dan veel andere fondsen heeft het “Helder private equity fund” een onbeperkte looptijd. Het spreidt daartoe behalve over strategieën en landen, ook over vintages. Van den Bos: ‘We willen elk jaar een aantal fondsen kopen. Sommige lopen acht jaar, sommige langer. Het idee is dat we constant tussen de twintig en dertig fondsen in portefeuille hebben.’

De vergelijking met Eltifs is snel gemaakt, maar Van den Bos ziet vooral grote verschillen. Bij Eltifs, die onder een zwaarder regime vallen, kunnen beleggers ook met kleine bedragen inleggen. Daar staat tegenover dat Eltifs een groot deel van het fonds liquide moeten houden. Het Helder-fonds valt onder AIFMD light. Het hanteert daarmee een instapdrempel van 100.000 euro en mag niet groter groeien dan 500 miljoen euro - dan moet het overstappen op een volledige AIFMD-vergunning.

En wat betreft liquiditeit wil het fonds die op kwartaalbasis en best-effort-basis aanbieden. ‘Als iedereen er tegelijk uit wil, kan dat niet’, vertaalt Van den Bos. Wel willen we elk kwartaal een soort dividend uitbetalen, door de gerealiseerde winsten beschikbaar te maken voor participanten.’

Het fonds streeft een rendement na van 15 procent per jaar. Van den Bos: ‘Private equity rekent doorgaans met een IRR van 15 procent, terwijl dat níet het uiteindelijk behaalde rendement is. Dat komt omdat ze van een inleg van bijvoorbeeld 10 miljoen euro, in het begin slechts een deel opvragen - zeg 2 miljoen. Vervolgens berekenen ze hun rendement op basis van die 2 miljoen, terwijl het daadwerkelijke rendement op basis van de toegezegde 10 miljoen lager is. Wij willen de aan ons toegezegde bedragen gelijk aan het werk zetten. En als een PE-fonds meer opvraagt, dit financieren via uitkeringen van de fondsen waar we al langer inzitten.’

Van mensen naar cijfers

Bij zijn vertrek uit de sector in 2022 en zijn afscheid van de “Jojo’s” - het dividendteam van eerst ING en later Van Lanschot Kempen - zei Van den Bos dat hij minder met cijfers en meer met mensen wilde doen. Hij ging een jaar headhunten. En nu, weer meer met cijfers en minder met mensen? Van den Bos: ‘Dat zie ik anders. Dit is een combinatie van mijn nieuwe wereld en mijn oude wereld. Om de toegang tot private markten flexibeler en makkelijker maken zie ik mezelf als schakel, bijvoorbeeld door zo’n begrip als IRR goed uit te leggen. Daar komt mijn onderwijzerskant ook weer om de hoek (Van den Bos geeft ook financiële gastlessen op middelbare scholen, red.).

Meer beleggingsinhoudelijk richt het PE-fonds van Helder zich op Europa, en daarbinnen op kleinere boutique-managers. ‘Ook in private equity is sprake van een smallcapeffect’, verantwoordt Van den Bos. ‘Fondsen met kleine deals halen gemiddeld een IRR van 17 procent, versus 15 procent door de grote fondsen. Daarbij zijn de verschillen groter. Het verschil tussen goede en slechte grote fondsen varieert van een IRR van 20 tot 5 procent, terwijl dat bij kleine fondsen eerder tussen de 40 en 0 procent zit. De juiste kleine fondsen selecteren is dus cruciaal. En het mooie is, dat er in Nederland en Duitsland nog bakken vol middelgrote, hartstikke goede bedrijven gefinancierd moeten worden.’

Helder heeft de AFM-vergunning sinds een week binnen. Daarmee heeft de firma, die behalve uit Van den Bos ook bestaat uit Migchel Dirksen en Désirée van Boxtel, er al een jaar aan voorwerk op zitten. ‘Structuur opzetten, investment memorandum, papierwerk: het was een flinke klus’, somt Van den Bos op.

‘We staan aan het begin’, concludeert hij. ‘Grappig trouwens, toen ik Helder aankondigde, kreeg ik meteen een bericht van oud-collega’s: ‘Beleggersbloed kruipt waar het heen moet gaan’.’

Gerelateerde artikelen op Investment Officer:

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Members
Article type
Article
FD Article
No