De onrust over het einde van de huidige cyclus vraagt van beleggers om een voorbereiding op de volgende fase. De huidige omgeving kan leiden tot onverwachte resultaten, zelfs in gediversifieerde portefeuilles, concludeert JP Morgan AM in haar Long-Term Capital Assumptions.
‘Voor beleggers zou 2019 weleens een symbolisch, zelfs baanbrekend jaar kunnen worden’, aldus de topmannen CEO Chris Wilcox, Mike O’Brien en Rob O’Rahiliy in het rapport van JP Morgan Asset Management. Ze spreken van een opmaat naar een ander beleggingsklimaat.
De Long-Term Capital Assumptions is een rapport dat JP Morgan AM jaarlijks uitgeeft. Het fondshuis deelt daarin zijn verwachtingen over vijftig belangrijke activaklassen, voor de komende tien tot vijftien jaar.
Tegenwind
Het overkoepelende thema is de tegenwind én de kansen van de huidige economische omgeving, waarin de Amerikaanse expansie richting een nieuw record beweegt en bovendien vol paradoxen zit, met stijgende maar achterblijvende beleidsrentes en werkloosheidscijfers.
‘Deze S&P-bullmarkt is de langste ooit, met dal-tot-piekwinsten die bijna twee keer zo groot zijn als gemiddeld in een bullmarkt de afgelopen vijftig jaar’, aldus het fondshuis. ‘Wereldwijde aandelen halen winsten van zo’n 6 procent ten opzichte van eerdere gemiddelden in bullmarkten. En net nu technologie de geografische grenzen en functionele barrieres ondermijnt, kan het handelsprotectionisme misschien wel leiden tot een terugtrekkende beweging van globalisering.’
En dan is er natuurlijk de speculatie in de markt over wanneer die cyclus tot een einde gaat komen. ‘De meesten van ons zullen er niet in slagen om het einde van de cyclus perfect te timen. Misschien is de poging alleen al wel iets voor dwazen’, meent head of global multi-asset strategy John Bilton (foto).
Voorbereiding bearmarkt
Dat neemt volgens hen niet weg dat begrip van de late cyclus nodig is in het huidige klimaat, net zoals een goede voorbereiding op een bearmarkt, wanneer die ook moge zijn. ‘Langetermijnbeleggers kunnen het idee hebben dat de grillen van de cyclus voor hen minder relevant zijn, maar voor de keuze van structurele thema’s en evenwichtsrendementen moeten we allemaal de markt betreden en verlaten tegen geldende prijzen. En die zullen onze rendementen over de langst mogelijke horizon beïnvloeden.’
Om dat te kunnen doen, moeten beleggers hun vertrouwde instrumenten loslaten volgens JP Morgan AM. Deze omgeving is - althans voor een tijdje - ver van elke gemiddelde uitkomst verwijderd, zo schrijft het fondshuis. Het adviseert beleggers om vast te stellen welke elementen van de huidige cyclus kunnen evolueren naar structurele kenmerken van de volgende cyclus. ‘In het bijzonder waar ogenschijnlijk cyclische dislocaties permanent kunnen worden of ervoor kunnen zorgen dat geaccepteerde evenwichten worden gereset.’
Inflatieverwachtingen
Ten opzichte van vorig jaar heeft het fondshuis zijn langetermijnvoorspellingen over economische groei en de gemiddelde rentes “slechts bescheiden” bijgesteld. ‘We zien weinig opwaartse druk op de prijsinflatie en verwachten dat de toekomste inflatiecycli over het algemeen niet zal voldoen aan de doelstellingen van centrale banken. Daardoor hebben we onze Amerikaanse inflatieverwachtingen wat neerwaarts bijgesteld’, aldus de beleggers over het bijstellen van het verwachte wereldwijde kerninflatiecijfer van 2,5 naar 2,25.
In haar verwachtingen over de Eurozone is JP Morgan AM gelijk gebleven. Zowel in haar verwachting over 2018 als die voor 2019 zet het fondshuis in op een GDP- en kerninflatiecijfer van 1,5.
Obligaties
Op beleggingsniveau schrijft JP morgan AM nauwelijks veranderd te zijn in haar rendementsverwachtingen voor aandelen, terwijl het de komende jaren uitgaat van hogere rendementen voor wereldwijde staatsobligaties. ‘Daarbij gelden wezenlijke regionale verschillen, voornamelijk als gevolg van Amerikaans leiderschap op aandelenmarkten in 2018 en de verdergevorderde status van beleidsnormalisatie in de Amerikaanse koersen.’
Over obligaties schrijft het fondshuis te verwachten dat de koersen in deze cyclus verder zullen stijgen, maar minder opwaarts risico te zien voor langetermijnrendementen. ‘Dat leidt waarschijnlijk tot een vlakke of omgekeerde rentecurve aan het einde van deze cyclus. We zien lagere rentes en vlakkere curves als een seculiere toestand de komende tien tot vijftien jaar.’
Credits en EMD bieden volgens het fondshuis de beste rendementsverwachtingen.
Aandelen
Over aandelen schrijft het fondshuis dat haar voorspellingen ‘grotendeels een weespiegeling van de variatie in regionale rendementen van het afgelopen jaar’ zijn. ‘De prognose voor Amerikaanse aandelen is met 25 basispunten gedaald tot 5,25 procent van de Amerikaanse aandelenrisicopremie, terwijl de prognose voor EM-aandelen met 50 basispunten is gestegen naar 8,5 procent. Dit vergroot de wig tussen DM- en EM-aandelenrendementsvoorspellingen naar 2,75 procent in USD-termen en 3 procent in lokale valuta.’
‘De onderliggende rendementsdrijvers voor DM- en EM-aandelen lopen nog verder uiteen in onze prognose voor 2019, waarbij maar liefst viervijfde van het geraamde rendement in DM-aandelen afkomstig is van dividenden en terugkopen, vergeleken met minder dan eenderde in EM-aandelen.’