Minister Koolmees deelt de zorgen van Kamerlid Pieter Omtzigt niet over de rol van Nederlandse fiduciair managers. Zo blijft hij bij zijn standpunt dat de afspraken in een uitbestedingscontract de verantwoordelijkheid van de betrokken partijen zijn. Hij vertrouwt erop dat pensioenfondsbesturen hierbij zelf voldoende kritisch zijn.
De antwoorden van de bewindsman lieten even op zich wachten, waarover het Tweede Kamerlid onder andere op Twitter ruimschoots zijn ongenoegen uitte.
Begin februari stuurde Omtzigt een lijst met dertig vragen aan de minister, waarin hij onder meer stelde dat in Nederland werkzame asset managers en beleggingsinstellingen betrokken zijn geweest bij grote financiële schandalen in het verleden, dat de Nederlandse belangenvereniging Dufas daar niet tegen optreedt én dat pensioenfondsen fiduciair managers maar beperkt aansprakelijk kunnen stellen voor eventuele schade die geleden wordt op het gevoerde beleggingsbeleid. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid publiceerde gisteren de schriftelijke reactie van minister Koolmees op de lijst met dertig vragen.
Rolverdeling pensioenfonds en fiduciair manager
De discussie loopt al langer. In het najaar van 2018 diende Omtzigt een amendement in op de Verzamelwet Pensioenen 2019. Dit amendement verbood om het beleggingsbeleid uit te besteden aan een fiduciair manager. ‘Een pensioenfonds mag wel het vermogensbeheer uitbesteden, maar niet de verantwoordelijkheid ervoor’, aldus een toelichting op het amendement.
Dit zou erop neerkomen dat een fiduciair manager niet meer zou mogen toezien op de uitvoering van het beleid, nadat een bestuur daarover een besluit heeft genomen. Minister Koolmees van Sociale Zaken oordeelde toen dat de toevoeging aan bestaande wetgeving overbodig was.
Zoals nu blijkt, blijft Koolmees bij zijn standpunt. Uit zijn navraag bij de Pensioenfederatie en Dufas, de belangenorganisatie van asset managers in Nederland, blijkt dat het oude modelcontract waar Omtzigt zich op baseert niet meer in gebruik is. Tegen eventueel marktmisbruik door asset managers treedt de AFM op.
De afspraken in een contract zijn volgens Koolmees de verantwoordelijkheid van de betrokken partijen, waaronder dus de pensioenfondsen. De minister geeft aan ervan overtuigd te zijn dat pensioenfondsbesturen hier kritisch op zijn.
AFM ziet toe op eventueel marktmisbruik
Hij verwijst daarvoor naar de Verzamelwet Pensioenen die op 1 januari 2019 in werking is getreden. ‘Hierin is de rol en taakverdeling van het bestuur ten aanzien van het uitbesteden van vermogensbeheer duidelijk in de wet vastgelegd. Voor een pensioenfonds dat reeds volgens deze regels werkte verandert er niets, voor zover oude overeenkomsten in strijd zijn met de wetgeving prevaleert de wet’, aldus de bewindsman.
Op eventueel marktmisbruik door asset managers houdt de AFM toezicht, schrijft Koolmees verder. ‘Ik heb er vertrouwen in dat de AFM deze rol zorgvuldig oppakt.’ Het is ook een taak van de AFM om alert te zijn op belangenconflicten bij de handel in derivaten, vervolgt hij. Kamerlid Omtzigt heeft tot dusver nog niet inhoudelijk op de antwoorden van de bewindsman gereageerd.