Het kabinet dringt bij institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, maar ook bij professionele partijen zoals asset managers, er op aan om helderder en eerlijker te communiceren over hun dienstverlening aan deelnemers en eindklanten.
Minister Koolmees van Sociale Zaken ging daar maandag in een bijdrage aan de Outlook van Achmea Investment Management in Zeist nader op in. Hij vroeg aandacht voor meer transparantie in de communicatie.
Koolmees zei in dat verband dat ‘bijna alle gepensioneerden die hij tegenkomt chagrijnig zijn. Ze begrijpen niet dat de rendementen stijgen en dat er toch indexatie plaatsvindt.’ Tevens verwees hij naar het feit dat jongeren niet meer in het collectieve systeem willen, omdat ze het gevoel hebben dat ze achtergesteld worden bij oudere generaties.
De bewindsman ging nader in op het nieuwe pensioensysteem, waarvan hij verwacht dat de transitie wel 5 tot 10 jaar zal duren. Mede om die lange transitieperiode pleitte hij voor ‘eerlijke, transparante communicatie’. In dat kader zei hij dat explicieter dient te worden gecommuniceerd over rendementen, dat (kleine) kortingen op de pensioenen sneller dienen plaats te vinden - indien nodig -, en dat de rendementen eerlijker moeten worden toebedeeld aan de (verschillende generaties) deelnemers.
Kamerbrief over pensioencommunicatie
In de marge van deze middag vroeg Fondsnieuws aan minister Koolmees om een nadere toelichting op de aandacht die hij vraagt voor klantcommunicatie. Hij wilde dat echter niet inhoudelijk geven, omdat hij medio februari het parlement een brief zal sturen over pensioencommunicatie.
Deze pensioencommunicatie maakt deel uit van een bredere ambitie van het kabinet-Rutte om de communicatie van financiële dienstverleners naar eindklanten te verbeteren. Koolmees zei dat het ministerie van Financiën aan een breder plan werkt. Het zal ook eisen stellen aan fiduciair managers, mede naar aanleiding van vragen van Kamerlid Omtzigt over hun verantwoordelijkheid.
Inmiddels hebben ook belangenverenigingen van financiële dienstverleners, zoals Dufas, aangegeven dat zij erkennen dat beter gecommuniceerd moet worden over hun rol, hun verantwoordelijkheid en hun dienstverlening.
Asset managers
De kersverse voorzitter van Dufas, Dick van Ommeren, zei vorige week in een gesprek met Fondsnieuws dat iedereen direct of indirect belegt, maar dat dat besef er niet bij iedereen is. ‘Omdat het belangrijk is te begrijpen wat er gebeurt bij asset managers en waarom een gezonde sector belangrijk is voor Nederland, vestigen we daar de komende tijd meer en nadrukkelijker de aandacht op.’
Dit begint volgens Van Ommeren met nog duidelijker te maken naar stakeholders toe wat de asset management industrie nu precies is en vooral ook wat het níet is. ‘We worden vaak nog als sector op één hoop gegooid met de rest van de financiële sector, terwijl we in een aantal dingen echt verschillen van andere financieel dienstverleners.’
Dufas zegt namens asset managers bij te willen dragen aan transparantie. ‘We willen duidelijk maken waar een eindklant nu echt op kan rekenen’, zei Van Ommeren.
In reactie op de crisis van 2008 hebben een aantal niet-gouvermentele organisaties, zoals Oxfam Novib, de Eerlijke Geldwijzer opgezet waarmee zij banken en verzekeraars onder druk proberen te zetten om transparanter en duidelijker te communiceren naar eindklanten.
‘Best of Both Worlds’
Rico Fasel, die sinds enige tijd bij PGGM werkt en eerder actief was voor ABN Amro, stelt zich op het standpunt dat op de langere termijn institutioneel en retail sterk naar elkaar toegroeien. Daarbij zou iets kunnen ontstaan dat ‘the best of both worlds’ heeft. Fasel: ‘Schaalgrootte is belangrijk en dat is een sterk punt van institutioneel, terwijl het sterke punt van banken is dat zij intensief contact hebben met hun klanten. Dat zou kunnen betekenen dat de beleggingsoplossingen meer richting institutioneel gaan en dat de connectie met klanten, en daarmee de service, meer richting retail beweegt. Kortom, institutionele kwaliteit, met de distributiebenadering van retail.’