Een ruime meerderheid in de Tweede Kamer heeft het kabinet opgedragen om met pensioenfondsen het gesprek aan te gaan over de ‘torenhoge bonussen’ voor private equity. De Kamer vindt dat dat geld naar de deelnemers in de pensioenfondsen moet.
Dat werd gisteren duidelijk bij een zitting van de Tweede Kamer. Aanleiding was dat de twee grootste pensioenfondsen, ABP en PFZW, vorig jaar 4 miljard euro hebben betaald aan prestatievergoedingen aan private equityfondsen. PvdA-kamerlid Henk Nijboer (foto) zei dat het ‘echt te gek is om zulke bedragen aan private equity beleggers te doen toekomen.’ Hij kreeg in die opvatting onder meer steun van de regeringspartijen CDA en D66.
Nijboer vindt dat minister Carola Schouten van Pensioenen ‘nu in de benen moet’. Volgens hem accepteren mensen het niet dat terwijl de pensioenen al jaren niet of nauwelijks geïndexeerd zijn, private-equitypartijen er met honderden miljoenen vandoor gaan. ‘De verhouding tussen inzet en beloning is totaal zoek. De minister moet pensioenfondsen aanspreken er en met hen voor zorgen dat de beloningen fors worden beperkt.’
‘Ik heb er ook moeite mee’
De hoge prestatievergoedingen liggen ook pensioenfondsen zwaar op de maag, maar voor een deel zijn zij gedwongen naar private markets, zoals private equity, uit te wijken, omdat de rentes afgelopen jaren zo laag waren - en zelfs negatief. Mede hierdoor kunnen zij de pensioenen al jaren niet indexeren. De dekkingsgraad van ABP en PFZW stond jarenlang onder de 110 procent, hetgeen volgens de huidige pensioenwet het vereiste minimum is voor indexatie.
Zo heeft ABP vorig jaar 14 miljard euro verdient op de beleggingen in de private equity, een winst van 44 procent. Voor PFZW was dat 7,5 miljard euro. Topman Harmen van Wijnen van ABP zegt dat hij er zelf ‘ook moeite mee heeft’ dat een selecte groep van topbeleggers ‘extreem hoge vergoedingen’ ontvangt. ‘Hoe profijtelijk hun rendementen ook zijn, het strookt niet met het maatschappelijke doel dat ABP nastreeft’, schreeft van Wijnen vorige week op een blog van het fonds bij het verschijnen van het jaarverslag over 2021.
Private markets jachtgebied beleggers
De hoge vergoedingen voor private equity-partijen liggende sector als een steen op de maag, maar door de lage rente zijn veel institutionele beleggers, en nu ook wealth managers en family offices, uitgeweken naar de private markets.
Daar zijn de rendementen op (illiquide) beleggingen hoog, maar doordat er sprake is van veel meer vraag dan aanbod, is de verhouding tussen kosten en opbrengsten puur cijfermatig doorgaans niet onredelijk. Zo volgen private equity partijen doorgaans de (bonus)regel 2 + 20, die bij beleggingen met en hoge risico/rendementsverhoudingen gangbaar is.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer:
- Vermogensbeheerkosten voor pensioenfondsen 9,3 miljard euro
- Kamerlid Omzigt zet tanden weer in rol fiduciair beheer