Ondanks de magere rendementsvooruitzichten verdienen obligaties nog steeds een plaats in de portefeuille. Sterke koersstijgingen in onder meer juli en november 2021 tonen aan dat obligaties de rol van stabilisator in een portefeuille blijven spelen. Bedrijfsobligaties genieten daarbij de voorkeur. In tijden van stijgende rentes presteren zij beter dan overheidsleningen. In het aandelenluik belegt KBC meer cyclisch, in Europa en in value, maar is het beducht voor rotaties.
Dat blijkt uit het Outlook 2022 seminarie van KBC Asset Management.
Strateeg Tom Mermuys: ‘Onder meer de recente daling van de olieprijzen, Omikron en aanvankelijk gunstige basiseffecten, zullen de Fed toelaten de komende maanden een politiek van geleidelijkheid te blijven prediken. Met de beleidskeuze om eerst de obligatieaankopen af te bouwen, kocht de centrale bank trouwens sowieso tijd. Maar in de tweede jaarhelft van 2022 zal moeten blijken in welke mate de prijsdruk effectief afneemt. Sterk stijgende huurprijzen, een koppig lage participatie in de arbeidsmarkt, aantrekkende loongroei, een bbp kloof die stilaan gedicht raakt, het zijn allemaal factoren die erop wijzen dat er ook opwaartse risico’s zijn. Als de Fed forser moet ingrijpen, is het afbouwen van portefeuillerisico’s aan de orde.’
Maar dat is volgens Mermuys geenszins een uitgemaakte zaak. Sterk toenemende bedrijfsinvesteringen en de versnelde digitalisering als gevolg van onder meer het verplichte thuiswerken, zouden de recent neerwaarts gerichte productiviteitstendens kunnen ombuigen. De tweede helft van de jaren 90 leert dat sterke groei en lage inflatie dan hand in hand gaan. Komt Goudlokje opnieuw ten tonele?
Opnieuw cyclischer
Inzoomend op de details van de KBC AM modelportefeuilles, stuurt de meer mature conjunctuur de bank opnieuw in de richting van cyclische aandelensectoren.
Mermuys: ‘Eerder in 2021 stelden we daar, met succes, nog winsten veilig. Onze blik is ook gericht op de grote investeringen in infrastructuur en ecologische oplossingen, die door de overheden financieel worden ondersteund. Ook waarde-aandelen, onder meer in de financiële sector, verdienen een meer dan gemiddeld gewicht in de portefeuille, vooral omwille van de verwachte rentestijging. Die stemt voorzichtiger voor defensieve sectoren en kan ook de duurdere kwaliteit- en groeibedrijven parten spelen.’
Europa
Regionaal zou Europa het in 2022 beter moeten doen, al zijn we op korte termijn voorzichtiger. Daarnaast worden ook de onderwogen posities in opkomend Azië mondjesmaat opgebouwd. De Chinese economie kromp in het najaar van 2021. De zero tolerance m.b.t. Covidbesmettingen, een strikter klimaatbeleid, de naweeën van eerdere monetaire verstrakkingen en politieke ingrepen in het business model van heel wat ondernemingen (waaronder de belangrijkste vastgoedontwikkelaars), zorgden voor een terugval van het bbp. Intussen zijn er signalen dat Peking budgettair en monetair opnieuw voor meer stimulus kiest.
Mermuys: ‘Voldoende hoge groei blijft primordiaal voor de socio-economische stabiliteit. In het verleden was dergelijke beleidsomslag de voorbode van een beter beursklimaat. De relatief goedkoop gewaardeerde lokale aandelenmarkten zouden in 2022 een inhaalbeweging kunnen maken. Toch bouwen we slechts voorzichtig op. Het zachtjes laten leeglopen van een vastgoedzeepbel is geen sinecure en ook de verwachte verstrakking van het Amerikaanse monetaire beleid speelt niet in het voordeel van beleggingen in opkomende markten. Een stapsgewijze rotatie staat trouwens centraal in heel onze strategie. De Omikron-onzekerheden zijn te groot om uitgesproken posities te nemen.’
Nuttige ballast
Ondanks de magere rendementsvooruitzichten verdienen obligaties nog steeds een plaats in de portefeuille. Sterke koersstijgingen in onder meer juli en november 2021 tonen aan dat obligaties de rol van stabilisator in een portefeuille blijven spelen. Bedrijfsobligaties genieten daarbij de voorkeur. In tijden van stijgende rentes presteren zij beter dan overheidsleningen. Kortere looptijden, hogere lopende rendementen en kredietspreads die negatief correleren met de risicovrije rente, zorgen daarvoor. Dat zij het lopend rendement op de totale obligatieportefeuille boven nul helpen tillen is mooi meegenomen.
Mermuys: ‘Elk basispunt telt, zeker in tijden van rendementsschaarste. De obligatiemodelportefeuille blijft procyclisch georiënteerd (kortere looptijden, bedrijfsobligaties), maar met mate. De sterkste prestaties laten bedrijfsobligaties immers vroeger in de cyclus optekenen, in de herstelfase, nadat de kredietspreads tijdens de voorafgaande recessie hoog opliepen. Obligaties uit opkomende markten dreigen dan weer onder druk te komen naarmate de Fed het beleid verstrakt. Bovendien kampen een aantal van de belangrijke debiteuren met specifieke, lokale, economische en/of politieke problemen. Aan de huidige renteniveaus blijft de primaire doelstelling om met obligaties het evenwicht in de portefeuille te bewerkstelligen. Grote risico’s zijn dan te mijden.’