NN Investment Partners en Candriam zijn actief in Italië, maar ook Kempen Capital Management heeft ambities op de Italiaanse markt. ‘Italië is heel aantrekkelijk, omdat met name het Noorden bijzonder rijk is.’
Dat vertelt Cor Dücker in een gesprek met Fondsnieuws. Dücker is bij Kempen Capital Management verantwoordelijk voor de business development in Italië.
Als je naar de openbare infrastructuur kijkt, zou je volgens Dücker niet altijd zeggen dat Noord-Italië rijk is, maar veel geld is dan ook in privé-handen.
Spaarzaam
‘Italianen zijn van oudsher heel spaarzaam. Traditioneel zetten ze hun geld op spaarrekeningen of beleggen ze het in staatspapier. Het rendement daarop was in het verleden best hoog. Sinds de financiële crisis is dit gaan draaien. Staatsobligaties bleken niet zo veilig als veel Italianen dachten en dus besloten velen van hen hun beleggingen beter te spreiden.’
Sindsdien is er volgens Dücker een enorme stroom op gang gekomen van deposito’s naar onder meer de beheerportefeuilles van banken.
Volgens cijfers van de Italiaanse vereniging van asset managers is er in Italië momenteel zo’n 1.700 miljard euro belegd in fondsen. Vorig jaar groeide de markt met 134 miljard euro (pure inflow, exclusief koerswinst). In de eerste drie maanden van dit jaar kwam er 52 miljard euro nieuw geld bij.
Graantje mee pikken
Kempen wil hier graag een graantje van mee pikken en probeert daarom bouwstenen te leveren voor de beheerportefeuilles van de private banks en fund of funds van andere asset managers.
Bij de private banks zit het in Italië met de open architecture inmiddels wel goed, vindt Ducker. Bij de retaillbanken is op dit gebied volgens hem wel nog een wereld te winnen.
Italië kent nog geen provisieverbod. Dit wil volgens Dücker niet zeggen dat je in Italië per se hele hoge distributievergoedingen moet betalen. ‘Wij bedienen alleen wholesale en institutionele klanten, daar wordt gewerkt met de institutionele rebatevrije shareclasses.’
Hoewel nog maar kort geleden echt begonnen in Italië, denkt Kempen daar een goede kans te maken. ‘Italianen waarderen het dat wij een lange termijn focus hebben er sprake is van alignment of interests met onze klanten, en we een professionele beleggingsorganisatie zijn met wortels in Nederland. Voor Italianen is dat weer eens wat anders dan alle grote kantoren uit de VS en het VK.’
Aan het begin
Hoe groot Kempen al is in Italië, wil de asset manager niet zeggen, maar duidelijk is dat Kempen nog aan het begin van zijn expansie staat. Van de in totaal 35 miljard euro die Kempen CM onder beheer heeft, komt nu zo’n 3 miljard uit het buitenland, daaronder vallen ook Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, waar het fondshuis ook actief is.
Dücker: ‘Kempen CM is sinds een jaar of zes ook actief buiten de Benelux en het Verenigd Koninkrijk. In het VK is zij actief als gevolg van een overname van een beleggingsteam 20 jaar geleden. Nog altijd worden de Europese smallcap strategieën vanuit Edinburgh beheert.’
‘Een tijd lang bestormden we het buitenland vrij opportunistisch en plukten we alleen het laaghangend fruit. Sinds twee jaar hebben we voor de genoemde vier landen echt een strategie ontwikkeld.’
Met uitzondering van het VK heeft Kempen geen kantoren in het buitenland. ‘Kempen biedt hele gespecialiseerde producten aan. Om een goed gevoel te houden met de producten, hebben we er daarom voor gekozen de salesforce heel dicht op de specialisten te zetten’, legt Dücker uit.
‘We richten ons juist op deze landen omdat we die cultureel goed begrijpen en denken dat onze producten daar van toegevoegde waarde kunnen zijn.’
‘Duitsland is het buurland. We begrijpen Duitsers goed. Ze zijn grondig en punctueel en erg geïnteresseerd in alle details.’
Fransen
‘Fransen zijn weer heel anders. Zij zijn erg geïnteresseerd in duurzaam beleggen. In Nederland staan we misschien niet bekend om onze aandacht voor duurzaamheid, maar we hebben zeker producten die hierop inspelen, denk aan aan onze Sustainable European Small Cap-strategieën. Het grootste Franse staatspensioenfonds FRR is hier bijvoorbeeld in belegd.’
‘In Edinburgh, in het Verenigd Koninkrijk, hebben we al twintig jaar een kantoor, maar dit was het gevolg van een overname destijds. Doordat we daar aanwezig zijn, kennen we de markt daar goed en bedienen we die ook.’
Zelf is Dücker verantwoordelijk voor de sales in Italië. ‘Ik heb het voordeel dat ik de Italiaanse markt goed ken. Vlak voordat ABN Amro werd opgesplitst, heb ik negen maanden voor ABN Amro in Italië gewerkt. Daarna heb ik 3,5 jaar bij Intesa Sanpaolo Group in Milaan gezeten. Dat is de grootste retail bank van Italië.’
Vertrouwensrelaties
‘Ik heb daar een groot netwerk aan over gehouden wat goed van pas komt omdat zakendoen in Italië draait om vertrouwensrelaties.’
Uit onderzoek van Cerulli Associates bleek onlangs dat juist in Italië lokale aanwezigheid een belangrijke succesfactor kan zijn. Het onderzoeksbureau prees de strategie van Franklin Templeton om kantoren te openen in Rome, Florence, Milaan en Padua. Sindsdien is de instroom tussen de 800 miljoen euro en 1,5 miljard euro per kwartaal geweest.
Kempen heeft vooralsnog geen plannen voor kantoren in Italië. Of dit nodig is, hangt volgens Dücker af van welk segment je bedient. ‘Bedien je de retailmarkt, dan is het goed lokaal aanwezig te zijn, zodat klanten ook fysiek bij je langs kunnen komen. Wij richten ons echter op de wholesalemarkt en de institutionele markt. Dat zijn klanten waar je prima eens in de zoveel tijd een afspraak mee kunt maken.’