Wil Nederland blijven behoren tot een van de meest concurrerende economieën met een sterke exportpositie, dan moeten wij ons blijven onderscheiden met een uitstekend vestigings- en investeringsklimaat. Ook voor de financiële sector, schrijft FN Kennisexpert Hans Janssen Daalen.
‘Afgelopen weekend is het 60-jarige bestaan van de Europese Unie gevierd in Rome, waar destijds het unieverdrag werd ondertekend. De feestelijkheden werden echter verstoord door de existentiële vraagstukken over de toekomst van de Unie. Europa-kritisch populisme, migratieproblemen, de latente eurocrisis, de Brexit, een ontluikende handelsoorlog tussen Amerika en China, discussie over de prijs van globalisering en vrijhandel: de Europese Unie dient zich te wapenen tegen vele tegenkrachten en innerlijke verdeeldheid. Verdere integratie naar een federaal model lijkt verder weg dan ooit.
Realistischer is te kiezen voor een ‘multi-speed Europe’. Europa dient hoe dan ook eensgezindheid en stabiliteit te vinden binnen dit enorme krachtenveld. Ons land zal zich moeten wapenen tegen de vele bedreigingen. Wij kunnen dat alleen binnen een sterke Europese Unie. ‘But it takes two to tango’.
Geen goldplating
Nederland beschikt over een open markt economie, die sterk afhankelijk is van handel met het buitenland. Wil Nederland blijven behoren tot een van de meest concurrerende economieën met een sterke exportpositie, dan moeten wij ons blijven onderscheiden met een uit-stekend vestigings- en investeringsklimaat. Ook voor de financiële sector. Met gebalanceerde fiscale maatregelen, het wegnemen van belemmeringen voor ondernemerschap, en betrouwbare en voorspelbare regelgeving in lijn met de rest van Europa: geen goldplating!
De Nederlandse economie staat er op dit moment goed voor. Maar om dat vast te kunnen houden zou een competitieve financiële dienstverlening in het rijtje prioriteiten van het nieuwe regeringsakkoord moeten staan. Financiële dienstverlening is immers de smeerolie voor economische groei en daarmee een van Nederlands’ topsectoren.
Ondertussen is onze financiële wereld in rap tempo aan het veranderen. De traditionele grenzen tussen bankieren, beleggen en verzekeren zijn aan het vervagen. Banken verkopen steeds meer producten van derden. Producten die niet meer op hun eigen balans drukken vanwege de hoge solvabiliteitseisen die dit met zich brengt.
De financiering van de leningen aan het bedrijfsleven en hypotheken voor het grote publiek zijn afkomstig van pensioenfondsen en verzekeraars. De bank brengt daarbij zijn expertise in en treedt op als financieel intermediair. In het betalingsverkeer, een van de traditionele monopolies van de banken, zien wij nieuwe ‘fintech’-aanbieders op de markt die deze functionaliteit overnemen van de banken.
Bij verzekeraars zien wij dat het traditionele levenbedrijf volledig wordt omgeturnd naar beleggingsdiensten: fondsen, PPI’s en APF-en kleuren het dienstenaanbod van de grote verzekeraars. Maar ook fondsbeheerders, beleggingsondernemingen en banken bieden steeds meer pensioenproducten aan.
Nieuwe uitdagingen
Ook voor het financiële toezicht levert dat nieuwe uitdagingen op. Nederland kent een ingewikkeld toezichtssysteem op financiële instellingen, het zogenaamde ‘twin peaks’ model. Inter-nationaal is één toezichthouder de norm. Daarmee wordt de gehele financiële sector in al zijn facetten in het oog gehouden.
In Nederland houdt DNB toezicht op de prudentiële risico’s, de AFM normeert de gedragingen van financiële spelers op de markt. In praktijk komt dit er op neer dat DNB de primaire toezichthouder is op banken, verzekeraars en pensioen-fondsen. De AFM is de primaire toezichthouder op beleggingsondernemingen, fondsbeheer-ders en het financiële intermediair.
Doublures in het toezicht moeten worden voorkomen. Dufas is daar ook altijd zeer alert op. Maar hoe past die taakverdeling tussen de twee toezichthouders nu op het geïntegreerde landschap dat zich in de financiële dienstverlening begint af te tekenen?
Nog even en je kunt geen eenduidig etiket meer plakken op een financiële instelling. Is het een bank? Een verzekeraar? Een beleggingsonderneming? Het zullen ‘financiële dienstverleners’ worden, soms allround, soms superspecialisten op een deelterrein. Quo vadis, pecunia!? Nu wij onze Wet financieel toezicht toch willen herzien, moeten wij hier ook maar eens over nadenken.’
Hans Janssen Daalen is directeur van de Dufas, de belangenvereniging voor asset managers in Nederland.
Janssen Daalen deelt op structurele basis met Fondsnieuws-lezers zijn kennis op het gebied van wet- en regelgeving, trends en marktontwikkelingen in asset management en beleggingsdienstverlening. Wilt u meer bijdragen van onze FN Kennisexperts lezen, klik dan hier.