De consultatieronde van Europese beurswaakhond Esma over haar voorstellen omtrent de herziene Mifid-richtlijn (Mifid II) heeft een stortvloed aan reacties opgeleverd.
‘Het overheersende gevoel dat uit de marktreacties op Mifid II naar voren komt, is dat Esma weg beweegt van zijn ‘principles based’-benadering en meer naar een ‘rule based’-aanpak gaat. De industrie is het daar niet mee eens’, stelt Daniel Simpson, researchanalist van JWG Group.
De denktank komt tot zijn conclusies op basis van de analyse van de antwoorden van 31 branche- en belangenorganisaties, die samen 6.000 bedrijven vertegenwoordigen. ‘Over de hele linie beschouwd, zijn de reacties zeer negatief’, oordeelt Simpson.
Er zijn 344 schriftelijke reacties op de consultatieronde gekomen en 240 op de discussienota.
Zie de reacties op de website van Esma
NVB: Onderscheid tussen klanten
Aan Nederlandse zijde is beperkt gereageerd. Asset managers hebben zich gezamenlijk uitgesproken via de overkoepelende Europese belangenorganisatie Efama. Wel heeft de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) een antwoord gestuurd met de belangrijkste op- en aanmerkingen op de Esma-voorstellen.
De NVB stelt in zijn reactie zich zorgen te maken over het gebrek aan samenhang tussen Mifid en andere regelgeving, zoals Ucits en AIFMD.
Ook wenst de NVB dat het zeer gedetailleerde niveau van kostenopenbaarmaking die de Europese ontwerp-richtlijn verlangt voor producten en beleggingsdiensten, niet geldt voor professionele klanten. De asset managers, verenigd in Efama, vragen feitelijk hetzelfde onderscheid.
Productmanagement
De NVB vindt dat professionals heel goed zelf kunnen oordelen over de hoogte van de kosten. Ook vindt de Nederlandse Vereniging van Banken dat de acherban niet verantwoordelijk gehouden kan worden voor onduidelijkheid in de kosten van een product als de ‘maker’ van die producten daarover onduidelijk is. In dat geval moeten banken dergelijke informatie schuldig (kunnen) blijven in de Total Cost of Ownership, het kostenoverzicht dat ook de AFM van Nederlandse banken verlangt.
De NVB verzet zich, net als grote Europese bankenspelers, tegen de eisen die Esma over de hele linie stelt aan productmanagement. De NVB vindt dat eisen die gesteld worden aan productmanagement niet kunnen gelden voor voor álle instrumenten die een bank of andere distributeur gebruikt.
Efama vindt dat makers van producten, zoals gestandaardiseerde beleggingsproducten, niet verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor acties van distributeurs of voor de informatie of dienstverlening die zij aan eindklanten geven. ‘Zij zij geen vertegenwoordigers van de productbouwers’, tekent Efama in haar reactie aan.
Ook is Efama er net als NVB op tegen dat alle klanten over één kam worden geschoren.
Morningstar: ‘A dangerous compromise’
Morningstar heeft ook gereageerd op de consultatieronde. Zij vindt het technisch advies op de Mifid II-richtlijn ‘a dangerous compromise’ .
Aan de ene kant gaat het volgens de onafhankelijke fondsendatabase en -researcher niet ver genoeg in het verzekeren van een ‘echt competitief level playing field’ en aan de andere kant ‘gaat het veel te ver in het mogelijk genereren van gevolgen die men niet kan overzien’.
Esma heeft gezegd dat zij de binnengekomen reacties zal gebruiken bij het verder uitwerken van de zogenoemde level-2 maatregelen, die zij aan het opstellen is als uitwerking van Mifid II.
Meer achtergronden op Fondsnieuws: