ASR, nummer drie onder de Nederlandse verzekeraars, heeft een sterk jaar achter de rug, ondanks corona. Het beheerd vermogen voor derden steeg sterk, vooral ook dankzij Nederlandse hypotheken die onder buitenlandse beleggers thans bijzonder populair zijn. ‘Want het aantal defaults is zeer laag. De woningeigenaar eet nog liever gras, dan dat hij zijn hypotheek niet betaalt.’
Jos Baeten (foto), de topman van ASR, kon zijn aandeelhouders dinsdag een reeks mooie cijfers over boekjaar 2022 laten zien. Op vrijwel alle vlakken presenteerde de puur op Nederland gerichte verzekeraar beter dan analisten hadden verwacht. Zo is het beheerde vermogen voor derden gestegen tot 28 miljard euro, tegen 24,3 miljard eind 2020. Vooral het ASR Hypotheekfonds groeide sterk.
Toch, zo erkent Baeten in een gesprek met Fondsnieuws, zijn er voor de langere termijn wel redenen tot zorg. Dat betreft vooral de klimaatrisico’s, alsook het gevaar van een tweedeling in de samenleving die zich ook op het terrein van de verzekeraars kan afspelen.
Baeten vertelt dat ASR op het terrein van duurzaamheid uitstekend scoort. ‘We behoren tot de 10 procent best scorende verzekeraars ter wereld en op de lijst van Sustainalytics staan we nummer 2.’ Die uitverkiezing is te danken aan het feit dat ASR in zijn portefeuille van zowel woningen als kantoren sterk gericht is op verduurzaming. Daarbij kun je aan de hypotheekkant ook de mogelijkheid krijgen om als hypotheeknemer budget in te kopen, zodat je kan investeren in de verduurzaming van de woning.
Als verzekeraar, zo vertelt Baeten, wordt vanzelfsprekend ook gekeken naar de risico’s van de verzekeringsportefeuille. Zo zijn in het jaarverslag 2020 drie scenario’s uitgewerkt die laten zien welke klimaatrisico’s ASR loopt. Op het oog ziet dat er naar omstandigheden goed uit. Maar erkent Baeten de onzekerheid neemt wel toe als het gaat om de gevolgen van een mogelijke zeespiegelstijging.
‘Ja, dan houdt het ook voor ons op’
Zo heeft het kabinet zich het doel gesteld om komende jaren 800.000 tot 1 miljoen woningen te bouwen. Een aanzienlijk deel daarvan staat gepland in polders die bij een stijging van de zeespiegel zouden kunnen overstromen. ‘Wij zijn als verzekeraars daar zeer afhankelijk van de overheid. We staan in de wereld bekend om de kwaliteit van onze dijken. Maar als de overheid de stijging van de zeespiegel niet weet te pareren, ja dan houdt het ook voor ons in alle eerlijkheid op.’
Dat de locatie van de te bouwen woningen ongunstig gepland lijkt, ziet Baeten ook. ‘Feit is dat er weinig keuze is dan bouwen in zwakkere gebieden. Onze echte probleem is namelijk dat er te weinig ruimte is en dat er te weinig betaalbare woningen zijn. Als de overheid dan zegt dat je veilig kan bouwen in polder A,B of C, dan ga ik ervan uit dat je daar veilig kan bouwen.’
Baeten vervolgt: ‘Wij kijken op dit moment vooral naar het risico van overstromingen, zie bij voorbeeld Limburg. De Waterschappen hebben zich afgelopen tijd op de primaire rivieren gericht en niet op de secundaire. Nee, wij zeggen niet dat Nederland “uninvestable is”, maar feit is wel dat de weer gerelateerde schade oploopt. Voor ons is dat een bedrag van tussen de 40 tot 60 miljoen euro per jaar.’
‘Tweedeling in maatschappij dreigt’
Volgens het Verbond van Verzekeraars zal, als de omvang van de klimaatschade verder toeneemt, een verhoging van de premies onvermijdelijk zijn. Het Verbond spreekt van mogelijke stijgingen op de opstalverzekering van 15 procent. Baeten denkt niet dat het de winstgevendheid van verzekeraars zal ondermijnen, zo lang de “underwriting and pricing” goed is. ‘Maar feit is wel dat de betaalbaarheid van verzekeringen kan worden ondermijnd. Voor een grote groep wordt het dan te duur.’
Dat leidt volgens de ASR-topman mogelijk tot een tweedeling in de maatschappij, waarin ‘buitenlandse, datagestuurde toetreders de krenten uit de pap vissen door alleen risico te willen dekken voor mensen met hogere opleidingen en een gezondere leefstijl. Als je de geschiedenis in ogenschouw neemt, dan kan dat tot tweedeling in de samenleving leiden en kan het zelfs een voorloper zijn tot een revolutie, een volksopstand of nog erger.’ Als voorbeeld verwijst hij naar het feit dat er nu al veel burgers zijn die de gestegen energielasten niet meer kunnen betalen.
Baeten begrijpt dat bij dit soort ontwikkelingen vaak als eerste naar de overheid wordt gekeken. ‘Maar’, zegt hij, ‘de overheid kan het niet oplossen als er geen draagvlak voor is. Wij denken daarom dat bedrijfsleven, overheid en samenleving het samen moeten oppakken.’
Stakeholdersdenken kwestie van hygiëne
ASR heeft na de kredietcrisis van 2008 het accent gelegd op het stakeholdersdenken als alternatief voor het exclusieve aandeelhoudersdenken dat ASR indertijd onder moederbedrijf Fortis nog kende. Baeten heeft daar een belangrijke rol ingespeeld. ASR heeft vier stakeholders benoemd: werknemers, klanten, aandeelhouders en samenleving.
Baeten begrijpt dat je kritisch tegenover het thans populaire stakeholdersdenken kunt staan, al ziet hij wel dat het langzaam maar zeker van de grond komt. ‘De balans tussen stakeholders is echt een kwestie van hygiëne. Mijn overtuiging is dat als je als je als bedrijf uitgekotst wordt door de samenleving je dan geen toekomst hebt.’