Lang niet alle pensioenfondsen voldoen aan de wettelijke eis minstens één bestuurder jonger dan 40 jaar aan te stellen. Hoe kan dat? En wat betekent dat voor het beleggingsbeleid? Jonge pensioenfondsbestuurders geven in een korte serie antwoord op die vragen. Will-Jan Jacobs van Bakkers Pensioenfonds: ‘Het is geen transparante jobmarkt.’
Het idee dat jongeren niet geïnteresseerd zijn in pensioenen kan naar het rijk der fabelen worden verwezen. ‘De cijfers wijzen in ieder geval anders uit’, zegt Will-Jan Jacobs (35), sinds februari dit jaar bestuurslid van Bakkers Pensioenfonds. Daarnaast werkt hij als beleidsmedewerker verantwoord beleggen bij de Pensioenfederatie. ‘De opleiding tot geschiktheidsniveau A die sinds 2017 door PensioenLab wordt aangeboden, is jaar op jaar overtekend, en intussen staan er zo’n dertig geschikte kandidaten te popelen ergens aan de slag te gaan. De doorstroming stokt echter.’
Hoewel steeds meer fondsen voldoen, heeft nog steeds minder dan de helft een bestuurder jonger dan 40 jaar in de gelederen. Daarmee voldoen die pensioenfondsen niet aan de (herziene) Code Pensioenfondsen 2024. Ook de vertegenwoordiging van jongeren in belanghebbenden- en verantwoordingsorganen is nog niet op het gewenste – en in die Code voorgeschreven – niveau.
Dubbele houding
Jacobs is intussen tien jaar actief in de pensioensector en signaleerde geregeld de wat dubbele houding ten opzichte van jongeren. ‘Enerzijds biedt men bijvoorbeeld volop traineeships en andere mogelijkheden aan. De betrokkenen worden vervolgens ook in dienst genomen, maar vaak blijft de oude garde gewoon zitten. Van doorstromen is dan geen sprake en de jongeren vertrekken weer na een jaar of twee.’
Hij studeerde bedrijfseconomie en finance, maar koos niet met een vooropgezet plan voor de pensioensector. ‘Eigenlijk was het supertoevallig dat ik er terechtkwam. Ik had na mijn studie geen flauw idee wat ik wilde doen, en een recruiter benaderde mij of MN misschien iets voor mij was. In eerste instantie dacht ik dat hij NN de verzekeraar bedoelde. Dat was mijn kennisniveau toen. En het duurde ook even voordat ik begreep dat MN dan geen pensioenfonds was, maar een pensioenuitvoeringsorganisatie…’
Door zijn studie kwam Jacobs praktisch ‘als vanzelf’ in de technischere beleggingsfuncties terecht. Niet alleen bij MN, later ook bij Mercer en bij Actiam. Maar fondsmanager worden, dat zag hij niet zitten. ‘Maatschappelijk verantwoord beleggen had intussen mijn grote belangstelling, en ik zag dat fondsmanagers in die tijd erg beperkt werden door allerlei regelgeving en vaak gericht waren op het behalen van een paar basispunten meer rendement dan de benchmark.’
Eén vacature
Bij de Pensioenfederatie – waar hij nu vier jaar werkt – kreeg hij wel de mogelijkheid om zich als beleidsmedewerker breder te ontwikkelen. ‘En daarmee begon ik mij ook steeds meer te interesseren voor de andere vraagstukken waar pensioenfondsen voor staan, naast het beleggingsvraagstuk.’
De stap naar de PensioenLab Academie was vervolgens een logische en daar haalde hij geschiktheidsniveau A en daarna ook het B-traject bij opleider SPO. Maar aan de slag gaan als bestuurder, was vervolgens dus geen vanzelfsprekendheid. ‘Op een zaterdagmiddag heb ik praktisch alle websites van pensioenfondsen bekeken en toen kwam ik zegge en schrijve één vacature tegen. Het is geen transparante jobmarkt.’
Bestuurders worden aangesteld namens werknemers, werkgevers of als onafhankelijke leden. ‘Mijn ervaring is dat werkgevers toch het liefst iemand voordragen uit de sector. En onafhankelijke leden worden juist geworven omdat ze op bepaalde terreinen een uitgebreide ervaring of expertise hebben. Dat is dus voor jongeren ook lastiger.’
Zaak van vakbonden
Dit verklaart (in ieder geval deels) waarom het promoten van jongeren als pensioenfondsbestuurder vooral een zaak van vakbonden lijkt te zijn. Jacobs meldde zich aan bij het FNV en werd begin dit jaar voorgedragen bij het ‘kleine’ pensioenfonds voor de bakkers. Dat heeft een pensioenvermogen van ongeveer 4,5 miljard euro. Jacobs hoopt daar vooral de gelegenheid te krijgen het verantwoord beleggen uit te bouwen. De focus ligt momenteel uiteraard op de implementatie van de Wtp, ‘maar we willen bijvoorbeeld onderzoeken of impactbeleggen mogelijk is, en een visie daarop ontwikkelen, daar kunnen we nu ook al mee starten.’
Tegelijkertijd is zo’n bestuursfunctie ook nuttig voor zijn werk bij de Pensioenfederatie, zegt Jacobs. ‘Je ziet nu wat een pensioenfondsbestuur allemaal op zijn bordje heeft. Rond verantwoord beleggen zeggen wij hier altijd: hoe krijgen we dat met zoveel mogelijk prioriteit op de agenda van het bestuur? Maar als je dan in de praktijk ziet hoe vol die agenda al is, dan begrijp ik heel goed dat het niet altijd over esg-factoren kan gaan. Dat begrip kan heel belangrijk zijn om uiteindelijk toch het draagvlak voor verantwoord beleggen te kunnen vergroten.’
De komende weken publiceert Investment Officer een serie interviews met jonge pensioenfondsbestuurders. Dit is het eerste deel.