Anders dan pensioenfondsen als ABP houdt asset manager Robeco vast aan zijn overtuiging dat engagement een betere methode dan desinvestering is om beursfondsen als Shell aan te moedigen om de doelen te behalen die bij het Klimaatakkoord van Parijs in 2015 zijn vastgelegd. ‘Uitsluiting heeft niet onze voorkeur. Met praten bereik je het meest.’
Senior manager engagement Peter van der Werf van het in Rotterdam gevestigde fondshuis is zich ervan bewust dat ongeveer 25 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot voor rekening komt van olie- en gasconcerns. Maar desinvesteren of uitsluiting zien ze bij Robeco niet als het favoriete antwoord. Integendeel.
‘Wij kijken heel kritisch naar deze ondernemingen. Daartoe hebben we een methodologie ontwikkeld, met allerlei indicatoren op basis van korte, middellange en lange termijn. Voor de top 200 bedrijven die we voor onze beleggingen selecteren, kijken we voor onze klanten kritisch hoe zij zich ontwikkelen.’
‘Daaruit blijkt’, zo vertelt van der Werf in het kader van de podcast-serie “Masters in Finance”, ‘dat Shell al verder in de energietransitie is dan veel andere olie- en gasconcerns. Maar tegelijkertijd voeren we met Shell wel discussies over de CO2-intensiteit. Het sluitstuk in onze discussies is dat we afspraken en doelen vastleggen. Hoe kan de CO2-intensiteit versneld verlaagd worden? En wat blijft er dan nog van de CO2-voetafdruk over en wat kan daar aan worden gedaan.’
Van der Werf wil zich niet uitlaten over het besluit tot desinvesteren dat pensioenfonds ABP vorige week bekend maakte, maar de voortdurende gesprekken die Robeco met Shell voert betitelt hij als een ‘constructieve voedingsbodem’. Uitsluiting heeft niet de voorkeur van Robeco.
‘Het is niet des keizers baard’
‘Met praten bereik je het meest. Voor ons is engagement en dialoog een belangrijk uitgangspunt. We willen in dat kader ook een heldere lijn trekken. Zo hebben we afgelopen jaren besloten dat we geen beleggingen meer doen in ondernemingen die kolen opwekken of exploratie doen op de Noordpool. Maar ook naar Shell is het niet des keizers baard. Als er geen zichtbare resultaten worden geboekt, dan heeft dat consequenties.’
Inmiddels zijn er zes pensioenfondsen in Nederland die niet meer investeren in bedrijven die fossiele brandstoffen produceren. Voor een belangrijk deel sluiten die pensioenfondsen dergelijke beleggingen uit, onder druk van de samenleving. Van der Werf stelt dat ook Robeco die groeiende maatschappelijk druk voelt. ‘Wij doen onze beleggingen immers voor onze eindklanten. Maar tegelijkertijd denken wij dat engagement het verschil kan maken. In die gesprekken vragen wij dan ook concreet: wat is jullie aanpak om Net Zero te worden?’
Gespreksstof
In het gesprek met Fondsnieuws gaat Peter van der Werf in op onderwerpen als de verwachtingen die hij heeft over de huidige VN-topconferentie COP26 in Glascow; de thema’s waar Robeco zich in zijn beleid van engagement op richt en de aandacht die het huis heeft voor biodiversiteit, die mede door ontbossing wereldwijd zwaar onder druk staat.
In dat kader wordt behalve met beursfondsen ook met overheden gesproken, zoals bij voorbeeld met de regering van Brazilië en Indonesië. Van der Werf ziet dat ‘er steeds meer plek is voor het tegengeluid’, mede omdat bij voorbeeld de centrale bank van Brazilië zich zorgen maakt over de langere termijn aantrekkelijkheid van staatsobligaties voor internationale beleggers.
Van der Werf stelt dat de aandacht die beleggers als Robeco hebben voor overheden, mede wordt ingegeven door het feit dat beursfondsen voor de verduurzaming van hun beleid een duidelijker wettelijk kader van overheden nodig hebben om snel te kunnen anticiperen op de klimaatdoelstellingen van Parijs.