Voormalig manager van het fondsenaanbod bij ABN Amro International Thomas Bunnik maakt van Fundix een echte fintech-dienstverlener: een robo-adviseur.
De ambities zijn groot. Er liggen plannen het concept in heel Europa uit te rollen. Een uiteindelijke beursgang wordt niet uitgesloten.
Bunnik is sinds februari algemeen directeur van vermogensbeheerder en fondssupermarkt Fundix. Sinds enkele weken is hij echter ook mede-eigenaar. Hij kocht het bedrijf samen met cfo Stewart Bowers uit de Verenigde Staten, directeur juridische zaken en risicobeheer Azman Hamid uit Singapore en ‘enkele investeerders’.
Vandaag lanceert het drietal de nieuwe strategie van het bedrijf én de nieuwe naam: Pritle.
Toegankelijk en begrijpelijk
Met Pritle wil Bunnik een voor iedereen toegankelijk en begrijpelijk concept lanceren om vermogen op te bouwen voor specifieke doelen als een aanvulling op het pensioen, de studie van de kinderen of een wereldreis. Instappen kan vanaf 10 euro.
De beheerkosten zijn vervolgens relatief laag. Een klant betaalt 50 basispunten van het beheerd vermogen voor de dienstverlening van Pritle, plus pakweg 20 basispunten voor de onderliggende fondsen. Voor het vermogen boven de 250.000 euro vervallen de kosten. In- en uitstappen kan op ieder moment van de dag en is gratis.
Dit is de toekomst
‘Over het algemeen is vermogensbeheer nog veel te duur’, zegt Bunnik. ‘Bovendien is het niet voor iedereen toegankelijk. Dat willen wij veranderen. Technologie maakt dit mogelijk. Wij denken echt dat dit de toekomt is en iedereen deze kant op gaat.’
Om de kosten laag te houden hebben Bunnik en zijn partners het vermogensbeheer nagenoeg volledig geautomatiseerd. Geen jaarlijkse gesprekken met een kopje koffie, maar automatisch gegenereerde waarschuwingen als er actie nodig is omdat een portefeuille achter blijft bij de doelstelling en contact via email, chat of telefoon als de klant dat nodig vindt.
Aan de hand van vragen over hun risicobereidheid, beleggingsdoel en horizon komen klanten op internet zelf tot een bepaald risicoprofiel.
Het profiel bevindt zich ergens tussen ‘zeer hoog’ (= 80 procent aandelen, 5 procent grondstoffen, 5 procent vastgoed, 5 procent obligaties en 5 procent geldmarktfondsen) en ‘zeer laag’ (=95 procent geldmarktfondsen). Als beleggingsonderneming mag Pritle geen cash aanhouden. Liquide middelen zitten dus in geldmarktfondsen.
Naarmate iemand dichter bij het gestelde doel komt, bouwt de computer automatisch risico af. Is het doel bereikt dan bestaat de portefeuille volledig uit geldmarktfondsen.
Stoplicht
Net als Alex Vermogensbeheer bevat het systeem ook een zogenoemd stoplicht dat op rood springt als de risico’s in de markt of een portefeuille te groot wordt. Dan wordt er risico afgebouwd. In theorie kan er dan volledig worden uitgestapt. In de praktijk gebeurt dit volgens Bunnik echter zelden. Dit stoplicht is niet bedacht door de nieuwe directie, maar nog een overblijfsel van Fundix, dat hiermee werkte. Bunnik sluit niet uit dat hier op termijn afscheid van wordt genomen.
Wordt er belegd, dan gebeurt dit binnen het aandelengedeelte voor 40 procent in de VS, voor 35 procent in Europa, voor 20 procent in opkomende markten, voor 2,5 procent in Asia Pacific en voor 2,5 procent in Japan. Ter vergelijking: de MSCI World belegt voor 59 procent in de VS. Hier worden dus wel degelijk actieve keuzes gemaakt. ‘Deze wegingen worden jaarlijks geëvalueerd en zo nodig aangepast’, zegt Bunnik.
Het obligatiegedeelte bestaat enkel uit Europese obligatiefondsen in euro’s, ‘omdat wij hier geen valutarisico willen lopen’, zegt Bunnik. Portefeuilles worden ieder kwartaal automatisch geherbalanceerd.
Indextrackers
Op basis van de asset allocatie en regioverdeling stelt de computer een portefeuille samen bestaande uit indextrackers van partijen als State Street, BlackRock en Vanguard.
Deze trackers zijn wel handmatig geselecteerd en gescreend. ‘Ja, de computer kan enkel kiezen uit door ons goedgekeurde fondsen. Zij zijn onderworpen aan een uitgebreid due dilligence-proces.’
Bunnik liep naar eigen zeggen al een aantal jaren met het idee rond en zegt gespeeld te hebben met de gedachte binnen ABN Amro voor te stellen het concept te introduceren. Uiteindelijk zegt hij hier niet voor gekozen te hebben, vanwege de complexiteit van de IT-systemen van een grote bank als ABN Amro en het feit dat het platform dan niet 100 procent onafhankelijk zou zijn, iets wat hij ziet als een van de ‘unique selling points’ van zijn concept.
Op de vraag of ABN zijn bedrijf dan wel kan kopen volgend jaar, zegt Bunnik resoluut ‘Nee, wij geloven echt heilig in dit concept. Bij succes, ligt een beursgang meer voor de hand. Wij starten in Nederland, omdat dit land als het gaat om verandering van de financiële sector voorloopt in Europa. Gaat het goed, dan willen we Europa in.’
Via Fundix
In plaats van bij nul beginnen en zelf een vergunning aanvragen, koos Bunnik voor de overname van Fundix. Hij legt uit, hiertoe besloten te hebben omdat het sneller ging, maar ook omdat hij dan klanten kon overnemen. Fundix had ‘zo’n 100 miljoen euro’ aan klantgeld onder beheer. Naast een vermogensbeheerpoot had Fundix een online fondsensupermarkt. Dit execution only-gedeelte blijft bestaan. Hoe die 100 miljoen over execution only en beheer verdeeld is, wil Bunnik niet zeggen.
Bestaande klanten zijn de afgelopen maanden over de wijzigingen geïnformeerd. Afgelopen week zijn oude posities gesloten en nieuwe geopend. Vanaf vandaag kunnen klanten in de nieuwe digitale omgeving profielen aanmaken en hun portefeuille(s) bekijken.
Voor de nieuwe naam Pritle is gekozen ‘omdat we op zoek waren naar een naam die niet ergens anders naar verwijst, dus niks betekent, maar wel fris is, kort en internationaal’, vertelt Bunnik. Het Pritle-team bestaat inmiddels uit 20 mensen.
Winnen van vertrouwen
De grootste uitdaging ligt nu in het winnen van het vertrouwen van potentiële nieuwe klanten. Verhalen van andere platform leert dat dit geen eenvoudige opgave is voor een new kid on the block. Ohpen klaagde eerder wel veel klanten te hebben die 50 euro stortten om het eens te proberen, maar dat zij vervolgens niet met hun volledige vermogen overstapten. NN’s FitVermogen had een jaar na oprichting 1.000 klanten.
‘Wij hopen uiteraard dat de klanten die we al hebben, zo tevreden zullen zijn dat ze als ambassadeur voor ons zullen optreden’, zegt Bunnik.
‘Over de doorgevoerde prijsverlaging zijn ze dat al. Maar wij werken ook aan partnerships met dienstverleners in andere sectoren. We hebben bijvoorbeeld een deal gesloten met booking.com. Iemand krijgt dan korting als hij een gesteld doel zoals een vakantie over een jaar of twee jaar boekt en via ons vast gaat beleggen om dat straks te kunnen betalen. Wij krijgen daar een fee voor van Booking.com en die storten wij vervolgens weer op de rekening van de klant.’
Pritle ziet meer mogelijkheden voor partnerships die kunnen worden gekoppeld aan beleggingsdoelen. Iets van wat volgens Bunnik niet in strijd is met het provisieverbod omdat een partij als Booking.com geen financiële instelling is.