Hoe het de obligatiemarkt dit jaar vergaat, hangt grotendeels af van politieke beslissingen. ‘Dat is een ongebruikelijke situatie.’
Dat heeft Jim Cielinksi, head of fixed income van Threadneedle, woensdag gezegd tijdens een persontmoeting in Amsterdam zijn visie op de markt.
‘De belangrijkste vragen zijn of Japan en de Verenigde Staten wegkomen met hun enorme schuldenlast, hoe de opkomende landen en vooral China zich door een periode van mogelijke oververhitting en stijgende inflatie heen slaan en of de problemen in de eurozone kunnen worden opgelost’, stelt Cielinski.
De grootste onzekerheid is volgens hem de eurozone. Belangrijk hierbij is te onderscheiden dat Griekenland en Ierland een solvabiliteitsprobleem hebben en Spanje en Italië een liquiditeitsprobleem.
Spanje en Italië
‘De problemen van Spanje en Italië kunnen simpel opgelost worden door hun schuld op te kopen.’ Toch verwacht Cielinski niet dat de Europese Centrale Bank (ECB) dit zal doen.
De ECB houdt volgens hem meer rekening met Duitsland dan met de zwakkere eurolanden. Ook denkt hij dat het ECB-president Trichet de eer te na zal zijn om regeringen te helpen die onverantwoord bezig zijn geweest.
Een andere oplossing is dat de rijke landen de landen in problemen direct te hulp komen. Maar ook dat zal volgens hem niet gebeuren.
‘Bondskanselier Merkel kan dat intern niet verkopen en dus is het meest waarschijnlijke scenario dat er vier of vijf kleinere maatregelen genomen worden’, zegt Cielinski. ‘We moeten dan maar hopen dat de economische groei vervolgens sterk genoeg zal zijn om de problemen de baas te worden.’
Griekenland en Ierland
Griekenland en Ierland kunnen niet geholpen worden door de ECB. Hun schulden zullen waarschijnlijk geherstructureerd moeten worden.
Cielinksi denkt dat een herstructuering op korte termijn niet nodig is, maar met name Griekenland zal het bezuinigen de komende dertig jaar pijn doen. ‘Er komt dan een moment waarop een regeringsleider een verdere sanering zal weigeren’, denkt hij.
‘Dit zal niet goedkoop zijn voor rijke landen als Duitsland’, stelt Cielinksi. ‘Maar het is ook niet goedkoop voor Duitsland om de hele eurozone uit elkaar te laten klappen. Het is goedkoper om het probleem op te lossen.’
2013
Volgens Cielinski zou het logisch zijn als dit over een paar jaar gebeuren, ‘in 2013 of zo’. Dan hebben de Duitse banken nog wat meer tijd om hun kapitaalpositie te verbeteren.
Hoe het met de eurozone afloopt, hangt volgens hem af van de mate waarin Duitsland bereid is om haar rijkdom te delen met de zwakkere eurolanden.