KBC levert op dit moment de beste digitale klantervaring in België. Tot die conclusie komt het Franse bureau D-Rating op basis van eigen onderzoek.
De conclusie komt voort uit een studie die erop gericht is het digitale aanbod en het klantentraject bij individuele banken een score te geven. D-Rating baseerde zich daarvoor op meer dan 400 indicatoren die het niveau van de digitalisering, de efficiëntie van de digitale communicatiekanalen en de kwaliteit van het klantentraject meten.
Digitale bankdiensten zijn in België al goed ingeburgerd. Vier op de vijf Belgen gebruiken ze voor hun dagelijkse bankverrichtingen; één op de vier zegt klaar te zijn om ook complexere bankzaken digitaal te doen. De computer blijft het meest gebruikte toestel, maar mobiele apps winnen aan belang.
KBC moest enkel de Duitse mobiele bank N26 laten voorgaan. N26 is een van de meest succesvolle nieuwe banken, ze werkt louter digitaal en heeft al meer dan 1 miljoen klanten in Europa, maar speelt in België commercieel niet mee. Het bedrijf heeft een beperkt aanbod van diensten.
Uit het onderzoek komt naar voren dat de grootbanken in België goed tot zeer goed presteren. Dit zou kunnen verklaren waarom er voor nieuwe spelers minder aandacht is, zo blijkt uit de studie.
Uit het onderzoek blijkt dat de grootste vier Belgische banken (BNP Paribas Fortis, KBC, Belfius en ING België) behoorlijk tot zeer goed scoren. KBC presteert uitzonderlijk sterk. KBC is – volgens dit onderzoek – duidelijk de digitale koploper onder de traditionele banken in België. Op enige afstand van KBC volgen Belfius en ING België.
Grootbanken zijn niet altijd leidend in het digitale veld. Dat laat het voorbeeld Frankrijk zien, waar volgens D-Rating de banken minder goed gewapend zijn tegen nieuwe marktpartijen. D-Rating: ‘Als de Belgische banken blijven investeren in hun digitale transformatie en gezamenlijke initiatieven zoals Bancontact, Payconiq en Itsme voortzetten, zouden nieuwe actoren het weleens moeilijk kunnen krijgen Belgische klanten aan te trekken. De Belgische markt lijkt voor nieuwkomers minder aantrekkelijk dan die in andere Europese landen.’