Als regeringen de komende jaren niet samenwerken voor een ordelijke energietransitie en beleggers en bedrijven maar blijven investeren in fossiele energie tot het omslagpunt, wordt de overgang naar een net zero wereld een flinke financiële en economische klap vergelijkbaar met de financiële crisis van 2008.
Dat stelt Jean-François Mercure, associate professor in climate change policy van het Global Systems Institute van de Universiteit van Exeter en verbonden aan Cambridge Econometrics. Mercure is een deskundige waar wij met genoegen mee samenwerken. Het deed mij dan ook een groot plezier om zijn werk terug te zien in het tijdschrift Nature Energy van december 2021. Voor ieder die de financieel-economische consequenties en de daarbij horende kansen en risico’s van de energietransitie wil doorgronden is het aanbevolen leesvoer. Hier alvast de hoofdlijnen.
Als regeringen de komende jaren niet samenwerken voor een ordelijke energietransitie en beleggers en bedrijven maar blijven investeren in fossiele energie tot het omslagpunt, wordt de overgang naar een net zero wereld een flinke financiële en economische klap vergelijkbaar met de financiële crisis van 2008, concludeert Mercure, op basis van de doorrekening van verschillende scenario’s gebaseerd op onder andere die van het International Energy Agency.
In de publicatie schetsen de onderzoekers verschillende scenario’s, die niet allemaal dramatisch hoeven te verlopen maar wel afhangen van de geopolitieke situatie en hoe regering gaan reageren op de versnelling van de energietransitie.
Vooral grondstoffenlanden kunnen het zwaar krijgen
Met name landen die met hun economie afhankelijk zijn van inkomsten uit fossiele grondstoffen zoals Canada, de VS en Rusland kunnen een flinke financiële klap krijgen. China en Europa, op dit moment netto-importeurs van energie, zouden juist economisch gebaat zijn met de overgang naar hernieuwbare energie omdat die vooral lokaal geproduceerd wordt.
Dat betekent in de eigen regio meer investeringen, meer banen en het maakt hen ook minder afhankelijk van het onvoorspelbare gedrag van bepaalde regeringen, zoals Europa nu meemaakt met Rusland en de consequenties daarvan voor de gasprijzen.
Opvallend is dat Mercure c.s. de energietransitie een steeds groter momentum geeft, ondanks er dat nog veel moet gebeuren met het overheidsbeleid om net zero te halen in 2050 zoals de VS, Europa en Japan hebben beloofd. China heeft 2060 als deadline en India 2070. Tijdens de COP26 in het Schotse Glasgow hebben regeringen van grote en kleine landen zich opnieuw gecommitteerd aan het behalen van de doelen van het Parijse Klimaatakkoord.
Maar omdat de beloftes met veel moeite zijn gedaan en, geloven veel beleggers en andere investeerders dat het afscheid nemen van fossiele brandstoffen nog wel even zal duren. Mercure laat in zijn scenario’s zien dat het heel snel kan gaan richting het omslagpunt.
Omdat China en Europa economisch flink zouden kunnen profiteren van een grotere energie-onafhankelijkheid. En zelfs als er geen nieuw klimaatbeleid komt bovenop de huidige afspraken, zullen de investeringen in de energietransitie er wel voor zorgen dat duurzame energie de overhand krijgt. In sommige regio’s hebben de prijzen van wind en zon de prijzen van de goedkoopste fossiele bronnen al geëvenaard. Er wordt ook veel geïnvesteerd in opslag. Zo zal het aanbod stabieler worden, de prijzen dalen en de innovatie in infrastructuur en mobiliteit gericht zijn op hernieuwbare energiebronnen.
Sociaal economische consequenties
De scenario’s van Mercure laten zien dat beleggers zich vooral zorgen moeten maken over de sociaal-economische consequenties van een chaotische energietransitie waarbij de overgang gepaard gaat met schokken en het wegvallen van internationaal overleg rond de olieprijs. De onderzoekers laten zien dat als de vraag naar olie begint te dalen, de OPEC-landen die slechts een kostprijs van 20 dollar per vat olie hebben, hun olie zouden kunnen dumpen op de wereldmarkt om zo nog maximaal te profiteren van de vraag die er dan nog is.
Brazilië, Canada, de VS en Rusland die, volgens de onderzoekers dichterbij een kostprijs van 80 dollar per vat zitten, worden uit de markt geprijsd met alle gevolgen voor de lokale fossiele industrie en bredere economie die daar afhankelijk van is. . Deze creative destruction, zoals de econoom Joseph Schumpeter dat noemde, zou veel sociale onrust en een financiële crisis kunnen veroorzaken.
Wat zijn de implicaties voor beleggers?
Mercure c.s. suggereren in hun artikel dat het van het grootste belang is dat regeringen en bedrijven het diversificatieproces gaan versnellen om zo de energietransitie ordelijker te laten verlopen. Er moet dus niet alleen geld geïnvesteerd worden in de nieuwe infrastructuur, maar voor de regio’s die nu zwaar afhankelijk zijn van de fossiele industrie, moeten overheden plannen maken en geld reserveren om de overgang minder pijnlijk te laten zijn.
Daarnaast, en daar doet Mercure minder stellige uitspraken over, zal er om de geopolitieke spanningen te dempen, door regeringsleiders meer persoonlijk geïnvesteerd moeten worden in het goed houden van de internationale relaties. Gezien de huidige internationale spanningen geen gemakkelijke taak.
Willemijn Verdegaal is co-head Climate & ESG solutions bij Ortec Finance, een wereldwijde leverancier van technologie en oplossingen voor het nemen van investeringsbeslissingen. Ortec Finance is één van de kennispartners van Fondsnieuws en schrijft maandelijks een bijdrage over uiteenlopende thema’s.