Ronald Janssen
ronald_janssen.jpg

Het is een dynamisch jaar geweest op de beleggingsmarkt. Dalende koersen van aandelen, grote verliezen voor de defensievere beleggingsportefeuilles als gevolg van de sterk stijgende rente in korte tijd en het inflatiespook dat nog aanwezig is.

Het is een uitdaging, en start met het goed inzichtelijk maken van de risico’s die zich kunnen voordoen. Risico en onzekerheid kun je niet vangen in een enkelvoudig getal.

De risico’s liggen op het niveau van de klant, namelijk wat is de kans dat de klant zijn doel kan realiseren met de gekozen beleggingsstrategie. Anderzijds liggen de risico’s ook op het niveau van het product. Zijn de werkelijke risico’s in de beleggingsportefeuille in lijn met de risico’s die naar de klant worden gecommuniceerd?

Het is belangrijk inzicht te hebben in de uitgangspunten over rendement en risico die worden gecommuniceerd, en op welke wijze de beleggingsstrategie is geïmplementeerd. Juist in deze beweeglijke markten, want vooral de klanten met defensieve portefeuilles zijn dit jaar verrast door de snelle ontwikkeling van de markt met lagere rendementen dan verwacht!

Afwijkingen

Veel vermogensbeheerders gebruiken de ‘Risicostandaarden Beleggingen’ van de CFA Society VBA Netherlands als input voor de communicatie. Dit document kan voor hen een start zijn om de uitgangspunten voor de beleggingsstrategie te bepalen. In de versie van 2022 is aangegeven dat de volatiliteit is van de verschillende reeksen over een bepaalde historie, maximaal 23 jaar is.

Bij het gebruik van een langere historie kunnen de risicoparameters afwijken en een hogere risico-indicatie geven. Daarnaast is aangegeven dat door de lage rentestand, bij een stijgende rente, de volatiliteit hoger uit kan komen dan de afgelopen 23 jaar. Ook is aangegeven dat de standaarddeviatie een onderschatting kan geven ten tijde van stress in de financiële markten en dat de correlatie hierdoor kan oplopen.

De vraag is waarom de gerealiseerde portefeuillerendementen kunnen afwijken wanneer exact is belegd volgens de aangegeven benchmark. Ligt dat aan de uitgangspunten of aan de implementatie, door bjivoorbeeld een lagere diversificatiegraad van de financiële instrumenten of obligaties met een andere ‘duration’, waardoor de volatiliteit ook hoger uit kan komen.

Daarnaast kan de weging van de asset-categorieën van de werkelijke portefeuille afwijken van de ‘neutrale’ weging van het risicoprofiel. De communicatie is vaak gebaseerd op een portefeuille met een ‘neutrale’ weging, ofwel het midden van de bandbreedte van de asset-categorieën. Het risico van de portefeuille kan groter zijn bij een brede bandbreedte, doordat bijvoorbeeld het percentage aandelen dan sterk kan afwijken van de neutrale weging.  

Uit pan-European onderzoek blijkt dat de verschillen in bandbreedtes van asset-categorieën van een bepaald risicoprofiel tussen Private Banks groot kunnen zijn. In combinatie met verschillende rebalancing-strategieën kan dit leiden tot grotere uitslagen in rendementen dan klanten vooraf verwachten. De risico’s zijn dan onvoldoende transparant en verwachtingen van klanten kunnen, voor wat betreft het tussentijds neerwaarts risico in een jaar, dan niet goed worden gemanaged.

Realistische rendementen

Zoals aangegeven is het moeilijk om risico te vangen in één maatstaf. Het gaat naast het korte termijn neerwaarts risico om meerdere risicodimensies zoals ‘de kans op het halen van het doel’ en ook het ‘neerwaarts risico op de korte en lange termijn’. In het kader van risicomanagement en het managen van verwachtingen bij klanten is het van belang om te beoordelen wat de reden is dat de gerealiseerde rendementen afwijken van datgene wat is gecommuniceerd naar klanten. Lag dit aan de uitgangspunten, andere marktomstandigheden of lag dit aan de implementatie die afweek van de benchmark?

De AFM heeft het afgelopen jaar aandacht besteedt aan het onderwerp ‘Bepalen van realistische rendementen’. Uit onderzoek blijkt dat beleggingsondernemingen zeer uiteenlopende verwachte rendementen gebruiken. Historisch gerealiseerde rendementen, gemeten over een beperkte periode, blijken geen goede schatter voor verwachte toekomstige rendementen te zijn. Het is dan ook gewenst om een andere methodiek te gebruiken. De methodiek die de institutionele markt vaak gebruikt is de ‘buildingblokmethode’. Dit is een goede basis voor het vaststellen van lange termijn rendementen. Beleggers hebben echter niet altijd een lange horizon.

Het is dan ook van belang om te beoordelen of het verwachte rendement aansluit op de bijbehorende beleggingshorizon. Ook het jaarlijks updaten van de verwachte rendementen is een belangrijk aandachtspunt. Er is een consultatie geweest en in het Feedbackstatement ‘Aanvulling Leidraad advies- en vermogensbeheerdienstverlening’ november 2022 is de reactie beschreven.

Zo dient er onder andere rekening te worden gehouden met de actuele stand van de rente, moet er een extra check plaatsvinden op het gebruik van historische rendementen en wordt aangegeven terughoudend te zijn met een opslag voor ‘outperformance’. Een modelmatige aanpak heeft de voorkeur.

Het is een uitdaging om de verwachtingen van beleggers goed te managen. Bovenstaande aandachtspunten helpen om het beleggingsbeleid goed te implementeren en zijn een basis om de verwachtingen van beleggers nog beter te managen.

Ronald Janssen is managing director Global based planning bij Ortec Finance, een wereldwijde leverancier van technologie en oplossingen voor het nemen van investeringsbeslissingen. Ortec Finance is één van de kennispartners van Investment Officer en schrijft maandelijks een bijdrage over uiteenlopende thema’s.

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No