Hortense Bioy, Morningstar
i-TFZwFfS.png

Een alsmaar aanzwellende stroom geld vloeit naar fondsen die het rendement van een specifieke index zo goed mogelijk proberen te repliceren. Tegelijkertijd neemt de keuze aan ‘passieve’ fondsen toe.

‘Passief’ zaagt steeds nadrukkelijker aan de stoelpoten van actief beheerde fondsen. In Amerika, de bakermat van passief beleggen, is het marktaandeel van passieve producten nu de mijlpaal van 40 procent gepasseerd, waar dit vijf jaar geleden nog 27 procent was.

Er stroomde in die periode 2.367 miljard dollar naar indexvolgende producten, terwijl actieve managers per saldo 243 miljard dollar aan uitstroom zagen. 

In Europa is de groei van passief beduidend lager, met een huidig marktaandeel van 21 procent. Qua instroom weten actief beheerde fondsen hun passieve tegenhangers zelfs nog voor te blijven. 

Adoptie in Frankrijk en België nog laag

Toch zal de ingezette trend in Europa doorzetten, verwacht Hortense Bioy, directeur passieve strategieën bij Morningstar. ‘In sommige Europese landen is de adoptie van passieve fondsen nog erg laag, zoals in Frankrijk en België.

Daar worden de vermogensbeheermarkten nu nog gedomineerd door banken die een voorkeur hebben voor hun eigen, actief beheerde fondsen. Door meer kostentransparantie en de opkomst van robo-advisors zal dit veranderen.’  

Rendement actief blijft achter

Actieve fondsen zijn zelf ook schuldig aan het succes van passief. Een (ruime) meerderheid van de fondsmanagers weet het passieve alternatief op de lange termijn niet te verslaan, zo blijkt onder meer uit de halfjaarlijkse ‘passive/active barometer’ van Morningstar. 

Amerikaanse aandelenmanagers hebben daar nog meer moeite mee dan Europese. In de categorie Amerikaanse largecap-groeiaandelen behaalt zelfs maar 0,7 procent van de fondsen op tienjaarsbasis een outperformance. In geen enkele andere categorie is dat percentage zo laag. 

Bij Amerikaanse aandelenfondsen met een ‘blend’ van groei- en waardeaandelen ligt het percentage al een stuk hoger (12,4 procent). Dit heeft beleggers er niet van weerhouden om voor passief te kiezen. In tegendeel, zo blijkt uit tabel 1. 

Factorfondsen

De groei van passief beleggen is daarnaast nog het gevolg van een andere ontwikkeling, namelijk de opkomst van factorbeleggen. Het gaat daarbij om ‘smart beta’ fondsen die niet een standaard marktkapitalisatiegewogen index volgen, maar aandelen of obligaties wegen op basis van factoren als omvang, momentum, waarde, volatiliteit en kwaliteit.

Dergelijke fondsen kunnen eigenlijk beter getypeerd worden als indexfondsen die niet passief zijn. Want hoewel ze een index volgen, wijkt het toegepaste wegingsmechanisme af van het uitgangspunt, namelijk de marktgewogen index. Smart beta fondsen zijn sinds enkele jaren sterk in trek en hebben nu wereldwijd een marktaandeel van 14 procent onder passieve aandelenstrategieën.

Met de instroom voor passieve fondsen stijgt ook het aantal producten. Zo zijn er wereldwijd inmiddels meer dan 7500 ETF’s op de markt, blijkt uit cijfers van onderzoeksbureau ETFGI. En het einde van de groei lijkt nog niet in zicht. 

Elke nichemarkt wordt ontgonnen. Ook spelen nieuwe ETF’s soms in op heel specifieke ontwikkelingen of behoeften. Zo heeft het op Jersey gevestigde Beyond Advisors onlangs (in de VS) een Vegan Climate ETF geregistreerd, die aansluit bij de ‘zorgen van veganisten, dierenliefhebbers en milieuactivisten’. 

De nieuwe ETF’s met grootste instroom zijn echter vrijwel allemaal ‘plain vanilla’ producten, zoals de ‘BetaBuilders’ van JP Morgan Asset Management, een van de groeiende groep actieve fondshuizen die de afgelopen tijd het passieve strijdtoneel hebben betreden. 

Duurzaam

Een groot deel van de nieuwe fondsen hebben daarnaast een duurzame inslag. Passief duurzaam beleggen is sowieso een sterk opkomend thema. Het door duurzame indexfondsen en ETF’s beheerde vermogen is de afgelopen vijf jaar verdrievoudigd tot ongeveer 102 miljard dollar per eind 2017, zegt Bioy. Dit is vooral Europees geld, al is er in de VS ook sprake van sterke groei.   

Breed gespreide ESG-fondsen domineren nu nog het passieve, duurzame fondsenlandschap. Maar thematische fondsen doen het steeds beter onder beleggers, vooral die met een focus op ‘gender diversity’ of klimaatverandering.

Wat betreft dat laatste noemt de Morningstar-specialist twee opvallende nieuwkomers, namelijk de in september gelanceerde eerste duurzame trackers van ETF-reus Vanguard. De een belegt in Amerikaanse aandelen, de ander in aandelen buiten de VS

Ze zijn opvallend volgens Bioy omdat ze behalve de porno-en gokindustrie, ook tabak én alcohol, controversiële én conventionele wapens, kernenergie én fossiele brandstofbedrijven volledig uitsluiten. Daarmee gaan ze dus een stap verder dan bijvoorbeeld veel ‘low carbon’ trackers.

‘Dat terwijl Vanguard zich toch vooral op de retailmarkt richt met bouwstenen die kunnen worden opgenomen in de kern van een portefeuille. Kennelijk ziet het fondshuis een grote behoefte aan deze beleggingsproducten.’

 

Author(s)
Categories
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No