Het nieuwe pensioencontract duwt het reëel rendement meer op de voorgrond. Dit gaat ervoor zorgen dat risico-indicatoren als piek-dal-verlies en hersteltijd belangrijker worden. Ook voor jongere deelnemers.
Dit zegt Wim Barentsen (foto), Chief Strategist bij Achmea Investment Management, in een gesprek met redacteur Yvonne Schreuder. Dit gesprek vond plaats in het kader van de “Checklist voor het pensioenakkoord”, een serie podcasts van Fondsnieuws Institutioneel. Hierin wordt gesproken met strategen en risk managers over belangrijke veranderingen op het gebied van de beleggingen.
In de beelden die nu geschetst worden, kunnen jongere deelnemers als het ware een leveraged positie op de returnportefeuille innemen, iets waar Barentsen zijn vraagtekens bij plaatst.
‘Natuurlijk maakt het uit hoe er in die returnportefeuille wordt belegd. Maar als deze hoofdzakelijk uit aandelen bestaat dan kan dit enorme rendementsconsequenties hebben’, waarschuwt hij.
‘Teveel van het goede’
‘Aandelen kunnen bijvoorbeeld een piek-dal-verlies laten zien van 50 à 60 procent. Als je als jongere in een dergelijke situatie nog maar weinig vermogen hebt opgebouwd en je ziet zo’n forse daling die ook nog eens langere tijd aanhoudt, dan denk ik dat dat teveel van het goede -of eigenlijk slechte- kan zijn’, vervolgt de strateeg.
‘Er zijn natuurlijk allerlei sommetjes te maken die aantonen dat 150 procent exposure naar aandelen theoretisch het beste is voor jongere deelnemers, maar ik denk dat de werkelijkheid anders is.’ Hij verwacht daarom dat men toch liever een positie wil met minder leverage of een anders ingerichte rendementsportefeuille met meer diversificatie.
De gelaagdheid van het begrip diversificatie komt volgens Barentsen tot uiting in een voortdurende balansoefening. Enerzijds moet stabiliteit van de portefeuille gewaarborgd worden, maar tegelijk moet er ook een zo efficiënt mogelijke inzet van het risicobudget worden nagestreefd.
Fundamenteel onzeker
‘Onze filosofie is dat de wereld fundamenteel onzeker is. We werken dus wel met verwachte rendementen, maar we maken altijd de toevoeging dat deze geenszins zekerheid bieden. Onder effectieve diversificatie verstaan we een beleggingsbeleid dat zich goed houdt in verschillende beleggingsomgevingen. Voor klanten vatten we dit samen als “Humble forecasts, bold diversification”.’
Barentsen verwacht dat er ten opzichte van het huidige contract meer aandacht zal zijn voor absolute riscomaatstaven zoals het piek-dal-verlies en hersteltijd. In deze context moeten sommige asset categorieën daarom anders bekeken worden.
‘Als je bijvoorbeeld kijkt naar de risicovollere kredietobligaties, dan kunnen die in marktturbulentie flinke klappen krijgen. Maar tegelijk herstellen ze doorgaans ook relatief snel. Dat kan bij aandelen anders liggen. Als we bijvoorbeeld kijken naar Japanse aandelen dan kunnen we concluderen dat het herstel is uitgebleven. Ook na de crisis van de jaren dertig in de VS, duurde het decennia voor het verlies was goedgemaakt.’
Illiquide beleggingen
Een positieve consequentie van het collectieve beleggingsbeleid is dat het goed mogelijk blijft om in illiquide categorieën te blijven beleggen. ‘Infrastructuur en vastgoed bieden bijvoorbeeld mogelijkheden, maar ook categorieën die wat moeilijker liggen.’
Barentsen doelt op hedgefondsen en andere bronnen van alternatieve risicopremies. ‘Hier schrikt men nu toch wel vaak voor terug, maar wij denken toch dat dit potentieel belangrijke strategieën blijven om een wat stabieler rendementsprofiel te creëren in de returnportefeuille. Daar speelt natuurlijk ook bij mee dat de rente op veilige staatsobligaties bijzonder laag is. Hierdoor is de factor duratie de afgelopen tijd minder waardevol gebleken in termen van diversificatie. Je moet dus zoeken naar andere strategieën die daar een alternatief voor bieden.’
Diversificatie blijft de kern van verstandig beleggen en daarmee zal de beleggingsfilosofie van Achmea IM ook niet veranderen, benadrukt Barentsen. De ruimere beleggingsvrijheid verwelkomt hij dan ook met open armen. ‘Van veel pensioenfondsen heeft het beleggingsbeleid lange tijd in de tang gezeten van de eisen die het FTK stelt. Begrijpelijk, maar voor ons strategen biedt het nieuwe contract daarom zeker een positieve uitdaging.’