Het Nedlloyd pensioenfonds begon met de beste intenties aan impactbeleggen en ESG-integratie. Bestuurder Randy Caenen kijkt echter met ‘teleurstelling’ terug op de voorbije jaren, waarin het maatschappelijk rendement tegenviel of niet kon worden aangetoond. ‘We hadden de kennis niet in huis en hebben de omschakeling onderschat.’
Caenen maakte van zijn hart geen moordkuil in mei tijdens de Afme Sustainable Finance Conference in Amsterdam. Impactbeleggen is een steile leercurve gebleken voor het pensioenfonds waarvan hij nu bijna vijf jaar bestuurder is, vertelde hij tijdens de conferentie.
‘We zijn alle impactinitiatieven met de beste intenties gestart, maar waren er niet klaar voor. We hebben de moeilijkheidsgraad van de verandering in denken en doen onderschat. Uitgedrukt in pensioenresultaat behoren wij tot de top van Nederland, maar het maatschappelijke rendement van de beleggingen is daardoor minder goed of niet aantoonbaar geweest. We durven het als pensioenfonds vaak niet eens impact te noemen omdat we niet weten of wij netto-impact maken. Ik voel teleurstelling daarover, mogelijk waren mijn verwachtingen te hooggespannen.’
De bestuurder deed zijn verhaal met een duidelijke bedoeling. Caenen weet dat het Nedlloyd pensioenfonds niet de enige belegger is die worstelt met ESG en impactbeleggen, onderwerpen die tijdens Covid steeds belangrijker gespreksonderwerpen werden aan de bestuurstafel in Rotterdam. De financiële sector deelt naar zijn smaak nu vooral de successen met de buitenwacht. ‘Successen mag je vieren, maar als de financiële sector vertrouwen wil terugwinnen, moet zij geloofwaardig zijn en durven te vertellen wat voor verbetering vatbaar is. Ook wij weten het niet altijd precies met impactbeleggen en ESG. Ik wil de steen in de vijver zijn.’
In gesprek met Investment Officer benadrukt Caenen nu dat Nedlloyd Pensioenfonds van huis uit geen impactbelegger is, maar het beleggen met een meetbaar positief effect op milieu en/of maatschappij wel wil promoten. Dat is ook noodzaak: een klimaatstresstest heeft duidelijk gemaakt dat de dekkingsgraad met 13 punten zal dalen als de energietransitie niet serieus wordt genomen. In samenspraak met de deelnemers is in 2021 besloten om te focussen op vijf SDG’s: duurzame energie, goed onderwijs, industrie, innovatie en infrastructuur, duurzame steden en verantwoorde consumptie en productie. Van de externe managers die het vermogen beheren, worden goede intenties verwacht, bijvoorbeeld dat zij hun handtekening hebben gezet onder de UN PRI en transparant zijn over governance of GRESB-scores, de mondiale standaard om duurzaamheid van vastgoedfondsen te meten.
Onduidelijkheid over definities
Maar toen alle vinkjes op groen stonden bij de externe managerselectie, bleek het vertalen van de SDG’s en ESG-voorkeuren naar het beleggingsbeleid nog altijd ingewikkeld. Caenen: ‘Wij zeggen een maatschappelijk verantwoorde belegger te zijn in onze beleggingsstrategie en missie, maar voor iedereen betekent dat iets anders. Onduidelijkheid over definities was onze eerste les. Het vertalen van onze groene en sociale intenties naar asset classes de tweede. We deden wel iets positiefs met de beleggingsportefeuille, maar hadden geen idee wat precies.’
Bij de indirecte vastgoedbeleggingen, die ongeveer 20 procent van de portefeuille uitmaken, kon de impact concreet worden gemaakt: het gebruik van energie, water, afval en de CO2-uitstoot is teruggebracht. Bij obligaties, aandelen en private equity is dat lastiger, zegt Caenen. ‘De obligatieportefeuille proberen we stap-voor-stap groener en socialer te maken door de obligaties te verkopen die daar niet aan kunnen bijdragen. Private equity en aandelen zijn moeilijkere beleggingscategorieën, doordat nog altijd regelmatig de vergelijking wordt gemaakt met het financiële rendement van de grote, ‘grijze’ benchmarks. Terwijl wij juist keuzes hebben gemaakt voor integrale doelen, inclusief ESG, die weg bewegen van de ‘grijze’ massa. En dan beland je in een spagaat.’
Die spagaat is volgens Caenen inherent aan de omschakeling van ‘traditioneel’ beleggen op basis van risico en rendement naar een 3D-model dat rekening houdt met risico, rendement en goede bedoelingen voor de wereld. Het pensioenfonds was met name goed in de eerste twee, maar voor impact en ESG was de kennis onvoldoende. ‘Wij wilden voor alle beleggingscategorieën dezelfde impactdoelen formuleren, maar hoe zorg je ervoor dat intenties tussen asset classes onderling en fondsen onderling niet conflicteren? Welke opdracht geef je een portfoliomanager mee als impactdoelen onduidelijk of niet goed meetbaar of zijn? We bleven te lang hangen in onze comfortzone en hielden vast aan het oorspronkelijke plan, maar het spel was veranderd.’
Per asset class strikte impactdoelen
Het idealisme waarmee het Nedlloyd pensioenfonds begon aan impactbeleggen, heeft plaatsgemaakt voor realisme. Een one size fits all-benadering voor asset classes is een utopie, zegt Caenen. Het pensioenfonds gaat per asset class impactdoelen formuleren, omdat niet alles meetbaar is en niet ieder doel realiseerbaar. Het gaat zich richten op kwantiteit en kwaliteit. Ofwel: als het niet meetbaar is, dan moet het op zijn minst kunnen worden uitgelegd aan de deelnemers. Daarnaast wil het fonds in de beleggingsstrategie een beter onderscheid maken tussen de lange en korte termijn. ‘Op korte termijn kun je soms iets goed doen voor de wereld, terwijl dat op lange termijn misschien minder goed uitpakt’, zegt Caenen. ‘Voor de korte termijn gaan wij soms over tot actie, terwijl wij op de lange termijn meer met scenario’s zullen werken.’
Maar ook dat is niet het ei van Columbus, realiseert de bestuurder zich. ‘Wij zijn weliswaar nu slimmer en beter opgeleid in impactbeleggen en ESG, maar we leven niet in een fantasie. De implementatie ervan verloopt niet in een strakke diagonale lijn van linksonder naar rechtsboven. Het is een lijn die wild kronkelt in een kwadrant dat bestaat uit financieel en maatschappelijk rendement, de factor tijd, kosten en het risico. En waarschijnlijk niet alleen bij ons. In de komende jaren kunnen we de uitkomsten van impactbeleggen waarschijnlijk nog onvoldoende kwantificeren, daarin moeten we eerlijk zijn. Dat verander je niet in een paar jaar tijd.’
Het gesloten Nedlloyd Pensioenfonds is opgericht voor de werknemers van het voormalige Koninklijke P&O Nedlloyd-concern, dat actief was in de scheepvaart- en logistieke sector. Het verzorgt de pensioenen van 8.869 (oud-)medewerkers en gepensioneerden. Nedlloyd werd in 1997 door het Deense transportbedrijf Møller-Mærsk, ook bekend als Maersk, overgenomen. De dekkingsgraad was in mei dit jaar bijna 130 procent. De beleggingsportefeuille had begin dit jaar een omvang van 1,1 miljard euro. Het Pensioenfonds belegt in fondsen van externe managers, waarbij er geen harde impactdoelstellingen zijn geformuleerd.