Nu het effect van een ruim monetair beleid lijkt uitgewerkt en het instrumentarium van de ECB uitgeput raakt, is het aan overheden in de eurozone om de groei een impuls te geven. De kans dat het tot een overtuigend beleid komt is echter klein, stelt vermogensbeheerder Pimco.
De eurolanden die de meeste begrotingsruimte hebben, zijn het minst bereid om hun begroting in te zetten, zo stelt Pimco-portfoliomanager Nicola Mai vast. Hij noemt daarbij expliciet Nederland en Duitsland. Italië wil wel, maar heeft geen ruimte.
De eurozone als geheel heeft een begrotingstekort van een half procent en een staatsschuld ter grootte van 87 procent van het bbp. ‘Relatief gezond vergeleken met de andere grote economieën’, aldus Mai. ‘Maar de publieke financiën van de eurozone blijven verankerd op nationaal niveau, en de opkomst van nationalisme en populisme verkleinen de vooruitzichten op verdere economische en politieke integratie.’
Het gebrek aan effectieve contracyclische beleidsinstrumenten en politieke eenheid maken de monetaire unie kwetsbaar voor een volgende recessie, aldus Mai. Hij waarschuwt beleggers om niet teveel te leunen op monetair beleid, dat minder en minder effectief wordt als de rentes verder negatief worden.
Sectoren
Bepaalde sectoren in Europa zijn wel aantrekkelijk, aldus Pimco. Zoals banken, die hun balansen na de grote financiële crisis op orde hebben gebracht.
Mai geeft vier ‘disruptieve krachten’ die de eurozone bedreigen:
- Met een overschot op de lopende rekening van 3 procent van het bbp is de eurozone zeer gevoelig voor ontwikkelingen in de internationale handel. Exports buiten de eurozone zijn goed voor 28 procent van het bbp van de muntunie, in de VS (12 procent) en China (20 procent) liggen de vergelijkbare percentages veel lager. China is een belangrijke exportbestemming; handelsspanningen en een groeivertraging kunnen de eurozone zwaar raken.
- Populistische partijen winnen invloed, en zijn voornamelijk anti-Europees. Dat maakt actie lastiger als er zich een crisis aandient.
- De vergrijzing heeft geleid tot nog hogere besparingen in de regio en daarmee de rente fors gedrukt, waardoor de risico’s niet goed worden doorberekend en kapitaalmarkten niet meer efficiënt kunnen werken. Hogere waarderingen van allerlei activa vergroten het risico van correcties.
- Op technologisch gebied heeft Europa behoorlijk terrein verloren aan de VS en China. De uitgaven aan R&D blijven achter, evenals de productiviteitsgroei.