‘Een enge onberekenbare man’ en ‘een seniele gek’ wordt Vladimir Poetin aan de toog wel genoemd, maar niets is minder waar, stelt het gerenommeerde onderzoeksbureau GaveKal. Zijn televisietoespraak van maandag ‘kwam over als een samenhangend, logisch betoog dat met een bijna mathematische helderheid voortbouwde op de axiomatische uitgangspunten van de geschiedenis’.
Dat is wat Anatole Kaletsky, de mede-oprichter van GaveKal, schrijft in zijn vandaag verschenen analyse “When the Facts Change”, die zijn weerzin tegen de vijandelijkheden van de president niet onder stoelen of banken schuift, maar de Russische president in zijn bijdrage vooral psychologsich probeert te doorgronden.
De beurzen reageerden gisteren en vandaag “bullish” op de schokkende ontwikkelingen in Oekraïne. De reden daarvoor is dat de meeste beleggers denken dat de oorlog geen, of slechts een beperkte invloed zal hebben op de wereldwijde olie- en gasleveranties. Om antwoord op die vraag te kunnen geven, staan twee thema’s centraal: wat probeert Poetin met zijn aanval te bereiken en hoe ver zal het Westen gaan om hem daarvan te weerhouden?
Doel: “regime change”
Kaletsky is van mening dat de Russische president tot de conclusie is gekomen dat hij zich niet meer tevreden stelt met de bezetting van het oostelijk deel van de Oekraïne. Hij is, zoals hij maandag in zijn televisietoespraak min of meer ook heeft gezegd, uit op een “regime change” in Kiev - een doel dat met ieder uur dichterbij dreigt te komen.
De belangrijkste reden daarvoor is dat Rusland vijandige legers aan zijn grenzen ziet staan en dat dat een existentiële bedreiging is voor Rusland, wat volgens Kaletsky vanuit de Russische historie (van invallen door zowel Frankrijk als Duitsland in de 19e en 20e eeuw) een begrijpelijke analyse is - temeer omdat de NAVO zijn expansie naar het oosten onverminderd heeft doorgezet. Met zijn raketten in de frontlinie kan de NAVO Moskou in slechts enkele minuten vernietigen.
‘Poetin vindt dat hij naïef was’
Kaletsky voegt eraan toe dat Poetin en andere Russische leiders met terugwerkende kracht tot de conclusie zijn gekomen dat zij indertijd naïef dachten dat de NAVO Rusland als een partner zou zien en niet als een vijand; dat het Atlantisch bondgenootschap slechts een defensieve alliante was. Maar volgens Kaletsky is Poetin nu tot de conclusie gekomen dat de Verenigde Staten proactief betrokken zijn geweest bij de revolutie in 2014 in Oekraïne en dat de gekozen pro-Russische regering willens en wetens zou zijn verdreven.
De axioma van Poetin zijn dat de Verendigde Staten sinds 1945 als hegemonie van de wereld er per definitie op uit is rivaliserende machten te elimineren. De machtsgreep in Kiev in 2014, zo analyseert Kaletsky de beweegredenen van Poetin, is dat de Verenigde Staten daarmee ook een “regime change” in Rusland wilde bewerkstelligen.
Kaletsky is van mening dat deze machtsstrijd tussen het Westen en Rusland één van twee mogelijke uitkomsten kan krijgen: of Poetin verdrijft de pro-Amerikaanse regering van president Volodymyr Zelensky, of Poetin slaagt daar niet in en zal volgens zijn eigen logica ‘veroordeeld worden de geschiedenis in te gaan als een verrader en een gek’.
Markten wenst geen “verpletterende” sancties
De oud-journalist van The Guardian denkt dat Poetin in zijn “regime change” in Kiev zal slagen, net zoals de Verenigde Staten indertijd het regime van Saddam Hussein in Irak ten val heeft gebracht. Maar dan komt ‘het werkelijk onvoorspelbare’ om de hoek kijken, dat voor de wereldeconomie en de financiële markten doorslaggevend is, schrijft hij.
Anders dan de Oekraïners zijn de markten volgens hem niet uit op harde maatregelen en sancties tegen Rusland, want dan zou Poetin tot het opschorten van olie- en gasleveranties kunnen doen besluiten, wat tot een zware val van de aandelenmarkten, dalend producenten- en consumentenvertrouwen en inflatie en dus paniek zou kunnen leiden.
Hiermee zou een scenario kunnen uitkomen van stagflatie, zoals in de jaren ‘70 na de oliecrisis ook het geval was en gepaard ging met hoge inflatie, dubbelcijferige rentetarieven en veel bedrijfssluitingen en ontslagen. Met het oog op dat risico raadt Kaletsky een gediversifeerde portefeuille aan.
‘Maar als de door president Biden aangekondigde “verpletterende” sancties zo zwak blijken te zijn als ze op het eerste gezicht lijken, zal ik terugkeren naar mijn oude positieve visie op de aandelenmarkten en zal ik er nog meer dan in januari van overtuigd zijn dat dit een goed moment is om de dip te kopen’, concludeert Kaletsky.
In de herfst van 1992, enkele maanden na de ineenstorting van de Sovjet-Unie, waarschuwde voormalig nationaal veiligheidsadviseur Zbigniew Brzezinski voor een triomferend Westen. Hoewel ‘de Koude Oorlog eindigde in de overwinning van de ene partij en in de nederlaag van de andere’, schreef Brzezinski in Foreign Affairs, was de beslissende uitkomst geen garantie voor een soepele nasleep. De nederlaag was ‘politiek verontrustend’ gebleken in Moskou en had de bredere regio veranderd in ‘een geopolitiek vacuüm’. Om de vrede te bewaren, benadrukte Brzezinski, zou een ‘geopolitieke visie op langere termijn’ nodig zijn om een ambitieuzer doel te bereiken, namelijk ‘de opkomst van een werkelijk post-imperiaal Rusland dat zijn eigen plaats kan innemen in het overleg van de leidende democratische naties van de wereld’. Het was, naar nu blijkt, één van de beste post-Koude Oorlog adviezen - het werd echter niet nagevolgd, zozeer gingen regeringsleiders op in de visie van die andere Amerikaan: Francis Fukuyama, die dat zelfde jaar “The End of History and the Last Man” publiceerde en met die bestseller pontificaal de overwinning van het democratisch liberalisme en het vrije marktkapitalisme, en daarmee van het Westen, opeiste.