Bart Baetens.png

Bij het brede publiek is Quaestor niet echt een bekende naam. De vermogensbeheerder timmerde jarenlang in de luwte aan een beleggingsaanbod waarbij private obligaties en private equity belangrijke bouwstenen werden. Nu achten Lode Langedock, wealth advisor en medeoprichter van de groep en chief investment officer Bart Baetens de tijd rijp om een versnelling hoger te schakelen.

‘Quaestor is bank noch beursvennootschap maar een AICB beheervennootschap en verstrekker van beleggingsdiensten. We werken met depothoudende banken, onze klanten geven ons nooit rechtstreeks hun centen en wij krijgen een mandaat voor discretionair of adviserend beheer,’ aldus Langedock.

De minimumdrempel ligt met 2,5 miljoen euro vrij hoog. ‘We gaan niet mee met de democratisering binnen private banking. Aangezien we niet enkel klassiek vermogensbeheer aanbieden, maar ook mezzanine financieringsfondsen en private equity fondsen, moeten klanten een voldoende ruime portefeuille hebben.’

De groep startte in 2000 met klassiek vermogensbeheer, maar begon al snel het beheer te uniformiseren en richtte eigen fondsen op. ‘Vandaag hebben we in ons aanbod vier UCITS-fondsen: een aandelenfonds en een DBI-fonds, die volledig zijn blootgesteld aan de aandelenmarkten. Alsook een dynamisch gemengd fonds, dat voor minstens 60 procent uit aandelen en aandelenfondsen bestaat en een obligatiefonds. De klant heeft volgens zijn of haar risicoprofiel de keuze uit een mix van die vier,’ stelt Baetens.

Mezzanine

In het vastrentende gedeelte van de portefeuilles werd een tijd voor TAK 21-producten  gekozen omwille van de hogere gegarandeerde (en fiscaal vrijgestelde) rentes. Vanaf 2015 begon Quaestor met mezzanine financiering. ‘We brengen klanten in een fonds samen en dan verschaffen we een tiental bedrijven een achtergestelde lening, waardoor we een flinke spreiding kunnen garanderen. In de praktijk gaat het over privaat geplaatste obligatieleningen waarop het fonds inschrijft. Omdat we met één stem kunnen spreken, geeft dit extra kracht op vlak van tarieven en waarborgen,’ bemerkt Langedock.

Volgens Baetens is het risicoprofiel licht anders, aangezien men achtergesteld zit tegenover de bank. ‘Het is voor ons een goede invulling geweest voor ons vastrentende gedeelte toen de rente zeer laag was.’ Langedock stelt dat de kwaliteit van deze investeringen strikt wordt bewaakt en er nog geen enkel ‘ongeval’ is geweest. ‘Het zijn geen starters, turnarounds of bedrijven die verlies maken maar degelijke, positieve groeiverhalen. Ook sterke vastgoedprojecten horen erbij. Vandaag hebben we geen gebrek aan goede dossiers, maar is de vraag eerder of we met onze klanten het aanbod kunnen absorberen.’

Groeipool

Een vierde beleggingsonderdeel is private equity. ‘We zijn daar voorzichtig mee begonnen door een paar klanten met beperkte bedragen te laten proeven van bepaalde fondsen. Dat waren meestal Belgische fondsen die zelf al de privak-structuur hadden en waar we konden op inpluggen. Gaandeweg is dat groter geworden, waardoor we nu een groot deel van dat speelveld bestrijken. We zijn nu niet enkel in de klassieke buy-out-markt actief, maar ook in venture capital, growth equity en specifieke niches als technologie, software en biotech.

We brengen onze klanten samen, creëren een beleggingsvennootschap of private privak waarmee we in het masterfonds investeren: we komen dus met één ticket binnen. Onze klanten zijn fiscaal geoptimaliseerd en krijgen een uniforme rapportering en opvolging. De beheerders van die compartimenten zijn tevreden want wij regelen AML en KYC.’

Knipperlichten

En hoe gaat de vermogensbeheerder om met de vertragende economie? Langedock merkt dat klanten minder investeren in de economie. ‘Ik denk dat veel mensen zich er niet van bewust zijn, maar we zien duidelijk een aantal knipperlichten. Sommige klanten moeten zelfs voor het eerst terugvallen op technische werkloosheid. Door de rente zo sterk en snel te laten stijgen, wordt de economie echt wel neergedrukt.’

In het dagelijkse beheer merkt hij die vertraging minder. ‘We zitten in een luxepositie omdat we al zo lang voor onze klanten werken en ze goed kennen. Bovendien beheren we middelen die ze echt kunnen missen: we hebben geen klanten die plots een deel van hun vermogen moeten weghalen.’ Baetens voegt er aan toe dat de dealflow in private equity toch een stuk minder is dan vroeger. ‘Er worden vandaag minder bedrijven verkocht dan twee jaar geleden. Het verschil tussen wat een verkoper wil krijgen en wat een koper wil betalen, is vandaag nog te groot, maar dit zal naar elkaar toegroeien.’ Hij is evenwel tevreden dat de rente genormaliseerd is. ‘We hebben weer kwalitatieve investment grade bonds met een mooie coupon ter beschikking. Daardoor ben je niet gedwongen om al te grote risico’s te nemen.’

En wat brengt de toekomst?  ‘We hebben lang onder de radar gewerkt met een focus op klantentevredenheid,’ besluit Langedock. ‘Dat zijn nu allemaal mini-ambassadeurs voor ons en onze naam begint op de tongen te liggen, vooral omdat we ons onderscheiden in die private equity en die debt. De tijd is rijp om een turbo op onze activiteiten te zetten. We beogen groei maar dit moet gestaag en gecontroleerd gebeuren.’

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No